LiC0Vac^t^i»2
27
Heerenveen, bij ons voorbereid en door
een onzer jongens uitgevoerd. Persoon
lijke bezittingen bij ons geborgen, inhoud
actetas gecontroleerd door Anno Hou
wing. 10 juli: Jan Evenhuis in Amsterdam
vast. Loods van Invoerrechten en Accijn
zen leeggehaald en archief overgebracht
naar kaaspakhuis van Tamminga in de
Schrans, de kazerne der KP. 13 juli: Ben
de Vries gepakt op Achter de Hoven. Grote
paniek. 14/15 juli: De hele nacht doorge
bracht op het dak van de fabriek. Ik hoorde
alle geluiden vanuit de stad en kon daaruit
opmaken dat de SD op volle toeren draai
de, hetgeen later wel bleek. Ze kwamen
onze kant echter niet op. Ik had uit voor
zorg vrouw en kinderen al weggebracht. 15
juli: 's Morgens om 7 uur hoorde ik al dat
'Tamminga' door de SD werd leeggehaald.
Ik achtte nu onze tijd ook gekomen. Wij
verdwenen met een woonschip, naar de
Houtwielen bij Giekerk.'
Overval op de timmerfabriek
Harmens zoon Ale Marten beschreef in
2007 wat er die dag gebeurde: 'In de vroe
ge ochtend van 15 juli 1944 kreeg Har-
men Kingma een alarmerend telefoontje
dat het kaaspakhuis van Tamminga aan
de Schrans in Leeuwarden was doorzocht
door een overvalcommando van de Sipo
(Sicherheitspolizei) uit Groningen. In
dit pakhuis werden wapens en de gehele
administratie van het Friese verzet, die
daar tijdelijk waren opgeslagen, gevonden.
Daarbij was ook de locatie en het adres
van het hoofdkwartier van de Friese KP:
de timmerfabriek aan de Oldegalileën.
Harmen Kingma wist maar al te goed dat
het nu voor hem en zijn gezin de hoogste
tijd was om een veilig heenkomen te zoe
ken. Een dag tevoren, op 14 juli, had hij
drie van zijn vier jonge kinderen, namelijk
Geertje (11), Rinske (7) en Ale Marten (5)
al in veiligheid gebracht, omdat hij grote
problemen verwachtte na de arrestatie
van Jan Evenhuis in Amsterdam en van
KP-lid Ben de Vries aan Achter de Hoven.
Vooral die laatste arrestatie zorgde voor
grote paniek binnen de gelederen van de
Friese illegaliteit. Harmen wist nu dat ook
hij moest duiken. Voor de timmerfabriek,
in de Dokkumer Ee, lag een woonarkje dat
zo nu en dan werd gebruikt als tijdelijke
huisvesting voor werknemers. Hals over
kop werd de meest benodigde huisraad
Voorjaar 1944, het gezin Kingma aan de Oldegalileën: van links naar rechts: Ale Mar
ten, Harmen, Rinske, Annie, Aukje Sietske en Geertje Collectie A.M. Kingma
Voorjaar 1944 aan de Oldegalileën. Van links naar rechts: Geertje, dienstmeisje
Tine Huisman, Aukje Sietske, Rinske, Bep (een joodse onderduikster) en Ale Marten
Collectie A.M.Kingma