La» it
11
genoemd, in de Boerhavestraat. Ruimte
gebrek was er de oorzaak van dat we met
de lieve juf Stuur in de gymzaal waren
gehuisvest. Toen de Finse school nabij de
Archipelweg gereed was, verhuisden we
zelf als kinderen het meubilair, de boe
ken, schriften en pennen onder toezicht
van hoofdmeester Alting en mijn latere
onderwijzer Kramer.
Verder herinner ik me nog juf Welling.
De laatste vier schooljaren liep ik
tweemaal daags naar school vanaf de
Spoorstraat. Jammer dat de houten
school is gesloopt, maar gelukkig bezit ik
een mooie film van die tijd van de school,
gemaakt door meester Zwart. Ik zie, op
weg van school naar de Balistraat nog de
grote rookwolk, die boven ons huis hing.
De angst sloeg toe, maar niet ons huis,
maar het hoekhuis Noordvlietstraat-
Tichelstraat stond in lichterlaaie.
Er woonde een kinderrijk gezin, dat toen
plots op straat kwam te staan. Ik meen
zelfs dat er gezinsleden zijn omgeko
men. Het was een fijne buurt met veel
vriendjes en vriendinnetjes, waarvan
Coby Leemeyer mijn vaste vriendin was.
Wat hadden we het druk in de speeltuin
en op de clubjes van buurt- en speeltuin
vereniging Insulinde, die na de oorlog was
Annelies Funcke in de Lombokstraat.
Op de achtergrond de niet meer bestaan
de Tichelstraat Collectie Funcke
Annie en Gerda Funcke in de Noordvlietstraat. Op de achtergrond het nog niet gedemp
te Vliet, de verwaarloosde panden aan het Zuidvliet en het Keetwaltje Collectie Funcke
opgericht. Het Cambuurstadion was nog
vrij nieuw en was van verre herkenbaar
door de dubbele rij heel hoge populieren
die er omheen stond. Al jaren staat er een
ingelijst gedichtje uit 1962 op mijn werk
kamer. Het komt uit de bundel Mijn Leeu
warder jeugd van Jelle Veeman, die toen
in de Sumatrastraat woonde. Het heet
toepasselijk Balistraat. Leuk dat mijn
lievelingsburen, de familie Houtsma ook
worden genoemd. Op de eerder genoemde
foto staat rechts die buurvrouw met haar
oudste zoon Nico op de arm.
Balistraat
Aan elke kant een keurig
aantal eensgezinde huizen
om waardig in te leven,
en paaltjes van beton, waarin,
als hek bedoeld, een tweetal
stalen buizen zijn gedreven.
Als zachte poedersuiker
uit grauwe hemel valt
en als een dekbed op de
daken samenbalt,
dan spelen wij als witte muizen,
met schop of spa of houten bord
totdat pa Houtsma zich op al zijn
ingesneeuwde paden stort
en ik de hoge stem hoor van mijn
ongeruste moeder
We speelden en we dansten
in dezelfde hoek
tussen de Weg naar Cambuur
en de Balistraat.
Die sinds de kinderjaren
als een onvergetelijke buurt
nog steeds vanaf de zwaar
behangen muur nog naar
mij knikt en zeer tevreden
naar mij gluurt
op de manier zoals een diep gebogen
imker naar zijn aangetaste
honingraten tuurt.
Naast de sneeuwpret, waarvan ik me
nog de pijnlijke sneeuwwassing herinner
van Klaas Delgrosso, konden we soms
ook schaatsen achter de Poppeweg, bij
boer Bakker en op het nog niet gedempte
Vliet, hetzelfde water, waar ons buurjon
getje Jelle Robijn uit de Lombokstraat,
speelvriendje van mijn zusje Annelies, is
verdronken.