De Huizumer dorpskerk
LcovoF^tA.!€
6
Syb Grijpstra
'De toren vind ik wel mooi, maar de kerk zelf met die laag pleister niet. Geef mij
dan maar de kerk van Goutum.' Op mijn vraag aan de man of hij de Huizumer
dorpskerk wel eens van binnen had bekeken, volgde een ontkennend antwoord.
Ie ingang met gele steen dichtgemetseld.
De bestaande nooduitgang aan de zuid
oostkant is van de vorige eeuw. De raam-
partijen waren oorspronkelijk romaans,
waarvan er eentje, zij het dichtgemetseld,
bij de huidige ingang in het pleisterwerk
nog zichtbaar is. Later werden de raam-
partijen vergroot en kregen een gotisch
uiterlijk. Voorts zitten onder de pleister
laag aan de noordzijde dichtgemetselde
spaarvelden en sporen van enkele, later
verwijderde steunberen.
Interieur
Tot de reformatie was de Huizumer dorps
kerk een rooms-katholieke kerk en gewijd
aan Johannes de Doper. Sporen daarvan
zijn nog aanwezig. Onder andere een later
gerestaureerde piscina, een nis in de koor-
wand voor het verrichten van de liturgi
sche hand- en voetwassingen. Het gootje
waar het water afliep in de gewijde grond
van het kerkhof, is onder de pleisterlaag
nog aanwezig. Verder aan de noordkant is
nog een nis, hetgeen kan wijzen op de plek
waar zich eerder een sacramentsnis
bevond. Deze ruimte diende als bewaar
plaats voor de geconsacreerde hostie en
werd afgesloten met een deurtje van tra
liewerk. Nagenoeg uniek zijn de middel
eeuwse rozetten (gewelfschotels) met
passievoorstellingen in het houten tonge
welf, op de kruising van de noklat met de
dwarslatten. Er zijn zeven gewelfschotels
waarvan de middelste buiten de reeks van
de passievoorstellingen valt, omdat hier
de beeltenis van Johannes de Doper staat
afgebeeld, maar die toch is opgenomen,
omdat de kerk gewijd is aan Johannes de
Doper. Deze gewelfschotels zijn zeer zeld
zaam. In Friesland heeft alleen de kerk
van Jelsum soortgelijke panelen.
De zeldzame achtkantige kansel is de
Interieur dorpskerk Huizum in oostelijke richting Collectie S. Grijpstra
De pleisterlaag op het schip van de dorps
kerk verdient inderdaad de schoonheids
prijs niet. In de negentiende eeuw werd
het schip van de kerk bepleisterd omdat
vocht van buiten door de muren drong.
Door de beplanting met klimop werd de
pleisterlaag jarenlang grotendeels aan
het oog onttrokken. Bij de restauratie van
de kerk in 2002 heeft een beperkt bouw
historisch onderzoek plaatsgevonden.
Daarbij kon vastgesteld worden dat de
kerk rond het jaar 1200 is gebouwd. Aan
zettingen in de muur tonen aan dat het
kerkschip bij de bouw destijds een stenen
gewelf kreeg.
In de 15e eeuw werd het kerkschip aan
zienlijk in oostelijke richting verlengd en
de zijmuren in geringe mate verhoogd. Wel
kwam daarboven de met leisteen bedekte
kap en inwendig een tongewelf. Uit de
genomen houtmonsters kwam men uit op
omstreeks 1465. Tevens kreeg de toren de
huidige vorm, met een verhoging van het
deel met de galmgaten en zadeldak.
Onder de pleisterlaag is een bonte ver
zameling van verschillende soorten steen
gebruikt. Daaruit blijkt dat in de loop der
eeuwen verschillende verbouwingen heb
ben plaatsgevonden. Zo werd aan de zuid
westkant van het kerkschip een vrij smal-