LcoVoê^t la.; 6 ook leider Klaas Postma. Toen Christiaan die zondagavond en ook de volgende morgen niet thuis kwam maakten echtgenote Froukje en haar huisarts zich erg ongerust en kwamen al spoedig tot de conclusie dat er iets ern stigs gebeurd moest zijn. Nu droeg ze alleen de verantwoordelijkheid voor het joodse echtpaar Van Dam dat bij hen ondergedoken zat en waarvoor timmer man Kerkhof een onvindbare schuilplaats had gemaakt onder de scheve kanten van de dakkapel. Ze was zich uit alle verhalen die ze gehoord had, terdege bewust van het risico dat ze liep bij ontdekking. Er werd op de naar schatting 3000 onderge doken joden in Friesland 'gejaagd'. Er was verraad en er waren al enkele in Leeu warden ondergedoken joden gearresteerd. De landwachter Lucas Bunt vertelde later dat hij soms briefjes in de bus kreeg met adressen waar joden verborgen zouden zijn. Hij beweerde daar nooit op in te zijn gegaan, maar dat deed een berucht trio wel, dat bestond uit de SD'er Gründmann en zijn Nederlandse handlangers Lam- mers en Sleyfer. Vooral Lammers was een wrede joden hater en juist deze Lammers vergezelde in de nacht van dinsdag op woensdag de Duitsers naar Billitonstraat 5. Het lot van de onderduikers Aan de beide onderduikers, de vrouw was in verwachting, was 's maandags reeds opgedragen alle papieren in de schuil plaats te brengen, ook de foto's van hun uitgesproken joodse familie. Terwijl de Duitsers beneden zochten, zag Froukje kans de joden te wenken zich te verber gen. De man was mismoedig en wilde zich maar aangeven, maar zijn vrouw wist hem daarvan te weerhouden en keek voor alle zekerheid nog even in hun kamertje. En daar stond nog steeds de tas met foto's die ze nog net op tijd het raam uit kon werpen voordat de Duitsers even later naar boven trokken. En toen kreeg Froukje de schrik van haar leven. De Duitsers vonden in de hangkast een jasje van de onderduiker en haalden daar de portefeuille met papieren uit. Het waren 'arische' papieren, maar teleurgesteld dacht ze aan de absolute ver zekering van de onderduiker dat de mof fen geen stukje papier van hem zouden vinden. Ze bedacht nog een smoes en zag opgelucht dat het jasje terug werd gehan gen. De schuilplaats werd niet gevonden. De daarin opgesloten man, onverschillig en moedeloos, had op een bepaald moment naar buiten willen komen, maar weer had zijn vrouw hem tegengehouden. Toen de Duitsers eindelijk het huis verlieten controleerde Froukje Kerkhof de portefeuille en een nieuwe schok trof haar toen ze daarin de jodensterren van haar beide onderduikers ontdekte. Het was bijna onmogelijk dat de moffen die niet hadden gezien en nooit heeft ze hier een verklaring voor kunnen vinden. Ze had geluk gehad en was gespaard geble ven. Het spreekt vanzelf dat de verhou ding tussen Froukje en de onderduikers op gespannen voet raakte, temeer daar de man zich niets aantrok van haar verwij ten en zelfs brutaal werd: 'Als we gepakt waren, waren we alle drie naar de blik sem gegaan'. Zijn vrouw leed onder dit alles; zij was een lief mens. Froukje, die in Friesland geen illegale contacten had, moest nog tot eind novem ber voor haar onderduikers zorgen; daar na werden zij weggebracht. Vijf maan den later beviel mevrouw Van Dam in het ziekenhuis van Heerenveen; met een doek om het roetzwarte haar lag ze tus sen andere patiënten. Toen ze ontslagen werd zou het gezin naar een nieuw adres worden overgebracht, maar het werd op 27 april 1944 onderweg, in de buurt van Joure, gearresteerd door de beruch te Jouster landwachter en NSB-dokter Osinga. Eerst werden ze naar Heerenveen gebracht, toen naar Leeuwarden, telkens onder bewaking. In Leeuwarden was het druk op straat en op een gegeven moment zei Van Dam tegen zijn vrouw: 'Leg het kind hier neer'. Samen ontvluchtten zij en een boer nam in de verwarring het kind De beruchte SD'er Lammers, die huiszoeking deed vlak na de arrestatie van Christiaan onder zijn hoede. De band van de moeder aan het kind bleek echter sterker dan die aan haar man. Zij keerde terug en er is nooit meer iets van haar en het kind ver nomen. Ook in het vorig jaar verschenen standaardwerk In Memoriam van Guus Luyters staan geen verdere gegevens. De man ontkwam en zwalkte enkele dagen in en rond Leeuwarden; uiteinde lijk werd hij gevonden in een varkenshok onder Wirdum. Er werd voor hem een adres gezocht in het waterland onder Grou en hij overleefde de oorlog. Naar men des tijds zei was hij ook toen geen dankbare Dij briefwisseling met ge veilgenen moet de naam en voornaam duidelijk op die enveloppe vernield; staan. rfet, adres luidt: r den Heer Zeiler jS DEUTSCHE POLIZEIGJÈFANGHIS f den Haag. v. Alkemadclaan 850 I C.B. 7 Iedere 3 weken mag wederzijds een brief gestuurd worden. Brief- en ansichtkaarten z(jn verboden en worden niet doorgelaten. Ou gefrankeerde brieven worden niet aan genomen. (Duidelijk naam en adres van afzender ver melden.) Alleen tandpasta, tandenborstel en zeep kun nen PER BRIEF gestuurd worden. Bezoek wordt niet toegelaten. Schoone waseh wordt door de gevangenis uitgereikt. Briefhoofd van een naar huis gestuurde brief waaruit blijkt dat Christiaan in cel 738 opgesloten was Collectie H. Kerkhof

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2013 | | pagina 8