De Orangerie in de Prinsentuin
27
Thora Zomerschoe
De Orangerie was gebouwd in 1691 en
werd later gebruikt als wijnhuis en soci
ëteit. Ook zou worden gestreefd naar een
uitvoering van het gebouwtje dat paste
bij de stijl en het karakter van het park.
Inmiddels is ook onze belangstelling voor
het gebruik en de gebruikers van het oor
spronkelijke gebouw in zijn functie van
respectievelijk orangerie, wijnhuis en
sociëteit alleen maar toegenomen.
Dat de Orangerie gedurende een zekere
periode, na een grondige verbouwing in
1808, de functie van sociëteit vervulde,
was al uit de archieven bekend. Wie daar
gebruik van maakte was echter tot voor
kort voor ons nog een open vraag. Hier en
daar werd alleen van 'gegoede burgerij'
gesproken. Recentelijk is daar nu meer
zicht op gekomen.
Vrijmetselaars
In het in 1982 uitgegeven herdenkings
nummer van Thot, het tijdschrift voor
vrijmetselaars dat geheel gewijd was aan
het 200-jarig bestaan van de Loge De
Friesche Trouw te Leeuwarden, troffen
we de volgende passage van de hand van
D.D. Osinga
Naast een drietal originele 18-eeuwse
maconnieke degens kan nog een aantal
maconnieke flessen of 'kruitvaten' worden
genoemd. Zij zijn driehoekig van vorm met
op de schouder van de fles een ronde stem
peling in glas, die een getande rand heeft
en die passer en winkelhaak omcirkelt en
waartussen een troffel is geplaatst, het
'logo'. Deze flessen werden jaren geleden
uit de vijver van de Prinsentuin opgevist.
Dit park aan de noordelijke stadswal,
aangelegd in 1650 door Willem Frederik
van Nassau, had een orangerie die in 1795
sociëteit werd en in 1823 zomerhuis.
Onderdeel van het gemeentelijk plan voor herinrichting van de Prinsentuin uit
2002 was de bouw van een nieuwe service-unit bij de passantenhaven in combi
natie met een klein kantoor voor de havenmeester. Uitgangspunt was om deze
voorziening te plaatsen op de plek waar tot 1883 de Orangerie stond.
Vondsten uit de Prinsentuin (Foto's: Thom Zomerschoe)