Lcovo.'in} LA.il Willem Frederik Martinus Wesser (Zevenaar 1874 - Leeuwarden 1930), Commissaris van Po litie te Leeuwarden van 1912-1930 hoofdcommissaris in Utrecht en Den Haag, maar hieraan geen gehoor gaf. Eenvoudig als hij was, gaf hij er de voorkeur aan in de stad te blijven waar hij ingeburgerd was, die hij op zijn duimpje kende en waar hij rustig, onop vallend zijn weg ging. Leeuwarden telde ten tijde van Wesser ruim 47.000 inwoners en veel gebeurde er niet in de stad. Het politiecorps was gering van omvang: één agent vormde de verkeerspolitie en als hij het verkeer stond te regelen, liep de stad uit voor dit schouwspel. De recherche bestond uit twee mensen, die zich bezig hielden met zaken als fietsendiefstal. En aan het hoofd van het apparaat stond Wesser. Ondanks deze kleine personele bezetting stond onze stad bekend als veilig. Wie naar de werkzaamheden van Wesser in het digitaal archief van de Leeuwarder Courant zoekt, stuit meestal op de wekelijkse rubriek Gevonden Voorwerpen en die had heel wat 'omme hakken': twee heerenrijwielen; twee postduiven; koperen kruisje; jongenscape; dames handtaschje; zilveren rokspeld; alpaca beursje; medaille; wollen sok; gouden broche met rooden steen; rozenkrans in etui; beursje met zilveren halsketting; koralen taschje; rie ten koffertje met pantoffels; twee zilveren bro ches; dames haarkam; bundel zakken; pakje met gordijnstof; twee glaasjes; koperen das speld; hond (Iersche setter); roeiboot; korf wortelen. (de krant van 25 augustus 1923). Wat ook vaak aan de orde komt is de waar schuwing tegen malafide handelaren: 'Het is den Commissaris der Politie te Leeuwarden uit informatie gebleken, dat het gewenscht is zich eerst tot hem te wenden alvorens connec- tiën aan te knoopen met: Manus de Jong, koopman, wonende Ooievaarsstraat no. 15 te Amsterdam of diens zoon Israel, handelende onder den naam De Jong Commissiehandel of met Leendert van Baarle, zich uitgevende voor een commissionair in groenten en fruit, wo nende Zwaanshals 189b te Rotterdam'. Brand!! Uit Och heden, ja!: 'Bij het bestrijden van brand rukte de politie steeds uit met een handwa gen, zowel van het bureau aan het Hofplein als van de politiepost aan de Kanaalstraat. Om de snelheid van de brandblussers te verhogen werd die handkar vervangen door een driewie- lige bakfiets, voorzien van de nodige spulle tjes. Wanneer een agent met dit voertuig uitrukte kon het gebeuren dat hem nageroe pen werd: "Hup Pijnenburg!" een bekende wielrenner uit die tijd P.B). Toen een agent op weg naar de brand nogal wat publiek achter zich aan kreeg, raakte het gehele geval op de Oostergachtswal, vlak bij de Oosterbrug, on dersteboven. Het publiek joelde, de agent werd kwaad en trok zijn gummistok. Toen hij op het publiek af zou bedacht hij zich en met hulp van de brugwachter zette hij zijn spullen weer overeind en vervolgde zijn weg.' Wanneer er ergens in de stad en soms daar- buiten brand was uitgebroken, spoedde ook Wesser zich daar naar toe, vaak vergezeld van burgemeester Pattijn en later Van Beyma, zoals op 2 september 1923 toen er 's morgens om negen uur een uitslaande brand was ont staan in het logement De Vriendschap van Jelle Weerman in de Boterhoek. Toen de poli tie met de slangenwagen aankwam liet de brand zich ernstig aanzien. Hoog sloegen de vlammen uit het dak en het vuur vond gretig voedsel in het beddengoed dat op zolder was gespreid voor de logeergasten. Wesser en zijn mannen stonden dan ook machteloos tegen over het vuur toen zij met een slang op de wa terleiding, waar te weinig druk op stond, de vlammen wilden bestrijden. De straal reikte nauwelijks halverwege. Gelukkig kwam de motorspuit spoedig en eenmaal aangesloten op een brandput werden door de waterkracht houtwerk en dakpannen als het ware wegge blazen. Enkele bewoners waren tijdens het blussen op de eerste etage druk bezig om dingen van waarde uit het huis te redden. Ook een bekend straattype dat in De Vriendschap zijn verblijf had, kwam onder hilariteit van de toeschou wers uit de stad aangestapt en liep resoluut het brandende huis binnen waarvan een deel van de zoldering al was ingestort. Op bevel van Wesser werd hij teruggehaald, zijn enige bezit, een kistje met negotie achterlatend. Het Politiecorps van de gemeente Leeuwarden in 1923, met geheel links commissaris Wesser (met strohoed)

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2017 | | pagina 16