2
Johannes Faber met moeder en zus
Collectie Faber
spullen met louter mankracht en waar
mogelijk met de fiets. Familie, vrien
den en vriendinnen werden allemaal
ingeschakeld. Bij de verhuizing van onze
poppenkast, gekregen van Sinterklaas,
waren mijn broers niet te beroerd om
op de hoeken van de Violenstraat,
Pieterseliestraat en Leliestraat de
nodige voorstellingen te geven, overigens
met veel succes. Terwijl het merendeel
van onze inboedel al was overgebracht,
moesten we nog wel terug naar de
Willem Sprengerstraat 61 om te slapen.
Ik zie ons 's avonds nog door de Pieter
seliestraat wandelen, onze moeke met
de wekker en de po in de hand voorop!
Bij al dit gedoe van verhuizing waren
we natuurlijk wel in spanning over de
ontwikkelingen van de oorlog. In het bij
zonder over het lot van broer Jan, die
als dienstplichtig ziekenverpleger was
gemobiliseerd met als standplaats
Den Haag. Weliswaar was hij nog actief
geweest in Rotterdam na de bombar
dementen daar, zo bleek later, maar
De Pieterseliestraat gezien naar het oosten
gelukkig kwam hij later gezond en wel
weer naar huis.
Transformatorhui sj e
Mariahof was een buurtje van eerlijke en
noeste arbeiders. Het werd gedomineerd
door wat wij het Hoofdgebouw noemden
en waar vooral bejaarden woonden. Wie
mij het meest is bijgebleven van deze
bewoners is het parmantige kleine vrouw
tje juffrouw Trippenzee, altijd even vrien
delijk en even zonnig. De verdere opbouw
voldeed helemaal aan de omschrijving
van het hofje in Kramers Woordenboek:
'pleintje met rondom gebouwde goedkope
woningen'. Jammer dat het hofje werd
ontsierd door het midden in het plantsoen
tje staande transformatorhuisje, alhoewel
later zou blijken dat het ergens nog tot
voordeel zou kunnen dienen.
Wij kwamen te wonen tegenover het
Hoofdgebouw, met naast ons ter linker
zijde de familie Zelle, waarvan de
man er prat op ging achterneef te zijn
van Margaretha Geertruida Zelle, beter
bekend als Mata Hari. En ter rechterzijde
kregen we als buren Marten Lei en echt
genote en hun later geadopteerde dochter
Klaasje. Zij kwamen oorspronkelijk uit
Paesens Moddergat. Hij was timmerman
en dat was bepaald niet ongemakkelijk.
Hoezeer het hofje toch een vredige uit
straling niet kon worden ontzegd, wij
waren duidelijk in een barre oorlogs
situatie beland. En dat hield onder meer
in het voldoen aan verduisteringsvoor
schriften. Het was onze buurman/tim
merman die hiervoor de nodige luiken
maakte, die we elke avond voor de ramen
installeerden. En hij was ook de maker
van het luikje in de zoldering, dat als
schuilplaats kon dienen bij mogelijke
razzia's. Want ook dat was een fenomeen
waar we helaas niet aan ontkwamen.
Hadden de oorlogsomstandigheden
aanvankelijk het maatschappelijke leven
nog niet helemaal in de tang, geleidelijk
aan werden de gevolgen merkbaar. Wij
kregen allemaal te maken met de voedsel
distributie. Wat dus inhield dat de Vivo-