Jaan Oenema (1684/'85-1764),
beeldhouwer in Leeuwarden
Lcovo.'in} LA.il
2 Sytse ten Hoeve
In een vorige aflevering van Leovardia
werd de bouw beschreven van het Viers-
senhuis dat als Tweebaksmarkt 64 deel uit
maakt van het Provinsjehus. De fraaie
natuurstenen decoraties aan de gevel en
de monumentale houten binnentrap met
goed gesneden trapbalusters bleken in
1740 te zijn vervaardigd door de beeld- en
steenhouwer Jaan Oenema. Over hem en
zijn oeuvre, zowel in als buiten Leeuwarden
gaat dit artikel.
In de eerste helft van de achttiende eeuw
stond de Leeuwarder bouw- en decora
tiekunst sterk onder invloed van de uit
Frankrijk naar Nederland gevluchte
hugenoot Daniël Marot (1661-1752). Hij was
architect en graveur en gaf ruim 250 gravures
uit van gebouwen, tuinen, decoraties en meu
bels. Marot leverde belangrijk werk voor het
Stadhouderlijk Hof in Den Haag en dat in
Leeuwarden, de plaats waar zijn leerling An-
tonius Coulon (circa 1682-1753) zich vestigde.
De Marot-stijl heeft zijn oorsprong in de
Franse barok en wordt gekenmerkt door
zware, maar decoratieve symmetrische vor
men. De vier belangrijkste Leeuwarder beeld
houwers die in deze stijl werkten waren Jaan
Oenema (1689-1754)^ Gerbrandus van der
Haven (circa 1692-circa 1765)," Jacob Sydses
Bruinsma (1698-1763)™ en ook nog Johannes
Hardenberg (1714-1778), die vooral in de stijl
van het Rococo werkte.IV Ze hadden genoeg
emplooi: in Leeuwarden werden veel heren
huizen gebouwd of vernieuwd en op het
Friese platteland was er volop werk aan de
vele states en kerken, niet in de laatste plaats
aan grafstenen. Daarnaast leverden ze werk
voor diverse overheidsgebouwen.
Leven
Jaan Oenema werd in 1684 of 1685 onder
Sneek in Ysbrechtum geboren uit de rooms-
katholieke ouders Oense Hepkes en Tietje
Gerbens. Op 16 augustus 1708 werd hij, ko
mend van Ysbrechtum, opgenomen in het
Leeuwarder gilde van metselaars en steen
houwers. Twee weken later, op I september
1708 huwde hij voor het gerecht met Lysbeth
Hiddes (Scrinerius). Oenema had tot zijn
overlijden in Leeuwarden een steenhouwerij,
onder andere op de Nieuweburen. Op 5 april
1764 werd hij begraven bij de Galileeërkerk.
Zijn enige zoon Onesinnes (Oene), die in 1711
in de roomkatholieke statie van de Francisca
nen aan de Breedstraat was gedoopt, leefde
niet meer.
Vermogen en nalatenschap
Uit een testament van 19 december 1760 en
een inventarisatie van zijn nalatenschap van
11 mei 1764 blijkt dat Jaan Oenema een welge
steld man wasV. Behalve zijn woonhuis aan
de Nieuweburen bezat hij nog huizen aan de
Tweebaksmarkt en aan de Turfmarkt en ver
der scheepsparten (niet gewaardeerd). Aan
landsobligaties en obligaties aan particulie
ren (waarvan vele uit adel of patriciaat) bezat
hij ^8.946-5-0 en aan 'gereed geld' ^930-6-0
zodat zijn vermogen ƒ20.876-II-0 bedroeg.
Dat zou in 2015 €212.000 zijn geweest. Erfge
namen werden achternicht Johanna Folkerts
Crasburg en haar kinderen uit het huwelijk
met de Sneker koopman Hidde Cluistra. Zij
stamde uit een roomskatholiek geslacht van
Sneker apothekers. Haar grootmoeder,
Trijntje Gerbens was een zuster van Tietje
Gerbens, de moeder van Jaan Oenema. Verder
waren er tal van legaten in geld en in natura
(huizen, huisraad, een staande klok, goud en
zilver, een portret van Lysbeth Hiddes Scrine-
rius) voor andere familieleden en voor
dienstpersoneel.
Orgelkas te Sint Annaparochie Collectie Sytse ten Hoeve