Artikel 3. Aan de vrijwilliger, beneden de rang van plaatsvervangend commandant wordt, voor het verrichten van wacht- en consignatie- en bewakingsdiensten, een ver goeding toegekend van f. 61,42 per weekend. Artikel 4. Burqeraeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen aan de vrijwil liger een vergoeding voor derving van loon of inkomsten toekennen wegens het verrichten van de in artikel 2, le lid en 2e lid, bedoelde brandweer dienst. Artikel 5. In de vaste vergoeding, ais bedoeld in artikel 1, 2e lid, wordt geacht per jaar te zijn opgenomen wegens onkostenvergoeding en kledingtoelage een bedrag van f. 290, Artikel 6. 'De vrijwilligers, in de rang van brandmeester en chauffeur-monteur, die op 1 januari 1976 in funktie waren, genieten deswege in afwijking van het be paalde in artikel 1, 2e lid, een vaste vergoeding van resnektievelijk f. 633,en f. 526,per jaar. Artikel 7. Deze verordening kan worden aangehaald als "Vergoedingsregeling vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer" en wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 juni 1978, met gelijktijdige intrekking van de vergoedingsregeling, vastgesteld bij raadsbesluit van 1 januari 1978, no. 6. Grouw, 20 juni 1978. De raad voornoemd, voorzitter. sekretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1978 | | pagina 50