GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
4. Voorstel tot het treffen van salaris
maatregelen per 1 januari 1980 voor het
gemeentepersoneel en het personeel der
stichting Friesma Hiem.
Nr.^ 663.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 4 april 1980.
In 2ijn circulaire van 30 januari 1980, no. AB80/U 169 deelt de
minister van binnenlandse zaken mede, dat het Kabinet, gelet op de
loonontwikkeling in de voor de trendbepaling van de ambtenaren
salarissen relevante bedrijfstakken en ondernemingen, heeft besloten
het overheidspersoneel in aanmerking te brengen voor een algemene
salarisverhoging van 2,4% met een minimum van 46,-- per maand. Deze
verhoging houdt verband met loonsverhogingen in het bedrijfsleven op
grond van compensaties wegens prijsstijgingen. Het Loonpauzebesluit
laat daartoe uitdrukkelijk de ruimtex^Op de verhoging van 2,4% en
op het minimumbedrag zal de derde korting van 0,3% tot 0,7% ingevolge
Bestek '81 worden toegepast, terwijl op deze verhoging tevens 0,1% in
mindering zal worden gebracht als bijdrage van het overheidspersoneel
aan de financiering van de regeling vervroegd uittreden (zogenaamde
vut-regeling)
Voorts zal de uitkomst van de nacalculatie 1979 ad 0,36%, met een
minimum van 6,90 per maand, met ingang van 1 januari 1980 in de
salarissen van het burgerlijk rijkspersoneel worden verwerkt.
In volgorde van bewerking zullen de salarissen, laatstelijk vastgesteld
per 1 'j-uli 1§79 zodoende ingaande 1 januari 1980 als volgt worden
verhoogd
1. verhoging met 0,36%,met een minimum van 6,90 per maand, in ver
band met de nacalculatie;
2. verhoging (cumulatief) met 2,4% met een minimum van 46,per
maand, nadat hierop een korting is toegepast van:
a. 0,3% tot 0,7%, al naar gelang van het salarisniveau, in verband
met Bestek '81 en
b. 0,1% in verband met de vut-bijdrage.
In de bijlagen A I tot en met A III en in de bijlage A V (personeel
in dienst bij de nieuwe sporthal/zwembadcombinatie) vindt u onder
scheidenlijk de schalen, zoals die per 1 januari 1980 zullen gelden.
De bedragen in de bijlage A IV (volwassenen met een vast jaar
salaris) zijn conform de ministeriële richtlijnen met 2,17% verhoogd.
Het minimum bedrag en het bedrag per kind in de vakantie-uit
kering zullen nader worden vastgesteld op onderscheidenlijk 173,13
en 12,72 per maand.