- 2 -
Op 3 november jl. kregen wij een afschrift toegezonden van de
beschikking van het Ministerie van C.R.M. (Rijksdienst voor de Monu
mentenzorg) inhoudende dat teruggekomen wordt op eerdere beschik
kingen en dat thans, in het kader van het arbeidsplaatsenbeleid, een
subsidie in de restauratie wordt verleend.
C.R.M. kan zich verenigen met de begroting van 1.017.656,
met dien verstande, dat een aantal posten (tot een bedrag van
48.366,niet subsidiabel wordt geacht.
Het dan overblijvende bedrag wordt echter ambtshalve verhoogd
met de sinds april 1979 opgetreden en thans nog te verwachten loon-
en materiaalprijsstijgingen tot een bedrag van 97.710,
Over het dan verkregen bedrag van f 1.017.656,48.366,
97.710,1.067.000,wordt 60%, tot een maximum bedrag van
640.200,subsidie verleend.
Dit bedrag, waarin begrepen het provinciale aandeel van 10%,
wordt nog dit jaar betaalbaar gesteld, mits het werk een aanvang heeft
genomen binnen 2 maanden na 30 oktober 1980, dus nog dit jaar.
Naar aanleiding van deze beschikking hebben wij een onderhoud
gehad met de Kerkvoogdij en ons bereid verklaard u een voorstel te
doen om 30% van de subsidiabele restauratiekosten als gemeentelijk
subsidie beschikbaar te stellen.
Wij komen dan tot de volgende opzet:
subsidiabel bedrag
- subsidie C.R.M.
- subsidie gemeente
niet subsidiabel restant
niet subsidiabele posten
1.067.000,™
640.200,—
320.100,—
106.700,—
48.366,—
totaal niet subsidiabel 155.066,
Aangezien de burgerlijke gemeente eigenaar is van de toren, be
horende tot deze kerk, zijn wij van mening dat van het totaal niet
subsidiabele bedrag nogeens 50% als gemeentelijk subsidie beschikbaar
moet worden gesteld.
Daarbij gaan wij er van uit, dat de restauratiekosten van toren
en kerk ongeveer evenveel bedragen.
Blijkt echter, dat dit niet het geval is, dan zal een ander per
centage moeten worden vastgesteld.
Tevens gaan wij er vanuit, dat eventuele prijsverhogingen, die
niet door de C.R.M. subsidie en de gemeentelijke subsidie van in totaal
90% worden gedekt, ten laste van de Kerkvoogdij zullen komen.
Tenslotte wijzen wij erop, dat wij gaarne zullen bijdragen in de
kosten van restauratie, wat de bouwkundige aspecten betreft. Blijkt,
dat een of meer van de niet subsidiabele posten (thans begroot op
48.366,op niet-bouwkundige onderdelen slaat, dan dient ons in
ziens daarin geen subsidie te worden verleend. V7ij hebben de Neder
lands Hervormde Gemeente gevraagd aan te geven welke de niet-subsi-
diabele posten precies zijn, zodat de bijdrage van de gemeente nauw
keuriger kan worden berekend.
