En toen was de cirkel rond
LeoVdlr^ LA.il
Anneke Aldenkamp
In 2004 ging ik in Leeuwarden wonen. Ik
ben geboren in Indonesië, in Bandung. In
de zomer van 1957 keerde ik samen met
mijn Twentse vader en Indische moeder
(terug) naar Nederland. Wij hebben in
Twente en Brabant gewoond. Ik ging daar
na naar Groningen en woon nu in Leeu
warden. Als ik mijzelf omschrjf is het, met
een glimlach, als een Indotukker.
Rochebrunesteeg in Leeuwarden en
Dekema State in Jelsum
Op 16 augustus 2006 meldde de Leeuwarder
Courant 'Oude namen bruggen en stegen
keren terug'. 'Stegen komen en gaan in Leeu
warden. Nieuw in het register zijn de Roche
brunesteeg naast Grote Kerkstraat 10. Deze
nauwe gangen bestaan al langer, maar waren
door hun onbekendheid nooit geregistreerd.'
Pieter de Groot schreef hierover in zijn co-
Paul Brunet de Rochebrune (La Rochelle 1656-
na 1732), kamerheer van de prins van Nassau
Collectie familie Brunet de Rochebrune, Parijs
lumn harje: 'Vossenberg niet, Rochebrune wel.
Verder krijgen een paar stegen hun oude
naam terug. De opvallendste naam, die op het
eerste gezicht eerder aan Koot en Bie doet den
ken dan aan oud-Leeuwarden, is de Rochebru-
nesteeg. Dat is de steeg die tussen de panden
Grote Kerkstraat 10 en 12 naar de Bagijnestraat
loopt. Om de gedachten te bepalen: tegenover
het Princessehof. Het boek Leeuwarder straat
namen van W. Dolk biedt uitkomst. Het blijkt
dat men er in vroeger eeuwen niet mee zat om
buurtbewoners te vernoemen. In 1782 duikt de
naam Rochebruinesteegje op, in 1829 wordt
het Rossebruinsteegje en in 1845 Rochebru-
nesteeg. Dat was toen reeds een historische
naam, want Brunet de Rochebrune, een huge
noot die kapitein van de garde van de stad
houder was, woonde toen allang niet meer in
het naburige huis op de hoek van de Grote
Kerkstraat.'
Voor mij was dit een interessante column.
Immers: de achternaam van mijn Indische
oma was ook Brunet de Rochebrune. Ik vond
dit interessant genoeg om die steeg eens te
bekijken. Ik kan u zeggen: het was toen niets
(53 meter lang en 1,27 meter breed), het is nog
steeds niets en of het ooit wat wordt waag ik te
betwijfelen. Het is een smalle steeg die eindigt
op een parkeerplaats, niet iets om erg grutsk
op te zijn.
Later bezocht ik met mijn ouders Dekema
State in Jelsum. Tot onze grote verbazing hing
daar een schilderij van Juliana Lucia van Doys,
en in de folder stond dat zij de weduwe was
van Henri Marius Brunet de Rochebrune. Weer
die naam. Ik heb daarop mijn moeder moeten
beloven om uit te zoeken of het hier soms om
familie van haar ging, want, zoals ik al schreef,
haar moeder (mijn oma) heette immers ook
Brunet de Rochebrune. En zo veel voorko
mend is de naam Brunet de Rochebrune nu
ook weer niet.
Ik heb daarop Pieter de Groot een mailtje ge
stuurd, met de vraag: zou het echt kunnen zijn
dat ik als Indotukker, weliswaar exotische
maar toch een soort van Friese wortels heb?
Pieter wees mij op het boek Het geslacht Bru
net de Rochebrune, kroniek eener Hugenotenfa
milie in Nederland, door dr. W.F.H. Brunet de
Rochebrune. Geschreven in 1948.
Het geslacht Brunet de Rochebrune
Het boek begint met Paul Brunet de Roche-
brune, die in 1682 naar de Nederlanden uit
week om te ontkomen aan geloofsvervol
gingen, de hugenotenoorlogen in Frankrijk.
Paul woonde voor zijn vlucht in La Rochelle.
Uit het bovengenoemde boek begrijp ik dat
het hier letterlijk om een vlucht ging: op een
schip met een geheime schuilplaats en met
matrozen die de vluchtelingen beroofden van
al hun 'lijfgoederen'. Paul Brunet vestigde zich
in 1682 in Leeuwarden: 'Paul Brunet is aan het
hof van den Prins van Nassau, Stadhouder van
Markiezin Elizabeth Boubers de Bernatre (1669 -
Collectie familie Brunet de Rochebrune, Parijs