riode kwam hij in 1930 op de gemeentesecre
tarie van Hasselt aan het werk. In 1933 volgde
een aanstelling op de secretarie van de
Drentse gemeente Borger en in 1935 een aan
stelling tot commies eerste klas aan de secre
tarie van de gemeente Vriezenveen. In 1937
werd hij benoemd tot adjunct-directeur van de
Vereniging van Uitgevers van Gemeentelijke
Administratie (Vuga) te Voorburg, een functie
die hij tien jaar lang zou bekleden. In 1938
trouwde hij met Gretha Cornelia Otten; een
huwelijk waaruit zes kinderen werden gebo
ren.
In de oorlogsjaren ging hij in Voorburg in
het illegale werk. Na de Bevrijding werd hij
wethouder en een tijdlang loco-burgemeester
van Voorburg. Per 1 december 1947 volgde de
benoeming tot burgemeester van Opsterland,
de geboortegemeente van zijn vader en voor
vaderen.
Het gezin Harmsma ging wonen in een
boerderij in Olterterp. Harmsma, behorend tot
de hervormde kerk, werd lid van de PvdA en
vanuit die partij ook lid van de Friese Staten.
Daar hamerde hij steevast op een sterke sa
menwerking van de drie noordelijke provin
cies, op krachtige bestuurseenheden waartoe
grote gemeenten nodig zijn, en op een goede
ruimtelijke ordening. Speerpunten, die ook
pasten bij diverse nevenfuncties: lid van de
Raad van Advies voor de Ruimtelijke Orde
ning, bestuurslid van de Nationale Woning
raad, commissaris van het Bouwfonds,
voorzitter van de Friese Bestuursacademie,
president-commissaris van de IWGL en vele
andere.
De Leeuwarder Courant van 2 april 1966: 'De
heer Harmsma heeft zich in Friesland doen
kennen als een actief en enthousiast man met
wat meer vaart en temperament dan de door
snee Fries. Hij is gewapend met een gulle lach
en hij heeft veel begrip voor de vragen, proble
men en wensen van de hedendaagse jeugd,
mede door zijn eigen zes kinderen. Hij is niet
bang om radicale geluiden te laten horen.'
Op maandag 18 april werd Harmsma geïnstal
leerd als burgemeester van Leeuwarden. Een
officieel en formeel moment op een dag en
avond met een uitgebreid programma.
Al om 9.20 uur werd het burgemeestersge
zin begroet bij de Hoge Brug, op de gemeente
grens met Tietjerksteradeel, door
loco-burgemeester Tiekstra, de overige wet
houders, de gemeentesecretaris en de com
missaris van politie. 'Morgen, burgemeester',
sprak de heer Tiekstra. 'Morgen, loco-burge
meester', was de eerste reactie. Vanaf dat punt
vertrok de stoet (want dat was het inmiddels)
richting Stadhuis, met de Politie Muziekver
eniging op kop.
Om half elf begon de installatievergadering
van de gemeenteraad, met de installatierede
door de heer Tiekstra. Die benadrukte meteen
het verschil met de gemeente Opsterland. 'Het
aantal takken van dienst is niet alleen groter,
doch ook de taken waarvoor deze zijn inge
steld markeren een aantal specifieke functies
van Leeuwarden. Ik noem de G. en G.D., het
Stadsziekenhuis, de Energiebedrijven, de Vee
markt en het Slachthuis, de Gemeentelijke So
ciale Dienst, de Gemeentelijke Dienst voor
Sociale Werkvoorziening, de Dienst voor Sport
en Recreatie en uiteraard enkele, niet anders
dan traditionele diensten; de Dienst voor de
Openbare Werken, het Grondbedrijf, het Wo
ningbedrijf et cetera.' En om de nieuwkomer
bij wijze van spreken nog meer te ontmoedi-
gen: 'Uw burgemeesterschap begint op een
wat bijzonder ogenblik. Niet alleen zal deze
raad in de huidige samenstelling voor het
laatst op 31 augustus vergaderen, bovendien
gaan twee van de vier wethouders hun wet-
houderlijke lier aan de bestuurlijke wilgen
hangen.'
De kersverse burgemeester werd de ambts
keten, de voorzittershamer en het sleuteltje
van de kast met kabinetsstukken overhandigd.
In zijn eerste rede voor de gemeenteraad van
Leeuwarden sprak Harmsma een soort motto
uit: 'Mensen van goede wil kunnen samen het
schier onmogelijke waarmaken.' Hij koesterde
de opvatting dat Leeuwarden als hoofdstad
van Friesland een duidelijke taak heeft voor de
provincie en de wil om in eendrachtige sa
menwerking verder te bouwen aan de toe
komst van de stad.
's Middags tussen drie en vijf uur was een
ieder in de gelegenheid om kennis te maken
met de heer en mevrouw Harmsma tijdens
een receptie in het Stadhuis. Maar liefst 600
mensen maakten hier gebruik van.
's Avonds zou bij het Stadhuis een defilé
plaatsvinden voor het burgemeestersgezin
door leden van jeugd- en sportverenigingen
met medewerking van plaatselijke muziek
korpsen. 'Zou', want door het slechte weer
werd dit programma-onderdeel afgelast. Per
17
LcoVdtr^t^l.
Eerste dag
De stoet op de Voorstreek westzijde Foto Tjerk de Jong