- 16 -
Subsidieverordening peuterwerk in de gemeente Idaarderadeel.
Artikel 1
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. peuterwerk: activiteiten, bedoeld voor kinderen in de leeftijd van
2-4 jaar;
doel: de sociale/creatieve en educatieve ontplooiing en motorische
ontwikkeling van het jonge kind; dit kan worden bereikt door spel en
omgang met leeftijdsgenootjes, in overleg met ouders en opvoeders.
b. peuterspeelzaal: een ruimtelijke voorziening van waaruit de doelstel
ling als bedoeld onder a. wordt gerealiseerd.
c. kadervorming: niet beroepsgerichte training van vrijwilligers en be
stuurders in aansluiting op de in de praktijk gebleken behoefte, ter
bevordering van activiteiten welke binnen het kader van de instelling
worden uitgeoefend.
d. beroepskracht: degene, die op grond van een arbeidsovereenkomst of een
overeenkomst tot het verrichten van enkele diensten een functie uit
oefent binnen een instelling voor activiteiten op het terrein van speci
fiek welzijn.
e. vrijwilliger/ster: een persoon, die in enig organisatorisch verband
meewerkt aan het peuterwerk, zonder hiermee een bijdrage te verwerven
in zijn/haar onderhoud.
f. instelling: het orgaan dat zich ten doel stelt het peuterwerk als be
doeld onder a. te bevorderen.
Artikel 2.
Aan een in de gemeente Idaarderadeel gevestigde instelling als bedoeld in
artikel 1 onder f die aan de in deze verordening, alsmede m de Algemene
subsidieverordening sociaal-cultureel werk Idaarderadeel vermelde voor
waarden voldoet wordt, als de gemeenteraad de nodige gelden toestaat, een
jaarlijks subsidie uit de gemeentekas toegekend te berekenen als volgt.
a. vaste kosten: een nader door de raad vast te stellen bedrag in de huis
vestingskosten
b. variabele kosten:
1 een nader door de raad vast te stellen vergoeding per jaar per peuter,
berekend naar het gemiddelde aantal peuters dat de speelplaats over
het betreffende jaar heeft bezocht;
2. een nader door de raad vast te stellen vergoeding per jaar per weke
lijks openingsuur.
c. 50% van de kosten van kadervorming.
Artikel 3.
De in artikel 2 bedoelde voorwaarden zijn:
a het aantal peuters per groep dat op eenzelfde tijdstip van de peuter
speelzaal gebruik maakt, is tenminste 10; in bijzondere gevallen kunnen
burgemeester en wethouders ontheffing verlenen.
b. de leiding van de peuterspeelzaal berust bij beroepskrachten (parttime)
vrijwilligers of beide, die in staat zijn de in de doelstelling als be
doeld in artikel 1 onder a vervatte ontplooiingsmogelijkheden te bieden.