-5-
De heer van Gorkum zegt, dat zijn vraag alleen is of de verordening
hierin voorziet. De voorzitter heeft geantwoord, dat de boot er mag liggen
wegens de verordening. Spreker wil dan graag een bepaling opgenomen zien dat
dit verboden is.
Het gaat niet om dit ene geval, maar morgen liggen er meer en hoe moet de
havenmeester hier dan tegen optreden. Spreker is het verder niet eens met de
bewering van de havenmeester dat hij voor zijn passanten plaats genoeg heeft,
want zelf heeft hij 's zomers nog praktisch nooit een goede plaats aan de
steigers kunnen krijgen.
De heer Knossen meent, dat het juridisch moeilijk is deze zaak waterdicht
te maken. Laten de raadsleden maar met een suggestie komen.
De heer de IJolf zegt, dat aan de GPS-steiger het volgens het reglement
verboden is langer dan 2 uur ligplaats in te nemen. Dit werkt bijzonder aardig.
Voorts vraagt spreker of de verhoogde tarieven de huurverhoging van de Domeinen
kunnen dekken. De voorzitter antwoordt, dat het batig saldo in 1977 van
3.900,inmiddels is gewijzigd in een geraamd nadelig saldo van 5.200,
in 1980, voornamelijk door het toiletgebouw aan de Meersweg.
De heer de T7olf suggereert niet zonder meer genoegen te nemen met het huur
bedrag van het water van de Domeinen. De verhoging van 70 tot 80% druist in
tegen de maatregel om de tarieven en belastingen met slechts 3^% te verhogen.
De voorzitter meent niet in deze zaak te moeten gaan roeien.
Terugkerend naar het voorstel 17 zegt spreker, dat de raad het maximum aantal
nachten gerust op drie kan stellen, hoewel het college van gevoelen is,
dat de huidige situatie niet tot complicaties leidt. Burgemeester en wethouders
zien de noodzaak van het opnemen van een bepaling, als de heer van Gorkum
suagereert dan ook niet in.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dan conform het voorstel besloten.
18Voorstel tot wijziging van de verordening op de heffing van veergelden.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel
besloten.
19Voorstel tot wijziging van de tarieventabel behorende bij de Verordening op de
heffing en invordering van reinigingsrechten.
De heer Zwart zegt, dat zijn fractie met dit voorstel akkoord kan gaan.
Spreker heeft de circulaire van de Staatssekretaris over het kosten dekkend
zijn van diensten nauwkeurig gelezen. Het is hem gebleken, dat het dekkings
percentage voor het huisvuil inmiddels tot 73% is opgelooen, hoewel de
circulaire voor 1980 70% aangeeft. Het tarief voor de artikel 12 - gemeenten is
f 85, terwijl het tarief in deze gemeente op 63,komt. Spreker
concludeert hieruit, dat de dienst, wat het ophalen van huisvuil betreft,
goedkoop werkt, hetgeen een extra compliment waard is.
Dij op het ophalen van bedrijfsafval is de limiet die de Staatssekretaris
aangeeft nog niet bereikt. Eigenlijk moet dit onderdeel kostendekkend zijn.
Voor 1980 is deze dekking verhoogd tot 76%, hetgeen geen grote vooruitgang
betekent. Hetzelfde geldt voor het ledigen van beerputten. Hier zijn we nog
lang niet aan een kostendekkend tarief toe. Spreker meent, dat toch in de toe
komst getracht moet worden het ophalen van bedrijfsafval en het ledigen van
beerputten kostendekkend te krijgen.
Spreker zegt, dat dit hele verhaal staat en valt met de verhouding 2/3
huisvuil en 1/3 bedrijfsafval. Is het mogelijk, dat het college een onderzoek
instelt naar de juistheid van deze cijfers. De verhouding kan ook 3/4 en 1/4 zijn
en dan liggen de kaarten heel anders.