HAAGSCH BLIJSPEL-ENSEMBLE
1 T o
De Tweede Wereldoorlog en daarna
DIRECTEUR LOUIS BOUWMEESTER JE
MILITAIRE KLUCHT IN DRIE BEDRIJS/EN
ZIE NADERE AANKONDIGING
De Landstorm opgeroepen, affiche uit 1920 van
het Haagsch Blijspel Ensemble Collectie Neder
landse Affiches, Theater Instituut Nederland
daten een examencommissie samengesteld
in Leeuwarden van officieren uit enkele
andere garnizoenen. Eén adspirant trok zich
terug voor den aanvang van het examen.
Twee adspiranten verschenen op den eersten
dag niet, zoodat het examen werd aangevan
gen met drie candidaten. Reeds spoedig bleek
één hunner geen kans van slagen te hebben,
zoodat deze uitviel. Bleven over twee adspi-
ranten. Een dezer had nog nimmer met een
mitrailleur geschoten, wellicht zo'n wapen
nog nimmer gezien; die viel dus ook uit. De
volgenden Zaterdag, zou het examen voort
gezet worden met den overgeblevene. Toen
bleek dat deze van de Israëlitischen gods
dienst was en dus niet kon verschijnen. De
commissie besloot toen in verband met de
voor het rijk aan dat examen verbonden
kosten, het verdere examen te... staken.' Het
kopje boven dit bericht luidde, u voelt het al:
Zes Kleine Nikkertjes. Dat sommige klunge
ligheden binnen de Bijzondere Vrijwillige
Landstorm wel eens leidden tot grappen,
blijkt uit de komisch militaire klucht De
Landstorm Opgeroepen van het Haagsch Blij
spel-ensemble van Louis Bouwmeester, die
tussen 1920 en 1925 vele malen werd opge
voerd. Toegegeven, het bovenstaande is niet
tekenend voor de organisatie; er werd serieus
geoefend, er vonden geregeld schietwedstrij
den plaats en er werden landdagen gevierd.
Hierboven schreef ik dat de Landstorm
antirevolutionair en oranjegezind was. Dit
bleek niet alleen uit de aanwezigheid van de
vele duizenden aanhangers die reeds op 18
november 1918 de koningin op het Malieveld
toejuichten, waaronder veel leden van de Vrij
willige Landstorm, maar ook uit uitspraken
tijdens vergaderingen van het provinciale
comité, zoals die in februari 1920 in Leeuwar
den: 'Zoolang ons Willemijntje nog schitte
rend kan wedijveren met een David Wijnkoop
(de voorman van de Revolutionaire Socialis
ten, PB), zoolang ook zal er een brede Friesche
zonenschaar op het eerste signaal gereed
staan om haar troon met goed en bloed te
steunen. De novemberdagen van 1918 ver
geten wij Friezen immers nooit, toen een
handjevol dappere, stoere Friesche jongelin
gen, prachtkerels, de stemming in Den Haag
omzetten en Troelstra deden tuimelen', aldus
majoor-aalmoezenier Elberssen van Sneek.
Ds. R.W. Geerts van Scharnegoutum voegde
er aan toe: 'De revolutiefakkel laait schier
overal, maar de God van Nederland staat op
onze grenzen en behoede ons tot nog toe
voor die grote ramp, welke volkeren vernie
tigt en natiën verscheurt'.
Dat niet iedere verplichte Landstormer
stond te trappelen blijkt wel uit de waar
schuwing die burgemeester Patijn in de
Leeuwarder Courant plaatste: 'De ingeschreve
nen voor de militie en de Landstorm wachten
zich er voor zich met tusschenpersonen in
verbinding te stellen om voor den dienst
afgekeurd te worden, omdat, indien zij inder
daad ongeschikt zijn, de afkeuring ook zon
der de tusschenkomst van deze personen zal
plaats hebben'.
Het bureau van de (Bijzondere) Vrijwillige
Landstorm verhuisde in de jaren 1918-1925
nogal eens en was onder meer gehuisvest in
de Willem Lodewijkstraat, aan het Ruiters-
kwartier en op de Weaze. In de jaren dertig
beleefde de Landstorm een rustig voortbe
staan met de nodige schietwedstrijden,
oefeningen en landdagen. Op 18 november
1938 vierde men op feestelijke wijze in de
Harmonie het twintigjarig bestaan van de
Bijzondere Vrijwillige Landstorm Leeuwar-
den-Huizum. Een belangrijk besluit in die
jaren was ook het verbod voor Landstormers
om lid te zijn van de NSB.
In 1939, het jaar waarin de Nederlandse
krijgsmacht mobiliseerde, bestond de (Bij
zondere) Vrijwillige Landstorm uit ruim
90.000 vrijwilligers. Deze vrijwilligers waren
er altijd van uit gegaan dat zij uitsluitend
zouden worden ingezet in geval van het uit
breken van de revolutie. Groot was dan ook
de schrik toen 6500 mannen voor mobilisatie
werden opgeroepen. Was er sprake geweest
van misleiding tijdens de toelating? In ieder
geval waren mensen op een te lichtvaardige
wijze bij de Vrijwillige Landstorm ingelijfd.
Leffert Hofman, commandant Bijzondere Vrij
willige Landstorm, rond 1925