De heer Draisma meent, dat de raad moet erkennen, dat het niet te vaak voorkomt, dat spontaan vanuit een buurt of een aantal straten een werkgroep met een stuk denkwerk bij het kollege of de raad komt. Spreker vindt, dat in een dergelijk geval wel hele zware argumenten moeten worden gebruikt, wil zo'n plan tegemoet treden op de manier, waarop het nu gebeurt. Daarom vindt spreker het spijtig, dat op dit plan amendementen zijn inge diend. Het rapport is in een vrij vroeg stadium aan b. en w. overhandigd. Het gaat hier om een wezenlijk onderdeel van het komplan. Spreker kan zich niet aan de indruk onttrekken, dat het uitgangspunt van het plan van de werkgroep overeen komt met de suggesties, die H-part indertijd voor het komplan hebben gedaan. Spreker betreurt het, dat daarom het bureau H~part niet is ingeschakeld. Dit bureau beschikt ook over verkeersdeskundigen en had ook zijn visie kunnen geven. Spreker krijgt nu het gevoel, dat nu alles wat geforceerd moet worden behandeld. De meeste frakties hebben de toelichting van de werkgroep aan gehoord en de basisgedachte achter het plan kunnen bezien, een gedachte, die toen vrij nauw aansloot bij de filosofie van het bureau H-part. Spreker wil deze filosofie niet als zaligmakend beschouwen maar vindt wel, dat dit plan beperkt behandeld is. Hij stelt dan ook voor met de werkgroep en een vertegenwoordiger van H-part zo snel mogelijk om de tafel te gaan zitten en in de juni-vergadering een nieuw voorstel aan de raad te doen. Spreker meent, dat het nu gevonden compromis afwijkt van het standpunt van de werkgroep Als de proeftijd over een half jaar afgelopen is, welke criteria denken b. en w. dan aan te leggen. Is het nu niet verstandig nu reeds de gedachten van de werkgroep als grondslag te nemen? Met de heer Schermer is hij van mening dat de voorrgangskruising vanaf de Paviljoenstraat problemen kan geven. Wat zullen de consequenties voor de J. Nieuwenhuisstraat zijn? Daarom meent spreker, dat de gehele zaak eerst eens grondig met de werkgroep en H-part moet worden doorgepraat voor de juni-vergadering. Is dit haalbaar? De heer VdGoot zegt enkele maanden geleden een vraag te hebben gesteld over eenrichtingverkeer in de Paviljoenstraat. Daarom is spreker blij met dit voorstel. Voor de werkgroep heeft ook spreker veel waardering. Hij is blij, dat b. en w. in november met een uitgewerkt plan willen komen, waarin eventuele missers van dit voorstel worden opgenomen. Wel is spreker van mening, dat het nu gewijzigde voorstel airekt moet worden uitgevoerd en eventueel niet in de juni-vergadering moet worden behandeld. De heer De Wolf wil zich graag aansluiten bij de complimenten voor de werkgroep. Spreker is in het algemeen een voorstander voor partikulier initiatief. Hij vindt het een knappe prestatie, wanneer kollege en ambtelijk apparaat nog kans zien na overleg met de politie op zo korte termijn tot een gewijzigd voorstel komen. Spreker vindt het een interressant plan, maar mist in het over leg de GWHI. De kwestie van het voorrangskruispunt is moeilijk te wegen. Spreker meent dat de amerikaans aandoende borden toch al de neiging hebben het verkeer af te remmen. Op dat hoekje heeft spreker nog een opmerking. Hij vraagt zich af, of de richtingspijl naar de Parkstraat nodig is. Men kan ook via de J. Nieuwenhuisstraat naar de Oostergoostraat rijden. Spreker deelt de bezwaren van de heer Schermer tegen de voorrangskruising dan ook niet. Verder vraagt spreker of een stopverbod voor de Ged. Haven wel gewenst is.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1980 | | pagina 17