GEMEENTE iDAARDERADEEL GROUW Nr. 1565. 4. Voorstel tot vaststelling van een voorberei- dingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor een terrein bij Grouw ten behoeve van een boorlokatie Aan de gemeenteraad, Grouw, 13 juni 1980. Petroland B.V. te Den Haag, vraagt ons college vergunning voor het op richten van een boorkelder met hekwerk t.b.v. de uitbreiding van de boorlokatie Grouw I, op het perceel kadastraal bekend gemeente Grouw, sectie B, nr. 837 (deels), aangeduid als Grouw 2. Het perceel, waarop de boorlokatie zal worden gesitueerd, is gelegen in het gebied dat volgens het plan in Hoofdzaak de bestemming heeft van "Uit breiding in verdere toekomst". Ingevolge artikel 11 van de Voorschriften mag op de desbetreffende gronden geen bebouwing worden opgericht, alvorens een nader gedetailleerd bestemmingsplan rechtskracht heeft verkregen. Het bouwplan is in strijd met de Voorschriften van het plan in Hoofdzaak; de bouwvergunning dient derhalve te worden geweigerd. De op te richten boorkelder is noodzakelijk voor de exploratie van energie grondstoffen. De voorgenomen boring zal worden uitgevoerd in het gebied waar voor bij Koninklijk Besluit van 17 februari 1969, nr. 31, de concessie "Leeuwarden" werd verleend. In het kader van deze concessie is een boring, Grouw I, uitgevoerd op het perceel, kadastraal bekend gemeente Grouw, sectie B, nr. 215 (deels) Ten behoeve van deze eerste boring hebben vrij bij besluit van 1 maart 1979, nr. 145, bouwvergunning voor het oprichten van een boorkelder met hekwerk ver leend. Teneinde dit mogelijk te maken, hebt u in uw vergadering van 17 oktober 1978 een voorbereidingsbesluit, als bedoeld in artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening genomen. De bouwvergunning is daarop verleend met toe passing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en artikel 50, 8e lid van de Woningwet (verklaring van geen bezwaar van Gedeputeerde Staten, d.d. 22 februari 1979, nr. 35.590) Inmiddels is op 17 oktober 1979 het genomen voorbereidingsbesluit verlopen. De eerste boring is reeds uitgevoerd. Onderhavige bouwaanvraag heeft betrekking op uitbreiding van bovengenoemde eerste boorkelder. Gelet op uw eerder ingenomen standpunt, dat tegen de eerste boring in principe geen bezwaar bestaat, ware wederom door ons de bouwvergunning te verlenen met toepassing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en artikel 50, 8e lid van de Woningwet. Deze wetsartikelen mogen echter pas worden toegepast, nadat u opnieuw voor het betrokken gebied een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening heeft genomen. Het is de bedoeling dat aan de bouwvergunning stringente voorwaarden worden verbonden, o.a. ter bescherming van Landschap en milieu, één en ander zoals tevens door de Provinciale Adviescommissie Toepassing Mijnwet 1810 is geadviseerd aan de Planologische Werkcommissie van Economische Zak^h t.b.v. de boring Grouw I, met als extra voorwaarde dat, mocht de locatie langer dan 2 jaar gehandhaafd blijven, een passende beplanting moet worden aangebracht.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1980 | | pagina 49