22
Het Huizumer fanfarekorps De Volharding rond 1910 met dirigent Majoor Kramer
stond niet als zelfstandig wonende inwo
ner van de gemeente Leeuwarderadeel
ingeschreven. Misschien was zij inwonend
bij haar ouders of familie. Op de geboor
teakte van het kind staat dat zij geen
beroep had. Door het ontbreken van een
vader deed de dokter aangifte van deze
geboorte bij de Burgerlijke Stand. Op de
akte schreef hij 'verklarende de aange
ver bij de bevalling tegenwoordig te zijn
geweest'. Het kind, een jongen, kreeg de
naam Pieter. Op 20 maart werd door de
moeder, ten overstaan van de ambtenaar
van de Burgerlijke Stand, het kind als het
hare erkend.
In die tijd werkte de ambtenaar van de
Burgerlijke Stand ook nog als particulier,
door de geboorten, huwelijken en sterfge
vallen in de gemeente apart op te schrij
ven en deze gegevens wekelijks aan de
krant af te staan. Daarvoor werd hij door
de krant betaald. De gegevens verschenen
in de krant in de rubriek Familieberich
ten. Op 8 maart 1909 kwam de gemeente
secretaris voor een kwestie bij de dokter
en die vroeg hem lachend of hij de krant
al had gelezen. Dit bleek niet het geval te
zijn en toen vertelde de geneesheer dat hij
in de krant ten onrechte als vader van het
kind van Anna Terpstra werd bestempeld.
Inderdaad stond onder 'geboorten' Pieter,
z.v. Willem Sinninghe Damsté en Anna
Terpstra. De gemeentesecretaris vond dat
deze onjuistheid gerectificeerd moest wor
den door middel van een ingezonden stuk.
Hij ging naar huis en met een rectificatie
keerde hij weer bij de dokter terug. Daar
in werden nog enkele kleine wijzigingen
aangebracht en voordat het naar de krant
werd gezonden, vertelde de dokter dat hij
ook een ingezonden stuk had opgesteld.
De rectificatie verscheen op 9 maart
1909 in de Leeuwarder Courant, waarin
de berichtgever van de burgerlijke stand
verklaarde dat in de familieberichten van
8 maart een fout was geslopen. Als vader
van de jonggeborene werd abusievelijk
de heer W. Sinninghe Damsté vermeld.
Dat was abuis. De vergissing is ontstaan
doordat 'bij gebreke van de vader, de
behandelende geneesheer is belast met
de aangifte'. Daardoor was diens naam
in de geboorteakte opgenomen. Tenslotte
werden verontschuldigen aan de dokter
aangeboden.
Ergerlijke slordigheid
Het al aangekondigde ingezonden stuk
van dokter W. Sinnighe Damsté, gemeen
tegeneesheer in Leeuwarderadeel,
dateert van 9 maart 1909, met een lang
niet malse inhoud. Volgens hem was de
vermelding van de dokter als vader van
het kind geen 'vergissing', maar berustte
een en ander op een 'ergerlijke slordigheid
en onverantwoorde nonchalance' van de
betrokken ambtenaar van de burgerlijke
stand. Voorts vond hij het onverantwoord
dat 'de opgave voor de krant wordt over
gelaten aan een volontair ter secretarie,
een kind nog, dat blijkt niet te begrijpen
wat het leest en schrijft'. Het meest is te
betreuren, dat dergelijke feiten zich kun
nen voordoen.
Wellicht wordt vermoed dat aan de
secretarie van Leeuwarderadeel te weinig
personeel aanwezig is, de schrijver geloof
de daarentegen dat juist te veel personeel
de grote oorzaak is van dergelijke slor
dige administratie. In ieder geval deugde
de kwaliteit van het personeel niet. "Was
sinds jaar en dag de gemeente Leeuwar
deradeel berucht wegens slordigheid en
nalatigheid, en was het daardoor voor de
ingezetenen soms minder aangenaam tot
de burgers dier gemeente te behoren, nu
blijkt het dat de verregaande achteloos
heid die ter secretarie heerst, gevaar
lijk kan zijn voor de goede naam van de
inwoners.' De brief ging verder met de
woorden: 'Het is daarom te hopen dat het
gemeentebestuur van Leeuwarderadeel
in het vervolg de waarborg kan geven,
dat dergelijke onverantwoordelijke zaken
niet meer kunnen voorkomen, - dat einde
lijk eens een Hercules verschijnt, die de
Augiasstal in Leeuwarderadeel weet op te
ruimen.'
Aan de schandpaal
Het ingezonden stuk van de dokter
schreeuwde om een reactie. Die kwam
dan ook direct met een ingezonden stuk
van de secretaris. 'De berg heeft een muis
gebaard', schreef hij. 'Een onopzettelijke
vergissing, onmiddellijk op zeer duide
lijke wijze gerectificeerd, is er de oorzaak
van dat vier personen opzettelijk aan de
schandpaal worden geslagen. Iemand
die zich door een onschuldige vergissing