16. Voorstel tot verlenging van de ge
meenschappelijke regeling voor het
openbare bibliotheekwerk in de ge
meenten Baarderadeel, Idaarderadeel
Rauwerderhem en Utingeradeel.
GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
Nr. 2892
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 7 november 1980.
Bij raadsbesluit van 2 maart 1978, nr. 14, besloot u tot. het aan
gaan van een gemeenschappelijke regeling voor het openbare bibliotheek
werk in de gemeenten Baarderadeel, Idaarderadeel, Rauwerderhem en
Utingeradeel.
Het raadsvoorstel van 20 februari 1978 alsmede een exemplaar van
de gemeenschappelijke regeling zijn voor u ter inzage gelegd bij de
De gemeenschappelijke, regeling is op grond van het bepaalde in
artikel 32 in werking getreden met ingang van de eerste dag van de
maand, volgende op die van de bekendmaking in de Nederlandse Staats
courant, met dien verstande, dat de regeling voor het eerst toepassing
heeft gevonden op 1 januari 1978.
Publicatie in de Nederlandse Staatscourant had plaats op
23 juni 1978 (nr. 120)zodat de regeling op 1 juli 1978 in werking is
getreden. De regeling wordt echter conform het bepaalde in artikel 32
al sinds 1 januari 1978 toegepast.
Artikel 28 van de regeling bepaalt, dat de regeling wordt aange
gaan voor de duur van drie jaren.
Deze termijn is gekozen op aandringen van het dagelijks bestuur
van de Regio Leeuwarden en het bestuur van de afdeling Friesland van
de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Vervrezen zij naar de betref
fende correspondentie, die voor u bij de raadsstukken ter inzage ligt.
De vraag doet zich thans voor op welke datum de gemeenschappelijke
regeling eindigt en op welke vrijze de samenwerking tussen de gemeenten
in Midden-Friesland na beëindiging van de huidige regeling voortgezet
zou moeten worden.
Het antwoord op da eerste vraag luidt naar onze mening, dat de
huidige samenwerking formeel op 1 juli 1981 afloopt, doch materieel op
1 januari 1981. Het lijkt ons praktisch om bij een eventuele continu
ering van de samenwerking van laatst genoemde datum uit te gaan, aange
zien de termijn van drie jaren, waarvoor de gemeenschappelijke regeling
is overgegaan op die datura feitelijk zal zijn verstreken.
De vraag op welke vrijze de samenwerking zou moeten worden voortge
zet is beantwoord door de gemeenschappelijke raad in een op 29 oktober
jl. gehouden bestuursvergadering. Het bestuur is van mening, dat ge
streefd zou moten worden naar een verlenging van de huidige regeling
met een nieuwe periode van drie jaar en voor dezelfde gemeenten.
raads stukken