23
gerlijk Hospitaal voor behoeftige Zieken'
genoemd, zou aantreffen. Ook het vinden
van houten beschoeiingsresten van de
oorspronkelijke gracht om het voormalige
Blokhuis behoorde tot de mogelijkheden.
Door het hoge tempo en de manier van
uitgraven en afvoeren van de grond kon
onmogelijk worden vastgesteld wat waar
toe behoorde. Dit was temeer teleurstel
lend omdat wij door literatuuronderzoek
onder andere van Eekhoffs Geschiedkun
dige beschrijving van Leeuwarden uit
1846 en op aanwijzing van Jan Faber,
medewerker van het Historisch Centrum
Leeuwarden ontdekten dat vrijwel exact
op de plek waar het eerder genoemde
ziekenhuis stond van 1504 tot 1542 de
eerste Kanselarij moet hebben gestaan.
Volkomen onverwacht kwam op grotere
diepte, ongeveer drie meter onder maai
veld-niveau, een muur of fundering te
voorschijn, 120 cm breed en over de volle
breedte van de bouwput, afgesneden door
de oostelijke en westelijke damwand. De
oriëntatie was in zuid-westelijke richting.
Dit laatste correspondeerde in geen enkel
opzicht met de bestaande stadsplatte
gronden of detailkaarten.
Op advies van Gilles de Langen, pro
vinciaal archeoloog, werd de werkgroep
stadsarcheologie door de gemeente in de
gelegenheid gesteld om gedurende twee
werkdagen een noodopgraving of kijkope
ratie uit te voeren. Hierbij moesten wij,
gezien de beschikbare tijd, ons in hoofd
zaak beperken tot het verder uitgraven
van de 'muur'. Het bleek te gaan om een
fundering en onderkant van een muur die
aan de zuid-oostkant nog een hoogte had
van 60 cm met daaronder een fundering
van 43 cm hoog en 58 cm uit de muur,
met een zestal versnijdingen (getrapt
opgebouwd). Aan de noordwest-kant ech
ter liep de muur door naar beneden, ten
minste 1,15 m, en was voorzien van een
ruwe raaplaag, wat vroeger gebruikelijk
was bij gemetselde walkanten. Gezien
ook het geconstateerde verschil in bodem
gesteldheid tussen de beide zijkanten van
de muur moeten we hier te maken heb
ben met de restanten van een zware muur
die uit het water oprijst. Eekhoff verwijst
ernaar in zijn beschrijving van het Unia-
huis dat hier in de buurt lag. Met 'huis'
wordt hier een versterkt, verdedigbaar
woonhuis bedoeld, in dit geval dat van
een adellijk of hoofdelingen-geslacht. De
stichting wordt geschat tussen 1435 en
de tweede helft van de 15e eeuw. Nader
literatuuronderzoek kan hier wellicht uit
sluitsel geven.
Wij hebben dus het sterke vermoeden
dat wij de resten hebben gevonden van
het 15e eeuwse Haniahuis. De exacte lig
ging van dit huis was tot op heden onbe
kend. Alleen Eekhoff geeft in 1845 op een
schetsmatige reconstructie van de ste
delijke situatie rond 1400 heel summier
de mogelijke lokatie aan. In de tekst ver
meldt hij wel dat in 1481 een begin wordt
gemaakt met het graven van de nieuwe
stadsgracht bij de zuidoost-hoek van de
stad en dat dit aanving achter het Hania
huis. Kort na de overgave van Leeuwar
den in 1489 wordt het huis aangekocht
en weggeruimd. De bomen worden dan
ook gerooid en de plaats wordt geëffend.
In 1499 start men met het aanleggen en
de bouw van het Blokhuis. Onze metaal
vondsten, waaronder munten, lijken de
datering van onze ontdekking, zijnde van
vóór 1500, te bevestigen. Verder onderzoek
van diverse soorten potscherven kan hier
op nog aanvulling opleveren. Een andere
aanwijzing betreffende de mogelijke situ
ering van het 'huis' was de constatering
dat de gevonden muur/fundering vrijwel
haaks stond op de lijn Ossekop-Achter de
Hoven, de loop van een oude weg richting
Huizum. Het Haniahuis zou derhalve aan
deze weg gelegen kunnen hebben.
De onderzoeken op de Wissesdwinger
en aan het Blokhuisplein zijn uitgevoerd
door een team van zeven leden van de
werkgroep stadsarcheologie van de His
torische Vereniging Aed Levwerd. Bij de
graafwerkzaamheden hebben wij assi
stentie gehad van een mini-kraan, wel
willend door de gemeente ter beschikking
gesteld. Met de werknemers van Ballast-
Nedam is prettig samengewerkt.
De opgravingsplek aan het Blokhuisplein, maart 2003. De vrouw op de voorgrotid staat op het
funderingsrestant en kijkt in de richting waar de stalen damwand dwars door de oude muur is
heengeslagen (Foto: Thom Zomerschoe)