Gedane zaken: kruidenierswinkel van de dames Feenstra
LfoVa.v^tA>1-
K. L FEENSTRA
Anna de Jong In een stad die leeft komen en gaun winkels. In de rubriek (.ledanc zaken stappen wij
nog één keer een verdwenen winkel binnen.
Oil keer de kruidenierswinkel van de dames Feenstra in de Nieuwestceg nr. S
Op 12 juni 1973 ging de winkeldeur voor
goed op slot; flHn de winkelnering van de
dames Feenstra was een einde gekomen.
In 1900 begon vader Klaas Feenstra een
handel in ki-uideniers- en grutterswaren in
de Nieuwesleeg 5; naast zijn winkel bezat
hij nog een pakhuis aan de Prins
Hendrikstraat. Het echtpaar kreeg zes kin
deren, van wie een zoon en een dochter op
junge leeftijd overleden. Martha en Fardina,
de oudste dochters zetten de zaak voort, toen
hun ouders kort na elkaar -moeder Feenstra
in 1925 en vader Feenstra in 1926- overle
den. Het jongste dochtertje IJsbranda was
nog maar elf jaar. Zij kwam in de drukhe-
klnnte zaak toen de zuster die haar ver
zorgde in het huwelijk trad.
De tantezeggers uit Hciloo kwanten
graag logeren in Leeuwarden. Eén van hen,
mevrouw E. Botte ma- Lijfering herinnert
zich: 'We mochten soms helpen in de winkel,
suiker en bonen en snoep afwegen, tijdens
het snoep afwegen moesten we blijven flui
ten. Ook mocht je geen suiker in do honen
morsen, anders zouden de bonen niet gaar
worden! De tantes hadden ieder hun eigen
rol: tante Martha was de zorgzame, deed de
»l F. nïH«3
hïll RrTCtsEP.
LEEUWARDEN.
Uiitheti- «a Ihhlriiiu uWL il.-riiiL.-tnL
WV n, Likn-ura S fci'ïis. rn ftigirnn •TurrMtlW
rDfCariiia Lrfi lltt^)||i.'i - fi|«rip1|£rli (ii ïLrliisji-rndl IkLt
Drukwerk KL, Feenstra, co, WW
(collectie E. Bottema-Lijferingt
huishouding en kookte. Tante Dina was de
boekhoudster en tante Bannie deed het
zware werk, zoals boodschappen rondbren
gen De tantes werkten altijd, behalve Dp
woensdagmiddag en op zondag, dan was de
winket gesloten. Tante Dien was de culture
le tante, zij nam ons mee naar de
Prinsentuin en het Fries Museum. We heb
ben veel goede herinneringen aan
Leeuwarden en we zijn blij dat de winkel
van de tantes zo goed bewaard is gebleven.'
Arm en rijk mochten de dames Feenstra
tot hun klandizie rekenen: de rijke klanten
van de Nieuwestad, zon Is notaris Van Giffen
en baron Rengers, maar die stuurde meest
al eeu dienstmeisje. De arme klanten kwa
men uit de omgeving van de Bagijnestraat,
statiegeld inleverend om een hall' pond sui
ker te kopen. In de Nieuwestceg waren tal
van middenstanders gevestigd, kleermaker
Mttriha en Ban me Feenstra voorde inmiddels
gesloten winket, eind jaren zeventig
(foto: collectie E. Bottema-Lijfering)
Planting», slager Beek. een hoedenwinkel,
fotograaf Van der Peyl, kleermaker Smit en
de kaaswinkel van Schreur,
De etalage is tot 1989 intact gebleven.
J. Boomama heeft hel pand gekocht en het
initiatief genomen tot oprichting van de
Stichting Nieuwestceg 5 met als doel: het
winkelpand met zijn rijke geschiedenis te
behouden. De jongste van de drie dames
Feenstra -die inmiddels naar Swettehiem is
verhuisd- stond in juni 1991 nog eenmaal
achter de toonbank om de eerste donateur
van de Stichting Nieuwestceg 5 in te schrij
ven. Sindsdien hebben veel mensen de win
kelbel laten klingelen en hebben zij geur en
sfeer van vroeger kunnen opsnuiven.