28 Nynke heette in werkelijkheid Sjoukje Bokma de Boer en was de eerste echt genote van Pieter Jelles Troelstra. Haar boeken heb ik verslonden: Afkes Tiental, Jelle van Sipke Froukjes, Schimmels voor de Koets of Vlooien voor de Koekepan. Maar er is meer, alleen was ik te jong om het me nu te kunnen herinneren. Dat irriteert, want ik zou me graag haar gezicht en haar stem voor de geest wil len halen. Mijn ouders waren met haar bevriend, ik heb een door haar geschon ken truitje gedragen, er staat een boek met een opdracht aan mijn ouders en mij in de boekenkast en ik heb een lange brief van haar aan mijn ouders, waarin ze hun raad geeft wat te doen met een stout jon getje, dat een Vimbus over de keukenvloer uitstrooit, die eindigt met de wens dat ik maar 'tot een echte, frisse, idealistische AJC-er mag opgroeien'. Dat het tussen de AJC en mij niks geworden is, leg ik straks nog uit. Maar het zien van haar geboorte huis ontroerde me, vooral omdat er in 148 jaar (ze werd in 1860 geboren) zo weinig aan het huis veranderd is. De AJC Heel precies weet ik het niet meer, maar ik zal zo'n twaalf jaar oud geweest zijn toen ik lid werd van de AJC. Het gebouw, Sinneljocht geheten, van de Arbeiders Jeugd Centrale stond aan het begin van de straat waar ik in Leeuwarden woonde, op een hoek met de Groningerstraatweg. Er waren merkwaardige regels, zo moest je in plaats van godverdomme 'appeltje' zeggen. Dat ging er bij mij niet in. Een ander verschrikking was het volks dansen, dat bij tijd en wijle zelfs op straat gebeurde. Gelukkig mocht je op zo'n moment ook met blaadjes colporteren, daar was ik heel goed in en dus hoefde ik niet te huppelen. Iedere dinsdagavond was er koppelavond in een kamer, die honk genoemd werd, aan het slot ervan werd voorgelezen uit een boek, dat ik al uit had. Ik besloot de bij het verhaal beho rende gezichten te trekken, dat viel bij de verteller niet in goede aarde en hij nam op een verschrikkelijke manier wraak. Ik was dol op vliegtuigen en was in mijn vrije tijd meestal in de buurt van de vlieg- Jeugdfoto van Wim Bloemendaal waarop hij het door Nynke van Hichtum geschon ken truitje draagt Collectie Wim Bloemendaal basis te vinden. Op zeker ogenblik werden op drie opeenvolgende dagen op de basis zogenaamde luchtmachtdagen gehouden. Ik had ervoor gespaard, maar kon op het moment dat een driedaagsekaart moest worden aangeschaft mijn portemonnee nergens vinden. Diepe ellende, want mijn moeder was streng in dit soort zaken. Had ik maar beter op moeten passen en aan geld lenen viel niet te denken. De porte monnee moest uit mijn broekzak gegle den zijn tijdens de jongste koppelavond. Gelukkig vond er op zaterdagmiddag een fietstocht plaats, dus meldde ik me tij dig bij Sinneljocht met de vraag of ik in het honk naar mijn portemonnee mocht zoeken, omdat ik het geld nodig voor een kaartje voor de luchtmachtdagen. 'Als je niet mee gaat fietsen, heb je ook niets te zoeken in het honk', was het antwoord. Ik ben uiterst verdrietig afgedropen en kreeg toen alsnog geld van mijn moeder. De dinsdag daarop vond ik mijn portemon nee op de grond in het koppelhonk. Ik heb hem opgepakt en ben naar huis gegaan. Van een echte, frisse, idealistische AJC- er, zoals Nynke van Hichtum die zich voorstelde, is dus niets geworden.' De noordwestzijde van de Groningerstraatweg bij de Goudsbloemstraat kort voor de wegverbetering in 1947, met in het midden het AJC-gebouw 'Sinneljocht'

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2009 | | pagina 30