Lcovaë^tA.!€ 3 Nijboer vermeldt in zijn inleiding het vol gende: 'De in 1540 gebouwde Stads Schut tersdoelen diende ter vervanging van de oude doelen in de tegenwoordige Oude Doelesteeg. De verplaatsing van het onderkomen van de schutterij zal in de eerste plaats verband hebben gehouden met de snelle ontwikkeling van de Nieu- westad en het achterliggende Ruiters- kwartier tot het commerciële centrum van de stad. De schuttersdoelen diende als vergaderplaats voor de Stedelijke Schut terij - ook wel Schuttersgilde genoemd - en het complex, bestaande uit het hoofd gebouw, doeletuin en het aangrenzende tournooiveld, werd tevens gebruikt voor het houden van wapenoefeningen. In 1564 telde de schutterij 216 leden, dat wil zeggen dat naar schatting tussen de 20 en 40 procent van alle volwassen mannelijke burgers schutter was. Het schuttersgilde was dus een breed gedragen organisatie, die op deze wijze tevens een belangrijke sociale functie had. Dat sociale aspect kwam ook heel duidelijk naar voren bij het zogenaamde papagaaischieten dat elk jaar (sic) op het tournooiveld werd gehou den. Bij deze schietwedstrijd werd uitge maakt wie het daaropvolgende jaar de 'koning' oftewel de opperbevelhebber van de schutterij zou zijn.' Met het aantal van 216 schutters lijkt dus redelijk voldaan aan de doelstelling van drie schutters per honderd inwoners, zoals aan het begin van dit artikel reeds aangehaald. Wopke Eekhoff maakt in zijn Geschied kundige Beschrijving van Leeuwarden een denkbeeldige wandeling door de stad rond het midden van de 16e eeuw, waarin hij de omgeving van de Stads Schutters doelen als volgt omschrijft: 'Op den noord westhoek der stad buigt de wal zich noordoostwaarts, eerst langs eene groote uitgestrektheid ledigen gronds. In dien hoek bestaat er enkel eene kleine buurt, de Butterhorne of Boterhoek geheeten, naar eenige koemelkerijen, waarin zuivel vervaardigd wordt. Vervolgens doet zich de nieuw gebouwde Schutters-Doelen op, met zijn hof en schietperk, zonder eenig huis in de nabijheid.' Ook hij maakt mel ding van het papagaaischieten tijdens het schuttersfeest. De papagaai was een hou ten vogel die op een hoge staak was geplaatst en op een ijzeren pen kon draai en. Wie hem als eerste naar beneden schoot werd tot Koning uitgeroepen. Ordonnantie op de Schutterij Op 1 augustus 1564 werd door stadhouder Jan van Ligne de uit 35 artikelen bestaan de ordonnantie op de Schutterij der stad Leeuwarden uitgevaardigd, aan de hand having waarvan de schutters bij toetre ding tot het Schuttersgilde de eed moesten afleggen. Zo werd onder andere bepaald dat de schutters alle zondagmiddagen 'met heuren eygen doelroers, mits nae 't parck schietende en sonder enige twist' konden oefenen. Een doelroer was een geweer speciaal voor gebruik in de doelen bestemd. De doorgaans lange uitvoering van het Nederlandse doelgeweer was voor de horizontale schietbaan bestemd en valt op door zijn grote houten steunklos onder de lade. Ten aanzien van het papagaai schieten werd verordonneerd, dat om de drie jaar op de zondag na Sint Jacobsdag (25 juli) 'die vogel geschoten ende die Schutterie gehouden sal worden'. Daar naast werd bepaald dat het eerste schot namens zijne 'Conincklycke Mayesteyt' (Philips II) door de stadhouder of zijn plaatsvervanger zou worden gelost. Ook over het drankgebruik werden regels opgesteld. Zo werd bepaald dat de schut ters tijdens het papagaaischieten, wan neer dat gehouden werd, geen belasting hoefden te betalen over 'de Stadts helfte van de wyn ende bieren' die gedronken zouden worden. Doch ook, dat er tijdens de schietwedstrijd - die overigens niet langer dan twee dagen mocht duren - in het schietperk geen wijn mocht worden genut tigd, uitgezonderd 'op 's Konings Hof, alwaer die Koning met syne Gasten ende Geselschap ter tafel geseten, ende verga dert zal syn'. Van de schutters werd echter wel een verplichte bijdrage van zes stui vers gevraagd tot profijt van de Koning 'omme aldaer mede syn staet te onderhou den', dus om de Koning in staat te stellen een en ander te kunnen bekostigen. Wat er precies met 's Konings Hof wordt bedoeld blijft vaag, doch waarschijnlijk zal deze hof of tuin in de nabijheid van de Stads Schuttersdoelen hebben gelegen of er deel van hebben uitgemaakt. De in 1868 gebouwde Jongensschool voor Lager en Meer Uitgebreid Onderwijs, waarin sedert eind 1882 de bewaarschool was gehuisvest. Foto uit de jaren '30 van de vorige eeuw

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2008 | | pagina 5