26 wanneer ze klein van formaat zijn.' Het daar geëxposeerde 'Rietlanden' karakteri seerde hij als 'met sfeer van het waterland en Haagsche School-stemming.' Op een groot doek, een gezicht op Stiens, had hij kritiek. Volgens Kools, had dit 'met een grootere kwast geschilderd moeten wor den, het valt nu te veel uiteen in kleine partijtjes.' Desalniettemin verkocht hij dit schilderij voor 250,-. Ruime commissie In een deels bewaard gebleven kasboek uit 1942 of '43 blijkt dat de kunsthandel, in dit geval Bart de Boer, 25% commis sie opstreek. In dat jaar verkocht Van der Meulen, alleen al tussen 28 mei en 5 juni, 6 schilderijen aan de Boer voor 775,-, terwijl hij zijn verdienste tot juni dat jaar al becijferde op 3842,50. Hij schilderde dus naar de algemene smaak. Zijn vroe gere werken waren bijna impressionis tisch te noemen en geschilderd met een veel lossere toets. Misschien was het zo'n schilderijtje dat Kools in 1942 voor ogen had toen hij zijn expositie bij De Boer beoordeelde met: 'We zagen elders een doek waar meer vaart in zat, meer van den maker, zoo u wilt, en daar moet het, menen wij, naar toe.' Tijdens en na de oorlog verdienden de Friese kunstschilders, schilderend in de traditie van de Haagse School, een behoorlijke boterham. Veel van de schil derijen van Van der Meulen en zijn col lega's die bij kunsthandel De Boer hingen, werden gedurende de bezetting ook door Duitsers gekocht. Die kwamen ook wel bij hem thuis, waar hij overigens een bloed hekel aan had. Hij wist dat in de buurt onderduikers zaten. Tijdens deze bezoe ken kwam het acteertalent van Tjerkje goed van pas. Bij een inval op zoek naar werkweigeraars kon ze de Duitsers aflei den van de schilder en zijn zoon, die ach ter een schot in het atelier verborgen waren. Zij wees op alle kunst in de kamer en op worsten die achter in een oude kus- senkast hingen: 'die sind zrnn malen und dann zrnn fressen.' Dat vonden ze prach tig en ze vertrokken weer. Door een expositie in Groningen kwam zijn werk ook onder de aandacht van Hermann Johannes Conring, 'der Beauf- tragte des Reichskommissars für die Pro- vinz Groningen.' Op een dag kwam deze plotseling met auto en chauffeur voorzien van standaard met hakenkruis, voorrij den. Een gewapende oppasser bleef voor de deur staan. Hoewel hij fel antinazi was, kon hij een verkoop aan Conring moeilijk weigeren. Er werden later bij de kruidenier op de hoek dan ook vraag tekens gezet bij dit hoge Duitse bezoek, maar op zijn vraag of de kruidenier ook de verkoop van kaas aan Duitsers durfde te weigeren, moest hij hem gelijk geven. George van der Meulen was autodidact en hij gaf in en na de oorlog ook af en toe schilderles en adviezen aan jongere kunstschilders. Daaronder was Wolfgang Philip, een jonge Duitser. Deze maakte tijdens de oorlog graag spotprenten over Adolf Hitler. Na 1945 kreeg hij ontzettend veel opdrachten. Zelfs zoveel dat hij het idee had aan de lopende band te staan, wat hem erg tegen stond. De geleverde kwa liteit leed hier vaak onder. Veel van zijn schilderijen zijn met emigranten naar het buitenland gegaan. Eén schilderij met een gezicht op de Oldehove, een onder werp dat hij ontzettend veel heeft geschil derd, kwam in Egypte terecht. Het werd gekocht door een Egyptische prinses. Deze gaf via haar ambassade opdracht aan het Oudheidkundig Museum in Leiden om uit te zoeken in welke stad deze scheve toren wel moest staan. Na lang zoeken kwam men er in Leiden achter dat dit een stads gezicht in Leeuwarden moest zijn. Wars van publiciteit Van der Meulen werd een veelgevraagde schilder voor exposities en tentoonstellin gen. Behalve de genoemde, exposeerde hij onder andere in 1946 bij Stichting Oud heidkamer Ameland, samen met Bauke van der Sloot, Johannes Elzinga en Piet Hein van Asperen. De prijzen van zijn werken zaten op hetzelfde niveau als van Van der Sloot. Ook exposeerde hij in 1946 bij Vroom en Dreesmann tijdens de Landbouwtentoonstelling in Leeuwarden en in 1948 in het stadhuis van Bolsward tijdens de grote zomertentoonstelling. In 1949 werd hij gevraagd te exposeren op de driedubbele tentoonstelling in Maas tricht, Leeuwarden en Grou, georgani seerd door It Boun fan Fryske Keunstners en de Friese Kunstkring, samenwerkend in het Kunstcentrum Prinsetün. Of hij hieraan nog heeft meegewerkt is mij niet bekend. )r,-. - f V 1 -« k ij Pi t- >2 W i 'V «s -- I. v W -- -r - - 4 -.■yf 1&&-- r tff^iSrBl"rTriP iasjf IrifoiHirtW1 w "t:- Een door Van der Meulen getekend gezicht op het Vliet Collectie Jorna La» it

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2007 | | pagina 28