5.Voorstel tot v.'ijziging van het Algemeen
Ambtenarenreglement en tot vaststelling
van een Uitkeringsverordening vrijwillig
vervroegd uittreden gemeentepersoneel
GEMEENTE iDAARDERADEEL
GROUW
Nr. 2715.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 12 oktober 1979.
Zoals u bekend is, is in de afgelopen tijd in tal van bedrijfstakken en
ondernemingen voor oudere werknemers de mogelijkheid geopend om vervroegd,
dat wil zeggen vóór het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, uit
het arbeidsproces te treden onder verkrijging van een recht op uitkering.
Het in het leven roepen van deze nieuwe arbeidsvoorwaarde heeft als achter
grond de werkloosheidsbestrijding en de herverdeling van de werkgelegenheid.
Deze duidelijke algemene ontwikkeling in het particuliere bedrijfsleven
is voor het kabinet aanleiding geweest ook voor het overheidspersoneel een
dergelijke voorziening te treffen.
In zijn circulaire van 25 september 1979, nr. AB 79/u 1999 verzoekt de mi
nister van binnenlandse zaken aan de gemeentebesturen een overeenkomstige
voorziening in het leven te roepen.
Voor vrat de financiering van deze maatregel betreft merken wij het
volgende op.
In zijn brief van 6 april j.l., nr. AB 79/U 765, betreffende salarismaat
regelen voor het overheidspersoneel, deelt genoemde bewindsman mee, dat de
uit de zogenaamde aftopping van de salarismaatregel met ingang van 1 januari
1979 vrijkomende gelden zouden worden besteed voor het financieren van maat
regelen ter bevordering van de werkgelegenheid der overheid.
Onlangs heeft het kabinet besloten deze aftoppingsgelden, die voor de
gehele overheid circa 80 miljoen per jaar belopen, met ingang van 1980
structureel aan te wenden in het kader van de financiering van de regeling
vervroegd uittreden voor het overheidspersoneel. Daarvan zijn de jaarlijkse
kosten voor de gehele overheid geraamd op circa 300 miljoen. Het resterende
bedrag van f 220 miljoen wordt deels (namelijk voor ƒ180 miljoen) gefinancierd
in het kader van het arbeidsplaatsenplan en voor het overige uit een ver
mindering van het trendpercentage ingaande 1 januari 1980 met 0,1%
40 miljoen)als equivalent van de werknemersbijdrage in het particuliere
bedrijfsleven voor de aldaar bestaande vut-regelingen
De kosten van de vut-voorziening ten behoeve van het overheidspersoneel
over de laatste twee maanden van 1979 worden gefinancierd uit de aftoppings
gelden van 1979.
Wie in aanmerking komen
Om voor een vut-ontslag in aanmerking te komen dient men aan twee voorwaarden
te voldoen:
a. 63 jaar of ouder zijn;
b. direct voorafgaand aan de datum van het ontslag een ononderbroken dienst
tijd hebben van tenminste 10 jaren als ambtenaar in de zin van de Algemene
burgerlijke pensioenwet
Deeltijdwerkers, ook als zij geen ambtenaar in de zin van de Algemene
burgerlijke pensioenwet zijn, kunnen evenzeer gebruik maken van de moge
lijkheid van vervroegd uittreden.