De Ernst Casimir en andere Finse scholen Direct na de oorlog was er een enorm tekort aan lesruimte. Vanaf 1937 was de bouw van scholen stopgezet en bestaande schoolgebou wen werden gebruikt voor militaire doelein den, huisvesting van evacuées of voor andere functies, soms met de nodige beschadigingen tot gevolg. Nieuwbouw direct na de oorlog was lastig door een tekort aan geld, materiaal en arbeidskrachten. En als dat allemaal wel voor handen was, lag de prioriteit toch vaak bij wo ningbouw. De rijksoverheid had de centrale leiding over de scholenbouw. Alle aanvragen voor herbouw, uitbreiding en nieuwbouw van scholen werden beoordeeld door de Centrale Directie van de Wederopbouw en de Volks huisvesting. Jaarlijks werd een urgentielijst opgesteld, die bepalend was voor de toeken ning van bouwvolume voor scholen. Voor de bouw van kleuterscholen en gymnastiekzalen werd in de eerste naoorlogse jaren sowieso geen toestemming gegeven. Een zorgelijke situatie, temeer daar de na oorlogse geboortegolf al binnen korte tijd tot een enorme vraag aan extra ruimte zou leiden. In 1945 werden er in Leeuwarden 1630 kinde ren geboren, een jaar later al 2181 en in 1947 en 1948 respectievelijk 2009 en 1813. Vergelijken we dat met 1937, met 1351 geboorten, dan is de enorme groei duidelijk. Een eenvoudige re kensom leert ook dat de lagere scholen in 1952 en 1953 een geweldige toevloed van leerlingen zouden kunnen verwachten. Het aantal lokalen was belangrijker dan het aantal scholen. Kwantiteit was het belang rijkst, nog belangrijker dan kwaliteit. Semi- permanente gebouwen, noodlokalen, tijdelijk voor schooldoeleinden ingerichte bestaande gebouwen, alle mogelijkheden werden ver kend en aangegrepen. Tegen die achtergrond werd met veel interesse gekeken naar het aan bod voor de mogelijke import uit Finland van houten noodscholen. Dat aanbod vloeide voort uit een handelsovereenkomst tussen beide landen. Bijzonder overigens dat deze scholen in Finland juist Hollandse scholen werden genoemd. Op aanbiedingen uit Oos tenrijk voor soortgelijke gebouwen werd niet ingegaan, omdat het in dat geval om een voor Leeuwarden niet passend zevenklassig ge bouw zou gaan. Begin 1949 overlegde het college van B&W met de hoofdinspecteur voor de scholenbouw, in genieur Witteveen. Hij noemde de gewenste bouw van vier permanente scholen in Leeu warden weinig kansrijk. Bouw van zoge noemde Finse scholen in 1950 achtte de inspecteur haalbaarder en hij gaf dan ook in ernstige overweging om vier scholen van dit type aan te vragen. Reeds bij brief van 4 maart 1949 deelde de minister het college mee dat van de in de eerste helft van het jaar te impor teren Finse scholen, er twee aan de gemeente Leeuwarden werden toegewezen. De ge meente raakte enthousiast over deze nood- Walter Kromhout In Leeuwarden hebben drie Finse school gebouwen gestaan; eentje is er nog over, zij het inmiddels met een andere functie. Eindjaren veertig van de vorige eeuw wer den de scholen 'besteld' en geïmporteerd uit Finland. Een bescheiden antwoord op de enorme behoefte in die tijd aan les ruimte. In dit artikel de bijzondere geschie denis van deze panden, inclusief enkele persoonlijke ervaringen van een oud-leer ling. Lokaaltekort Import De vierde klas in 1956, met meester Postmus achterin de klas en met Piet in geruit hemd in het mid den van de foto Collectie Piet van der Wal

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2017 | | pagina 18