-2- Naar aanleiding van het uitgebrachte rapport van een commissie ad hoc over de muzikale vorming kunnen wij ons vinden in de suggestie van de 2e afdeling om het onderzoek te verplaatsen in een andere richting. Wat betreft de ingebrachte wensen i.v.m. de ruilverkaveling "De Oude Jokse" komt het ons voor, dat niet alle plannen kennelijk bij het college bekend zijn. Is dit juist? Voor zover ons bekend, wordt binnenkort de financiële kant van deze verkaveling bekend gemaakt. Wordt dit rapport in de raad behandeld en kunnen dan de eventuele wensen van verschillende dorpen en organisaties besproken worden? Ten aanzien van de kleine bestemmingsplannen (Friens en Idaard) kunnen wij ons voorlopig verenigen met het te voeren beleid. Om hieraan beter uitvoering te kunnen geven zal het vermoedelijk noodzakelijk zijn deze gehele materie nader te bekijken bij het ontwerpen van het be stemmingsplan buitengebied. Over een eventuele jachthavenkolk schrijft uw college,dat het in 1900 komt met een voorstel. In welke richting tendeert dit voorstel? Over de toekomstige bestemming van Friesmahiem schrijft U wel enige gedachten te hebben, doch zij hebben geen vaste vorm. Sommige ideeën die hierover bestonden zijn achterhaald of niet meer actueel. Het is daarom, dat wij vragen om in deze gedachtengang ook te betrekken, dat Friesma hiem een functie blijft houden voor het wonen. Wij denken dan met name aan het geschikt maken voor het bewonen door kleine huishoudens. Met de hantering van de normen voor onderwijsuitkeringen kunnen wij accoord gaan. Het mag dan zo zijn, dat er misschien wel iets meer komt, maar gezien de brieven van de minister van financiën lijkt ons dit uit gangspunt reëel. Met het uitgangspunt voor het organiseren van het schoolzwemmen kunnen wij ons in principe verenigen. De gedachte,om eventuele nieuwe belastingen, met name toeristen en rioolbelasting, te heffen,kunnen wij vooralsnog niet ondersteunen. Hiervoor zijn thans te weinig steekhoudende argumenten aan te voeren. Over het welzijnswerk merkt uw college op, dat zij geen bezwaar heeft tegen het instellen van een commissie ad hoe. Wij zijn van mening, dat de organisaties, verenigingen e.d.die gereageerd hebben op uw enquête i.v.m. het eventueel opstellen van een welzijnsplan geinformeerd moeten worden over de stand van zaken. Voorts zouden wij gaarne op de hoogte gesteld worden van de inbreng via deze enquête. Omdat het thans niet mogelijk is een welzijnsambtenaar aan te stellen, zullen wij andere wegen moeten bewandelen. Deze commissie ad hoe zou dan de huidige situatie onder de loep moeten nemen en kijken, of bepaalde uitgaven een herbezinning vragen en andere activiteiten gestimuleerd moeten worden. Zou dit ook noodzake lijk zijn in verband met de volgend jaar vast te stellen subsidie verordening? Het kan naar onze mening niet zo zijn, dat in een gemeente als deze aanzienlijke uitgaven verantwoord zijn. Bij de instelling van de commissie zal dit duidelijk moeten zijn. De CDA-fractie is van mening, dat het welzijnsbeleid van de gemeente slechts een stimulering kan zijn van het particulier initiatief.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1979 | | pagina 55