GEMEENTE IDAARDERAOEEL Aan de gemeenteraad.
GROUW
COMMISSIE VOOR ADMINISTRATIEF
BEROEP Grouw1 september 1931.
In haar heden gehouden zitting heeft de Commissie voor Administratief
Beroep der gemeente Idaarderadeel het beroepschrift behandeld van de heer
K. Plaisant van der Mal, Fresialaan 12, De Kwalcel, gericht tegen het be
sluit van burgemeester en wethouders van 26 juni 1981 (verzonden 30 juni
1981) tot weigering van een vergunning voor de verbouw van zijn recreatie
woning Kleine Buren 29 te Warga.
Het beroepschrift van de heer Plaisant van der Mal is gedateerd
14 juli 1981 (ontvangen 15 juli 1981)zodat is voldaan aan het voorschrift
om beroep aan te tekenen binnen een maand na de verzending van het besluit
van burgemeester en wethouders.
Ter zitting heeft de heer Plaisant van der Wal zijn bezwaren nader
toegelicht. Burgemeester en v/ethouders hebben de bouwvergunning geweigerd,
omdat zij de beoogde dakkapel uit overwegingen van welstand niet acceptabel
vonden.
Appellant wijst op de meerdere ruimte en de grotere lichtinval die een
dakkapel voor de toch vrij kleine bovenverdieping zou kunnen betekenen.
Een belangrijk aspect is voorts de veiligheid. Via het raam van een
dakkapel kan men bij brand de bovenverdieping verlaten. Dit is niet mogelijk
via het huidige (kleine) dakvenster. Tenslotte wordt er op gewezen,dat de
Provinciale Friese Schoonheidscommissie op het ingediende bouwplan een
positief advies heeft uitgebracht. Op een eerder bouwplan, met een meer dan
twee maal zo grote dakkapel als waarvoor thans vergunning wordt gevraagd, had
de Schoonheidscommissie negatief geadviseerd.
Appellant had bij een (thans) positief advies een positief besluit van
burgemeester en wethouders verwacht.
Nqicennisneming van de toelichting van de heer Plaisant van der Wal op
zijn bezwaren en na raadpleging van de op deze zaak betrekking hebbende
stukken heeft de Commissie vastgesteld, dat burgemeester en wethouders inder
daad in afi-rijking van het advies van de Schoonheidscommissie hebben besloten
de bouwvergunning te weigeren, omdat de beoogde dakkapel uit welstandsover
wegingen niet acceptabel zou zijn. Hoewel de adviezen van de Schoonheidscom
missie voor het gemeentebestuur zwaarwegend zijn, meent de Commissie voor
Administratief Beroep, dat in dit geval burgemeester en wethouders terecht
het advies van de Schoonheidscommissie niet hebben gevolgd.
De Commissie heeft daartoe de volgende argumenten. De beoogde dakkapel
vormt een aantasting van het dakvlak en is in verhouding tot de woning te
groot. Met name de voorgestelde hoogte van de dakkapel verstoort het aan
zicht van de woning.