Lcovo.'in} LA.il
De etaleurs- en decoratieafdeling. Bovenste rij rechts is Auke de Vries. Daaronder uiterst rechts Jan
Stroosma Collectie Lyklema-Lehmkuhl
enkele maanden weg.
Tijdens de spaarzame vrije uren gingen ze
ook wel naar Vlieland of Terschelling om in
de natuur te tekenen en te schilderen. De
drijvende kracht hierachter was Jan
Stroosma. Wanneer ze weer eens veel te laat
op het werk kwamen, werden de uren in min
dering gebracht op hun vakantiedagen.
Dit ontaardde met de directie van V&D in
meningsverschillen en dit leidde er weer toe
dat het hele groepje en bloc ontslag nam.
Jan Stroosma
Jan Stroosma (Leeuwarden, 1928-1983), was
de oudste van al die jonge medewerkers.
Onder leiding van Hans Lemhkuhl ontwik
kelde hij zich tot één van de belangrijkste
etaleurs van de stad. Jarenlang heeft hij ook
nog als etaleur gewerkt bij schoenenzaak Ket
aan de Nieuwestad.
Van 1957 tot 1961 verbleef hij in Amsterdam
waar hij studeerde aan de Rijksakademie
voor Beeldende Kunsten. Hij bekwaamde
zich als graficus, beeldhouwer, fotograaf en
kunstschilder.
Om in zijn levensonderhoud te voorzien,
gaf Stroosma van 1969 tot 1972 les aan de
Kunstnijverheidsschool te Leeuwarden (die
later Kunstacademie Vredeman de Vries
heette) en later ook aan Academie Minerva in
Groningen. Hiermee kocht hij, zoals hij zelf
zei, een deel van zijn vrijheid. Hij is onder-
scheiden met de Frisianaprijs 1963, Prix de
Collioure 1964 en Dynamisch Groningen
1968. Zijn leraren waren Gerard Röling, Jan
Wiegers en Kuno Brinks.
Vaak zwierf hij tekenend en schetsend
door Leeuwarden en Lekkum en in het na
tuurgebied de Grote Wielen. Zijn tekeningen
en schetsen hebben naast de kunstzinnige
waarde een grote historische betekenis ge
kregen. Vele, vaak verloren plekken, zijn door
Jan Stroosma vastgelegd: Oldegalileën, Snak-
kerburen, de Leeuwarder binnenstad, het
Vliet, enzovoorts.
Beb Mulder (Huizum, 1939) werd uit Gro
ningse ouders geboren aan de Nieuwe
Schrans in het dorp Huizum. Hij groeide op
in een gezin met zeven kinderen. Zijn vader
werkte als chef expeditie bij V&D.
Hij bezocht de afdeling schilderen van de
Ambachtsschool. Het schildersvak was des
tijds een heel technisch vak. Men leerde over
de chemie en samenstelling van verf, olie,
terpentine, terpentijn en water. Maar ook
decoratietechnieken als houtimitatie en het
schilderen van marmer waren vaste onderde
len van de schildersopleiding. Iets waarvan
Beb Mulder nog veel profijt zou hebben.
Na drie jaar, op zijn negentiende, werd hij
zelfstandig etaleur/decorateur in een atelier
aan de Minnemastraat en bezocht in de
avonduren de Kunstacademie Vredeman de
Vries. Hier kreeg hij les van Dick Osinga. Zelf
gaf hij later les aan de Akademie voor Eks-
pressie en Kommunikaatsie AVEK.
Via zijn contacten in de wereld van vorm
gevers en kunstenaars kwam hij in aanraking
met de Fryske Kultuerried en daar rolden de
eerste opdrachten uit. Nu heeft hij een gale
rie aan de Eewal in Leeuwarden en werkt als
schilder in een expressionistische en abstract
stijl. Zijn grootste ruimtelijke werk is 'Lucht
spiegeling' (1998), een kopie in cortenstaal
Leerlingen van de etalageafdeling van V&D. Collectie Lyklema-Lehmkuhl