LcoVdiv<)t^i»ll
12
had in de tweede helft van de acht
tiende eeuw het grootste steenhouwers
atelier in Leeuwarden. Sinds 1763 was
hij landschapssteenhouwer en antiek
snijder, die betrokken was bij alle pro
vinciale bouwprojecten. In heel Fries
land leverde hij gedurende een halve
eeuw een onnoemelijke hoeveelheid
beeldhouwwerk in steen en hout in
overheidsgebouwen, kerken, en voor
name woonhuizen in steden en op het
platteland. Van bewaard gebleven werk
van zijn hand in Leeuwarden noemen
we het snijwerk in de Oranjezaal (1762,
met anderen) in het stadhuis, de monu
mentale gevelsteen in de Lutherse Kerk
(1776) en de schoorsteenmantel in de
vertrekkamer van het stadhuis (1787).
Hij zal ook het snijwerk op de galerijen
in de Waalse Kerk hebben vervaardigd.
Tussen 1771 en 1792 staat zijn naam
dikwijls genoemd bij betalingen, die ver
antwoord worden in de stedelijke reke
ningen. Archivalisch is werk van hem in
Leeuwarden aanwijsbaar aan het Tucht-
en Werkhuis (1756), het Diaconiehuis
(1760), het Landschapshuis (1763), de
Justitiepaal (1772) en de pomp op de
Vismarkt (1778). Hij decoreerde de hui
zen van Heere Yedema (1767) en procu
reur Roorda (1774) en in de Westerkerk
verzorgde hij het beeldhouwwerk aan de
rouwkast van Jetze van Sminia (1771)
en aan de grafsteen van Epeüs Wielinga
(1785). Dit moet een fractie zijn van het
werk dat hij in Leeuwarden leverde,
ook bijvoorbeeld aan gevelversieringen,
zoals van de Witte Beer (1770) op de
Nieuwestad en de Planteur (1785) aan
het Naauw of in de kerkmuur van Lek-
kum (1778).
De Prinsenstoel in 1786
In 1786 worden de regeringsbanken
en de Prinsenstoel in de Galileeërkerk
als volgt beschreven in deel II van de
Hedendaagsche Historie of Tegenwoor
dige Staat van Friesland
'Deeze kerk is tegenwoordig een laag
gebouw, van binnen voorzien met een
houten gewulft, zynde het Westeinde
ten Noorden verbreed door een uit-
bouwzel, rustende aldaar op zes pilaa-
ren; onder dit uitbouwzel vindt men de
gestoelten der Edele Mogende Heeren
Staaten, Gedeputeerde Staaten, Edele
De Galileërkerk aan de oostzijde van de Tweebaksmarkt een jaar voor de sloop in 1940