Lcovar^t^lt 23 bruin trijpen pantoffels. De dader heeft vermoedelijk weing geld op zak en reist waarschijnlijk te voet. De jeugdige dienstbode, die zoo ongeluk kig het slachtoffer werd van dezen aan slag, is volgens de verklaring van de heer Zeilinga een stil, bedaard en hoogst zedig meisje. Ze is uit Garijp afkomstig; aan haar familie is door de heer Z. onmiddellijk van dit treurige geval kennis gegeven. Verwonderlijk was haar tegenwoordig heid van geest na den aanslag. Niet alleen, dat ze in haren toestand nog de kracht had naar haar woning, die ongeveer 200 meter van het toneel van het drama verwijderd is, te loopen, maar ze had zelfs het pakje en haar hoed, die bij de worsteling met haar aanvaller op den grond waren gevallen, opgeraapt en meegenomen. Omtrent de jongen man, die den aan slag heeft gepleegd, vernamen we, dat hij als werkman, althans bij de heeren Faber en Zeilinga, voor vlijtig en oppassend door ging. In de Fabriekssteeg, waar hij woont, stond hij echter als persoon in geen besten reuk. Hij schijnt ook een ongunstig uiter lijk te hebben. Bij deze gelegenheid herinneren wij er aan, dat het thans ruim 18 jaren geleden is, dat te Leeuwarden een moordaanslag is gepleegd en wel op den steenhouwer Brik aan den Oostersingel, wien op Zondagna middag 15 Mei 1887 op de stoep voor zijn woning door den blokmaker B. v.d. H. ver scheidene messteken in de borst werden toegebracht, welke bijna onmiddellijk den dood tengevolge hadden. Bij het ter perse gaan van ons blad ver nemen wij, dat de toestand van het meisje zeer ernstig is en haar leven in gevaar ver keert. Het hier ter stede loopend gerucht, als zou de dader van den aanslag zich hebben verdronken, wordt niet bevestigd.' Arrestatie van de schuldige De Leeuwarder Courant van 18 december vervolgt het verhaal onder dezelfde titel 'De moordaanslag aan het kanaal': 'Het groote nieuws, dat we vanmor gen per bulletin konden mededelen, was de arrestatie van den schuldige. Ten gevolge van de door de Leeuwarder poli tie wijd en zijd verspreide telegraphische en schriftelijke signalementen enz. is de verdachte Jan Appeldoorn hedenvoor middag omstreeks half elf te Zwolle door Akke Kobus met een zuster en een tantezeg- gertje. Akke staat achter de tafel Foto: 't Kleine Krantsje twee agenten van politie aangehouden. Toen deze hem ontmoetten, kwam hij hun al dadelijk verdacht voor, daar zij in hem den gesignaleerde meenden te ontdekken. Eerst stribbelde hij wel wat tegen, doch dat baatte hem niet. Hij werd gearresteerd en met den eerstvolgenden trein door de beide agenten naar Leeuwarden overgebracht. Dat zij den juisten man te pakken hadden, bleek hun onmiddellijk. Een tele gram, dat we al zeer spoedig uit Zwolle ontvingen, meldde ons n.l. dat Appeldoorn bekend had, Donderdagavond Akke Kobus te Leeuwarden eenige messteken te hebben toegebracht. Die bekentenis, die zeer veel moeite zal besparen, heeft de schuldige ook hier te Leeuwarden, waar de zaak tot dusver in handen der gemeentepolitie is, herhaald. De quaestie hoe de daad gequa- lificeerd moet worden, is van later zorg. Hoewel we aan het hoofd van dit artikel het woord 'moordaanslag' plaatsten, omdat we hiermede het feit met zijn door het publiek daaraan gegeven naam noemen, wil dit natuurlijk nog niet zeggen, dat de qualifica- tie inderdaad zóó en niet anders zal luiden. Met den sneltrein van 12 uur 40 minuten kwam Appeldoorn hier aan. Reeds lang van te voren had zich een talrijk publiek opge steld voor het stationsgebouw evenals bij het politiebureau, en later op den dag was het ook in de buurt van de gevangenis en bij de plek, waar Donderdagavond de schrik kelijke daad had plaats gevonden, druk van bijeenscholende nieuwsgierigen. Zwaar geboeid verliet de schuldige den trein. Hij zag er enigszins opgezet uit en had een wonde over den neus. Zijn uiter lijk is inderdaad ver van gunstig. Met den celwagen werd hij door een rechercheur en een rijksveldwachter naar het bureau van politie gebracht. Onmiddellijk werd daar door den onvermoeiden commissaris met het onderzoek begonnen. Kort daarop werd met den schuldige naar het Nieuwe Kanaal gereden, waar enkele bijzonderheden werden vastgesteld. Inmiddels verzoekt de Commissaris van Politie vriendelijk aan den persoon, die in den avond van Donder dag den 14den December j.l. tusschen 10 en 10^ uur in den Vredeman de Vriesstraat of aan de Emmakade de thans verwonde Akke Kobus in gezelschap van een mans persoon zag loopen, zich te vervoegen aan het Commissariaat van Politie of zijn adres op te geven. Wat den persoon van Appeldoorn betreft, vernemen we, dat hij bij het verlaten van de gevangenis in Mei j.l. een ruime uit- gangskas had. Hij moet zuinig van aard zijn doch zeer opbruisend van karakter. Wat hem tot zijn gruwelijke daad dreef, is niet bekend. Misschien vindt men een niet onjuiste voorstelling van de aanlei ding daartoe in het volgende. Er wordt ver teld - en van verschillende zijden - dat het meisje, hetwelk met hem verkeering had, voor hem gewaarschuwd was door Akke Kobus, die zijn ongustig verleden kende. "Dat zou hij deze laatste wel eens inpe peren", moet hij verklaard hebben. Is dat zoo, dan kan het wezen, dat hij het meisje heeft afgewacht met het voornemen haar die waarschuwing te laten boeten en dat hij eerst langzamerhand gekomen is tot de noodlottige daad. De worsteling, die moet hebben plaats gehad, doet een dergelijke gang van zaken vermoeden. Ten slotte kunnen we tot onze groote vreugde mededeelen, dat voorloopig de toestand van het arme slachtoffer zich iets minder ernstig doet aanzien al blijft hij ook gevaarlijk.' Te voet naar Zwolle Uit de Leeuwarder Courant van 19 decem ber, Stadsnieuws, 'De moordaanslag aan het kanaal': 'Over deze zaak kunnen we

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2014 | | pagina 25