-4-
6. Voorstel tot continuering van de regionale samenwerking en tot het aangaan
van de gemeenschappelijke regeling Regio Friesland-boord
De heer van Gorkum zegt, dat zijn fractie achter het voorstel staat,, hoewel
zij misschien enkele dingen liever anders had zien geregeld. Spreker meent, dat
de regionale samenwerking een goede zaak is en hoopt op een goede toekomst.
Ook de heer van der Vagen zegt, dat zijn fractie met het voorstel kan meegaan.
De heer de Wolf merkt op, dat de V.V.D.-fractie met het voorstel meegaat,
al zijn enkele vragen niet op bevredigende wijze beantwoord, zoals nummer 5 over
de algemene uitkering. Het betreft hier een doeluitkering en daarom is het ant
woord niet meer dan een loze kreet. De gemeente Leeuwarden kan meer aan bijvoor
beeld de gezondheidszorg besteden door de hogere uitkeringen die zij krijgt.
De heer van der Goot zegt, dat het standpunt van zijn fractie wel bekend
is. Spreker wenst aantekening tegen het voorstel te zijn.
De heer Draisma sluit zich bij de vorige sprekers aan en gaat akkoord met
de regeling. Spreker had graag een uitgebreider antwoord op vraag 2 gehad,
maar dit schijnt moeilijk te zijn.
Hierna wordt het voorstel van burgemeester en wethouders zonder hoofdelijke
stemming aangenomen. De heer van der Goot krijgt aantekening tegen het voorstel
te zijn.
6a. Initiatiefvoorstel van de heren Bouma, de Wolf en van der Goot.
De voorzitter merkt op, dat bovengenoemd voorstel, inzake toepassing van
artikel G van de "Landschapsverordening Friesland 1975" aan alle formele eisen
voldoet en in behandeling kan worden genomen.
Wethouder Terpstra deelt hierop mee, dat hem vóór deze vergadering door de
initiatiefnemers is meegedeeld, dat het voorstel is ingetrokken, zodat het niet
in de discussie behoeft te worden betrokken.
7Ontwerp-begroting voor 1980 van het Recreatieschap "De Lege Midden".
De heer Schermer merkt op, dat de laatste zin van het voorstel zijn fractie
enigszins bevreemd. In de raadsvergadering van augustus 1978 is namelijk gezegd,
dat de kosten van controle uit hoofdevan uitvoering van de Landschapsverordening
Friesland 1975 geen kosten voor de gemeente met zich mee mochten brengen. De
voorzitter heeft toen geantwoorddat burgemeester en wethouders dit standpunt
reeds aan de provincie hadden meegedeeld. Later is door de gemeentelijke'
vertegenwoordigers in het recreatieschap gezegd, dat indien een deel van de
controle-kosten voor rekening van de gemeente zouden moeten komen, de verdeling
hiervan dan op basis van 1/9, 3/9 en 5/9 (Idaarderadeel, Tietjerksteradeel en
Smallingerland) zou moeten geschieden. Spreker had verwacht, dat in het voorstel
van burgemeester en wethouders hieraan gerefereerd wasTegen de punten a en b
heeft spreker geen bezwaar.
De heer de Wolf is er zich van bewust, dat de raad slechts opmerkingen
over de begroting kan maken. Als lid van het algemeen bestuur van het schap,
lijkt het spreker dienstig een beschouwing over het werk van het schap te geven.
-5-
