Notulen van de openbare vergadering van de
raad der gemeente Idaarderadeel op dinsdag
15 januari 1980, 's avonds half acht ten
GEMEENTE IDAARDERADEEL gemeentehuize
GROUW
Aanwezig: De dames A. Faber-Mintjes en A. Dekker-van Schaik, de heren
G. van Essen en Th. Terpstra, beiden wethouder alsmede de heren
K. Schermer, G. Bouma, D. van Gorkum, Th. Zwart, J. v.d. Goot,
J. Draisma, P. Knossen, G. van der Wagen en Ir. F. de Wolf.
Voorzitter: de heer Mr. B.G. Holtrop, burgemeester.
Secretaris: de heer D. Smits.
Opening: De voorzitter opent de vergadering met de volgende nieuwjaarsrede.
Dames en heren,
Ik heet u hartelijk welkom op deze raadsvergadering. Deze vergadering
heeft een aantal bijzondere aspecten; dit is namelijk de eerste vergadering
van het jaar. Maar ook dit jaar onderscheidt zich van de voorgaande jaren in
die zin, dat het van 't jaar een schrikkeljaar is. De eerste schrikkelseconde
hebben we al achter ons heb ik in de krant gelezen en in tegenstelling tot
andere jaren geldt op 28 februari a.s. tiid hald skoft. Gerekend naar een
beroepsbevolking van ca 5 miljoen personen wil die extra dag zeggen, dat op
29 februari een hoeveelheid arbeid kan worden verricht waar andere ca 20.000
mensen een vol jaar voor nodig zouden hebben gehad.
Deze berekening gaat ervan uit dat ook het komende jaar de beroepsbevolking
op ca 5 miljoen zal blijven gehandhaafd; dat brengt mij op nog een bijzonder
aspect van dit jaar en wel het eerste van de 80-er jaren. De jaren 70 zijn
wij ingegaan met zekerheid en optimisme over de toekomst, de jaren 80 geven
veel minder aanleiding de toekomst rooskleurig tegemoet te zien. In economisch
opzicht zullen de bakens moeten worden verzet, moeten wij antwoord geven op
een aantal vraagstukken, die de maatschappelijke en culturele ontwikkeling
heeft opgeleverd. Er is en wordt gelukkig nog steeds gestreden voor de be
vordering van de friese taal en cultuur. Het fries wordt verplicht op de
scholen met ingang van augustus van dit jaar. Maar inmiddels zijn met de
buitenlandse werknemers en voormalige rijksgenoten uit Suriname ook andere
culturen binnengekomen, die in beginsel ook recht op een eigen plaats hebben.
Het probleem doet zich hier nagenoeg niet voor, maar het is slechts een
illustratie, dat wat men aan de een toestaat men aan de ander niet kan weigeren.
Het proces van democratisering in het maatschappelijk en bestuurlijk leven
zoals dat in de 70-er jaren op gang is gekomen, heeft niet bijgedragen aan de
slagvaardigheid van de besluitvorming, terwijl ook de doorzichtigheid lang
niet altijd is toegenomen. Ik hoef u er niet aan te herinneren dat de uit
drukking op zijn elf en dertigst uit Friesland afkomstig is en spreekwoorde
lijk is voor een zeer trage besluitvorming.
Kortom, de lusten uit de achter ons liggende jaren vormen voor een deel de
lagen voor de komende jaren. Voorzover het onze gemeente betreft zullen wij
daarvoor een oplossing moeten vinden. Een kleine gemeente heeft voordelen,
ik hoef u in dat opzicht niet te overtuigen. Maar klein is niet altijd fijn.
Het nodigt uit tot centralisatie. Uit een vraaggesprek met minister Beelaerts
van Blokland van Volkshuisvesting en Ruimtelijke ordening in de Nederlandse
Gemeente van 4 januari j.l. citeer ik "In den Haag is het vertrouwen in het
lokaal bestuur in het algemeen niet groot. Bovendien veronderstelt men vanuit
den Haag toch nog vrij veel te kunnen overzien"