- 7 -
Thans dient nader aangegeven te worden hoe de veldeling van de
bevolkingsgroei over de dorpen moet plaats vinden.
Verdeling van_de_bevolking over_de_dorpen.
Bij de verdeling van de bevolking over de dorpen wordt er van uitge
gaan dat in principe ieder dorp mag groeien volgens zijn natuurlijke aanwas.
Omdat het aantal inwoners in de dorpen over het algemeen laag is, is
een natuurlijke aanwasprognose per dorp minder nauwkeurig.
De aanname is nu, dat er binnen de gemeente geen belangrijke verschil
len zijn voor wat betreft geboorte- en sterftepercentages. Dit betekent
dat er van uitgegaan wordt dat de dorpen met een gelijk percentage zullen
groeien. Het gemiddelde groeipercentage over de periode 1980 - 1991 is
berekend op 0,42% per jaar.
Het vestigingsoverschot zal niet, zoals bij de natuurlijke aanwas
het geval is, evenredig over de dorpen worden verdeeld. Hieraan liggen
twee uitgangspunten ten grondslag:
1. Werkmigranten dienen te worden gehuisvest in plaatsen waar zij hun
werk vinden (met name Grouw, Warga, Wartena)
2. In de wat kleinere dorpen brokkelt als gevolg van schaalvergroting
het draagvlak van de voorzieningen langzaam af.
De huisvesting van migranten in deze dorpen zal een noodzakelijke ver
steviging van het draagvlak van deze voorzieningen betekenen.
(Wartena, Roordahuizum)
Bovenstaande uitgangspunten hebben geleid tot de volgende verdeling
van het vestigingsoverschot.
abs.
%X)
Grouw
100
0,16
Warga
50
0,23
Wartena
50
Roordahu i zum
50
0,41
totaal gemeente 250 0,22
x)
uitgedrukt in het gemiddelde groeipercentage per jaar over de periode
1980 - 1991.
In tabel 6 is een overzicht gegeven van de bevolkingsontwikkelingen
per dorp over de periode 1980 1991. Daarnaast is ter illustratie de
bevolkingsontwikkeling over de periode 1970 - 1974 en 1975 - 1979 mee
genomen
Verdeling van de woningbouw_over_de_dorpen.
Nu de gewenste bevolkingsspreiding over de dorpen bekend iszullen
de verkregen toekomstige inwonertallen vertaald moeten worden in woningen.
CC
«V
O