LiC0Vac^t^i»2
20
Van de hoofdredacteur van De Telegraaf
had Cohen alle vrijheid gekregen zijn
bijdrages naar eigen inzicht in te vul
len. In zijn veelal actuele artikelen over
Franse aangelegenheden, politiek en
kunst mochten geen redactionele wijzi
gingen worden aangebracht.
Wanneer op 15 oktober 1917 in Vin-
cennes bij Parijs zijn voormalige buur
meisje, danseres Margaretha Zelle, alias
Mata Hari, wordt gefusilleerd wegens
door de Franse autoriteiten veronder
stelde spionage, houdt Cohen zich als cor
respondent op de vlakte. In zijn verslag
vermeldt hij niet dat ze uit Leeuwarden
komt maar schrijft hij over een 'buiten
landse van geboorte'. In 1906 had hij
haar al eens zien optreden, maar hij vond
haar dansen 'nagemaakt'. Na haar dood
schreef hij: de kunst heeft niets verlo
ren aan de gefusilleerde van gisteren
Inmiddels had hij zich een goedkoop
boerderijtje aan de Marne aangeschaft.
In mei 1918 werd dit bij een laatste Duit
se actie totaal verwoest. In 1924 vertrok
hij naar Marly-le-Roi, ten westen van
Parijs. Daar bundelde hij zijn Telegraaf
artikelen als Uitingen van een reaction-
nair (1929) en schreef hij het eerste deel
van zijn herinneringen. In 1932 vertrok
hij naar het zuiden, waar het leven nog
goedkoper was. Bij Toulon kocht hij een
huisje, dat hij met enige zelfspot Clos du
Hérisson (De egelhof) noemde. Cohen en
Kaya leefden van hun tuin en van zijn
schrale inkomsten uit artikelen. Onder
tussen schoof hij verder door in het poli
tieke spectrum: van uiterst links naar
uiterst rechts: hij werd sympathisant
van de Action Frangaise.
Duitse hegemonie
De Action Frangaise verenigde nationa
listen en monarchisten, die een terug
keer voorstonden naar een Frankrijk
van vóór de Franse Revolutie, met het
katholieke geloof als staatgodsdienst.
Zij wilde de vroegere aristocratische
waarden herstellen, keerde zich tegen
de hegemonie van Duitsland in Euro
pa en meende dat de Franse samen
leving doelbewust werd bedreigd
door groepen als joden, protestanten,
vrijmetselaars en buitenlanders. Tij
dens de Tweede Wereldoorlog colla
boreerde zij met het door maarschalk
Pétain geleide Vichy-Frankrijk en
Nazi-Duitsland.
Dat Cohen een aanhanger van de
Action Frangaise en van Pétain werd,
is op z'n zachtst gezegd merkwaardig
te noemen. Wellicht zal zijn voorliefde
voor Frankrijk hem hiertoe gedreven
hebben. Inmiddels genaturaliseerd
tot Frans staatsburger, kon hij geen
lid worden van de Action Frangaise
omdat deze alleen in Frankrijk gebo
ren leden accepteerde.
Hoe is het mogelijk dat een journa
list, die voortdurend opstandigheid
predikte, van links propagandist ver
schoof naar aanhanger van een proto-
fascistische beweging? Speelt hier zijn
afkeer van alle -ismen (anarchisme,
communisme, socialisme, fascisme)
een rol, zijn haat tegen Duitsland en
zijn voorliefde voor Frankrijk? Of is
het een persoonlijke afrekening met
het vaderlijk gezag en de autoriteit
van onderwijzers en superieuren in
het leger?
Alexander Cohen als Frans infanterist in
Neufchateau, Vogezen, augustus 1914
Foto: Internationaal Instituut voor Sociale
Geschiedenis, Amsterdam
Antisemitisme
Het antisemitisme in de negentiende
eeuw, in alle geledingen van de samen
leving, ondervond ook de jonge Cohen in
zijn jeugd. Hij was, zo schrijft hij in In
opstand, de enige jodenjongen in Leeu
warden, die zijn vuisten gebruikte tegen
de pestkoppen die hem dwars zaten.
Cohen: 'Dan zeiden ze tegen mij: lilleke
smous. Dan raakte ik ze op hun smoel. Ik
was de enige joodse jongen in Leeuwar
den die niet wegliep, maar die andere
jongens op hun donder gaf.' Cohen heeft
zijn joodse achtergrond nooit ontkend of
afgezworen, er ook nooit mee gekoket
teerd of het ten eigen voordeel uitgebuit.
Hij vond zich niet anders dan anderen.
Op het antisemitisme van de Action
Frangaise is hij nooit ingegaan.
Als jood moest Cohen van de Vichy-
regering zijn huisje verkopen. Hij
kreeg er een lijfrente voor in de plaats
en een levenslang woonrecht. In de
jaren na de oorlog leden de Cohens
honger als gevolg van de voorthol
lende geldontwaarding. Uit Amerika
en Nederland zonden oude vrienden
voedselpaketten. Cohen bleef om den
brode en omdat hij het niet laten kon,
schrijven voor Nederlandse bladen.
Ook de Nederlandse literatuur bleef
hij volgen. Aan felheid had hij niets
ingeboet, zijn anti-communisme bleef
even sterk als vroeger. Een golf van
erkenning volgde na een 'Kronkel'
van Simon Carmiggelt in Het Parool
in 1954. Carmiggelt roemt daarin de
briljante schrijfstijl van Cohen, diens
rebelse houding en originaliteit, maar
voor diens scheldkannonades kon Car-
miggelt ook waardering opbrengen.
Leeuwarders
Alexander Cohen bezocht Leeuwarden
voor het laatst in 1930 of 1931, het exac
te jaar wist hij later niet meer, om onder
zoek te doen voor het schrijven van zijn
jeugdherinneringen. Hij bezocht plekken
uit zijn jeugd, zoals de joodse begraaf
plaats, waar zijn moeder was begraven
en hij zocht spontaan enkele vrienden
van vroeger op. In een vraaggesprek
met journalist Johan van Minnen van
de Regionale Omroep Noord, die hem in
1959 in de Provence opzocht, vertelde hij
er iets over. Cohen: 'Toen ben ik naar