17 Borgrink, Van Asperen en Ros, en vier andere burgers werden aangewezen voor het opmaken van de 'generale stemlijst', de einduitslag. Er werden in totaal drie vragen voorgelegd aan het volk, waarvan de eerste - voor of tegen de nationale ver gadering - de belangrijkste was. De orga nisatoren hadden het zich niet gemakke lijk gemaakt door aan de voorstemmers vervolgens een subvraag voor te leggen en aan de tegenstemmers weer een andere vraag. Dit leidde tot voorspelbare proble men over de interpretatie van de uitslag. De provinciale commissie die uiteinde lijk op 2 december de definitieve uitslag bekend maakte, liet de einduitslag verge zeld gaan van een lange jammerklacht over de vele onregelmatigheden die men had aangetroffen. 'De wijze van 't voor stellen der verscheidene vragen is in de onderscheiden grondvergaderingen zo verschillend geweest, dat het zeer bezwaarlijk voor ons geweest is de mening der grondstemming met genoegzame zekerheid te beslissen'. Ook in Leeuwar den waren er diverse 'illegaliteiten' ont dekt. Zo had men de vergaderingen niet steeds achter gesloten deuren gehouden. De stad was verdeeld in veertien grond vergaderingen of stemdistricten: tien espels, drie buitenbuurten en de klokslag. Op vrijdag 13 november, 's morgens vroeg om 9 uur, kwam in elk district de grond vergadering bijeen. Op de vergadering in de herberg Benthem werden zes jonge schutters geweigerd omdat zij nog geen twintig jaar waren. In een protestbrief klaagden zij dat zij wel de Vrijheid en het Vaderland moesten verdedigen, maar niet mochten stemmen. Van de veertien Leeuwarder districten stemden er vijf tegen de nationale vergadering, waaron der Oldegalileën en de klokslag. De door Leeuwarden ingeleverde uitslag wijkt sterk af van de officiële uitslag die op 2 december bekend werd gemaakt, en dat is geen wonder, want de overgeleverde origi nele stemlijsten laten veel ruimte voor interpretatie. Het referendum zette niet alleen de tegenstelling tussen federalisten en uni- taristen op scherp, maar ook die tussen Leeuwarden en het gewest. Waar het gewest in grote meerderheid tegen stem de, stemden de Leeuwarders - met de inwoners van de meeste andere steden - juist voor de aansluiting bij de Nationale Vergadering. De opkomst bedroeg maar liefst bijna 90% op een totaal van 2631 stemgerechtigden. 1573 inwoners stem den voor, 783 tegen. Een riante overwin ning van de voorstanders dus, die al snel in teleurstelling omsloeg toen de geweste lijke cijfers bekend werden. Typerend is de wijze waarop de voorzitter van het tij delijk provinciaal bestuur zijn politieke gelijk haalde toen de totaaluitslag voor Friesland bekend werd gemaakt: 'Ik con cludeer uit naam van het Vrije Vriesche Volk, ons Wettig Soeverein! dat er geene Nationale Vergadering volgens het Haag se plan ingerigt zal worden.' Nasleep Hoewel de Leeuwarder radicalen nu gewestelijk in een isolement leken te geraken, hadden zij machtige bondgeno ten buiten de provinciegrenzen, waar vooral het gewest Holland hoe dan ook de eenheidsstaat wilde doorzetten. Achter de tegenstelling federalist-uni tariër en gematigd-radicaal ging in Fries land een veel diepere politieke kloof schuil. In wezen ging het zowel op provin ciaal als op lokaal niveau om de verdedi ging van de eigen belangen en oude rech ten tegenover bedreigende machten van buiten. De Friese gewestelijke bestuur ders waren tegen de eenheidsstaat, maar binnen de provincie zagen zij zelf al te zelfstandige lokale besturen als een bedreiging. Het conflict tussen Leeuwar VIYHEII) (ÏILIKIIIOU P L' I) J_ i C A T 1 li. Bekendmaking waarin ingezetenen wor den opgeroepen om nieuwe leden voor het stadsbestuur te kiezen, 1795 den en het gewest leidde op 12 januari 1796 tot een coup, waarbij het provinciaal bestuur de arrestatie gelastte van de gehele muncipaliteit. De volgende dag werd er een tijdelijk bestuur geïnstal leerd. Twee weken later echter vond er al een tegencoup plaats en grepen, gesteund door agenten uit Holland, de radicalen de macht, zowel in Leeuwarden als in Fries land. Een dag later, op 27 januari, besloot het nieuwe Friese bestuur tot de Nationa le Vergadering toe te treden. In Leeuwarden vestigde zich nu een waar schrikbewind, waarbij de radicalen jacht maakten op politieke tegenstanders en deze opsloten in het Blokhuis. Nog eens vond nu met hulp van Franse militairen, een tegencoup plaats, en wel op 11 februari 1796. Op 23 februari kwam aan dit gematigde tussenbewind weer een einde, toen de vierde staatsgreep in twee maanden de macht voor langere tijd ste vig in handen van de radicalen bracht. Het radicale bewind in Friesland bracht het gewest korte tijd in het brandpunt van de landelijke politiek, meer dan ooit daarna en daarvoor het geval is geweest. Het verdere verloop van de ontwikkelin gen valt buiten het bestek van dit ver haal. Om van Nederland een echte een heidsstaat te maken, was in 1798 opnieuw een staatsgreep nodig, maar nu in Den Haag, waarbij de toenmalige Frie se vertegenwoordigers samen met andere tegenstanders werden gearresteerd om de balans naar de gewenste kant te laten doorslaan. In 1811 werd de voormalige Republiek bij het Franse keizerrijk van Napoleon ingelijfd en in november 1813 zette de zoon van de laatste stadhouder voet aan wal bij Scheveningen. Hij zou als koning Willem I aan het hoofd komen van een eenheidsstaat waarin Den Haag heel veel, en Leeuwarden heel weinig te zeggen had. Hoofdzakelijk ontleend aan: S. Kuiper: Tussen revolutie en reactie. De politieke elite van Leeuwarden in de jaren 1795- 1798, ongepubliceerde doctoraalscriptie RU Groningen, 1986; Jacques Kuiper: Een revolutie ontrafeld. Politiek in Friesland 1795-1798, Franeker 2002; Historisch Centrum Leeuwarden: Stadsarchief 1425- 1811, voorl.inv.nr. M127, f. 138 e.v.; Tre- soar: Archieven gewestelijke besturen Franse tijd, inv.nrs. 177, 178. Leova.'c^tA.lt

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2006 | | pagina 19