-5- De heer Knossen had rrraag gehoord, hoe de P. v.d. A. zich dit beleid dan wel indenkt. Men gaat nu louter op geruchten af en daar koop je niets voor. De voorzitter merkt op, dat bij de uitgifte van bouwterreinen twee richtlijnen worden gehanteerd. In de eerste plaats de "Algemene voorwaarden voor de uitgifte van bouwterreinen in exploitatie bij het grondbedrijf", die door de raad in 1967 zijn vastgesteld en de door burgemeester en wet houders vastgestelde optie-voorwaarden (door het college, waarin de heer van Essen zitting had)De heer van Essen heeft hier zelf 8 jaar mee ge werkt en ervaring mee. Zelf heeft hij in die periode tweemaal grond van de gemeente gekocht. Spreker schetst hierna in het kort onder welke voorwaarden particulieren en bouwondernemers optie kunnen krijgen op bouwrijpe gronden. Deze beide richtlijnen zijn nu ook in rJarga gehanteerd. Tegen de adspirant-kopers is gezegd,dat ze twee maanden de tijd kregen om de akte te passeren. Dit is ook in andere gemeenten een gebruikelijke termijn. Gedurende die tijd kan men de financiering regelen. Het verschil tussen koop en optie is, dat het eerste een recht is de verplichting om de grond te kopen. Bij optie kan men na twee maande zeggen: "Ik zie er maar vanaf". De heer van Essen wist dit alles al 8 jaar, behoorde dit in elk geval te weten. Spreker kan zich indenken dat Plaatselijk Belang hiermee niet op de hoogte was. Na een bespreking met Plaatselijk Belang is toen afgesproken,dat de grond direkt kon worden gekocht, maar dat dit pas op de 1-maart vergadering zou worden meegedeeld. De gemeente beschikt namelijk niet over formele middelen om een voorkeursrecht uit te oefenen, maar kan de Wargaster bevolking hiertoe wel via voorkennis in staat stellen om als eersten grond te kopen. Spreker zegt, dat de bewoners uit Warga, die om grond gevraagd hebben, allen aan hun trekken zijn gekomen. Uiteindelijk was er één perceel over, waar om geloot zou worden, maar dat bleek niet nodig, omdat de beide andere gegadigden geen interesse meer toonden. Mevrouw Kooistra - de Zee meent dat door dit systeem de eerste aan vrager altijd keus had uit 16 percelen en de zestiende aanvrager genoegen moest nemen met hetgeen er overbleef. Wethouder Draisma vraagt.of het reeël is mensen tegen elkaar te laten loten, die met een tijdsverschil van 5-20 dagen zich melden bij de dienst gemeentewerken. De voorzitter merkt op, dat het ongeveer 5b. maand heeft geduurd voor dat alle percelen verkocht waren. Het is logisch,dat,wie het eerst komt, de beste plekjes krijgt. Mevrouw Kooistra moet geen verhaaltjes vertellen. Als men enkele maanden lang de namen van kopers had verzameld, dan had men kunnen loten tussen ongelijkwaardige kopers en ongelijkwaardige per celen. Daar was geen mens uitgekomen. De heer Zwart vraagt wat er gebeurt, wanneer men grond heeft gekocht via een besluit van burgemeester en wethouders en er dan van af ziet. Hangt men dan, zoals de voorzitter heeft gezegd, ook wanneer men geen ge meente garantie kan krijgen?. Wethouder Draisma antwoordt, dat, wanneer de heer Zwart beschikt over een inkomen van x-gulden, hij op vrij korte termijn exact kan weten, wat zijn financiële consequenties zijn bij aankoop van een stuk grond met de bedoeling daarop een huis te bouwen. Elke architekt of bouwondernemer kan bij benadering zeggen hoe hoog het bedrag dan wordt. Daarom moet men geen verhaaltjes gaan ophangen over inwoners die meenden dat hun pols veel langer was dan hetgeen waarover zij konden beschikken. Dit zijn verhalen en afleidingsmanoevresdie in wezgi om de essentie heen gaan. Spreker zegt, dat de raadsleden het voorrecht hebben om te zeggen, wat ze denken.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1977 | | pagina 13