10
taris), P.H. Schuyleman en F.C. Alpherts,
vormend een ruime vertegenwoordiging
uit de Leeuwarder grachtengordel: Wil
lemskade, Westersingel, Noordersingel,
Harlingerstraatweg.
Niet toegelaten tot deze vergadering
waren vertegenwoordigers van de Leeu
warder afdeling van de Nederlandse Bond
van Onderwijzers, ondanks hun verzoek
hier het woord te mogen voeren. Hoe
wel een goede zaak nooit gediend is met
eenzijdige informatie, hadden de initia
tiefnemers natuurlijk geen behoefte hun
doelstelling onderuit te zien gaan. Of,
zoals voorzitter Stheeman het formuleer
de: 'Ongevraagde raad is zelden welkom.
Voor velen kwam daar zeker bij een ern
stige twijfel aan de bevoegdheid tot oorde
len van den would-be adviseur.'
Opvallend was de aanwezigheid in het
bestuur van Stheeman en Nubé. Immers,
Stheeman was als voorzitter van de Com
missie van Schooltoezicht, waarin hij
zitting had op voordracht van de ouders
van leerlingen in het openbaar onderwijs,
akkoord gegaan met de voorgenomen
reorganisatie. Een schrijver van een inge
zonden stuk in de Leeuwarder Courant
zei er het volgende over: 'De openbare
school had uw liefde toen de elitekinde
ren onderwijs ontvingen in klasjes van 20
leerlingen, terwijl die voor kinderen aan
de tussenscholen voor nette arbeiders
dikwijls het dubbele telden. U trekt er nu
uit omdat er een einde is gemaakt aan de
bevoorrechting van de bevoorrechte.'
Albert Cornells Nubé was in oktober
1910 benoemd tot hoofd van openbare
lagere school 9 aan de Kalvergloppe en
in januari 1921 aan de nieuwe school 14
in de Tjerk Hiddesstraat. Men kan zich
afvragen wat Nubé bewoog zitting te
nemen in een zich tegen het openbaar
onderwijs kerend en daarmee concur
rerend schoolbestuur. Hij was als ouder
betrokken bij school 2 en waarschijnlijk
was hij gevraagd door mensen uit zijn
sociale netwerk omdat hij zich via een
ingezonden stuk in de Leeuwarder Cou
rant had gemengd in de discussie over de
eenheidsschool. Hij stelde daarin dat als
er een school wordt ingericht voor zwak
zinnige leerlingen er toch geen bezwaar
kan zijn voor 'een school, zoals die er nu
ook is, waarin die ene intelligente leerling
uit elk van de honderdvijftig klassen van
het openbaar onderwijs verenigd worden?'
Het nieuwe leerplan zou dat volgens Nubé
beletten, waarop een collega schoolhoofd
reageerde met de woorden: "t is me een
raadsel, hoe de heer Nubé kan schrijven
dat belet wordt aan eenige scholen een
leerplan te ontwerpen, dat rekening houdt
met én de ontwikkelingsmogelijkheden
én met latere bestemming der leerlingen,
terwijl heel de plaatselijke onderwijswe
reld er mee bekend is, dat er verschillen
de leerplannen in voorbereiding zijn, die
rekening houden met die verschillen. De
heer Nubé stelle zich niet voor, het stan-
denegoïsme een grooten dienst te kunnen
bewijzen met een zoo onjuiste bewering
als de net aangehaalde. Dat standenego-
isme heeft den slag verloren.' Dat Nubé
zoveel weerstand zou oproepen bij zijn
collega's, die hem de betrokkenheid bij de
nieuwe school fel verweten, zal hij waar
schijnlijk niet hebben voorzien.
De strijd tussen beide richtingen kreeg
een ongekende felheid, mede door de toon
zetting van mr. Stheeman tijdens de al
spoedig losbarstende polemiek in de Leeu
warder Courant. De standpunten over en
weer werden breeduit en in grote aantal
len geplaatst in de rubriek 'ingezonden
stukken'. Het hieronder verwoorde is dan
ook meer illustratief dan volledig.
Opdat een ouder 't klatergoud voor
echt aanziet
Door de weigering hen toe te laten tot de
oprichtingsvergadering moest de Bond
van Onderwijzers haar standpunt op
een andere wijze naar buiten brengen en
plaatste hiertoe onder de kop 'Geen neu
trale standenschool' een ingezonden stuk
in de krant van 16 mei 1922. Volgens de
Bond wierp de weigering van Stheeman
Leerlingen van de jongensschool van de Leeuwarder Schoolvereeniging in de Sint Antho-
nystraat in de jaren twintig. V.l.n.r., voorste rij: Tjerk Turkstra; Jean van Keijzers-
waard; Jan de Groot; Jelle Troelstra; Elkan Speijer; Benno Gros; Gerard Wolders; C.P.
Albarda; Thomas van Wijk; Gosse Molenaar. Midden: Isak Leefsma; Sikke v.d. Berg;
Jessie de Vries; Siebren de Boer; Jopie Bouman; Christiaan Rommerts; C.A. Heesels; Jo.
Jellema; Johan Ypes; Simon van der Zee; Jo de Boer; L.J. Verschuur (hoofd). Achterste
rij: Menno Hoitsma; Jan Koopmans; Marten Haarsma; Minne Brouwer; Tjerk Eijgelaar;
Sjon Mulbach; Piet Hilarius; Thomas van Huystee; Kees Albarda