apothekerskast met inhoud wordt bewaard in
het Openluchtmuseum te Arnhem. Lucius
Murray Bakker had grote belangstelling voor
de Friese taal. Hij dichtte, schreef en vertaalde
onder meer Goethes Faust in het Fries.
Geugjen, een andere broer van Albertus,
promoveerde in de rechtsgeleerdheid in Lei
den. Voor Albertus was geen wetenschappe
lijke loopbaan weggelegd. Kwam dit door de
omstandigheden waarin de kinderen Murray
Bakker waren beland door de vroege dood van
hun ouders? Of was Albertus meer geschikt
voor de handel dan de wetenschap? Hij kwam
in de leer bij koopman Klaas Oenes van der
Veen, bij wie hij enige tijd in Leeuwarden op
de Voorstreek in huis woonde, voordat hij in
het huwelijk trad met Jetske Willems ter
Horst.
Verdriet bleef Albertus Murray Bakker niet
bespaard. Het leek wel of de tragische gebeur
tenissen uit zijn jeugd zich herhaalden, want
Jetske kwam al op jonge leeftijd te overlijden.
Albertus bleef achter met drie dochters, Lucia
(1840), Antje (1842) en Jetske (1844). In 1848
hertrouwde hij met Trijntje Wybrandus Ten-
ckinck. Uit dit huwelijk werd een jaar later
Geugjen Albertus geboren. Ook Trijntje werd
Albertus te vroeg ontnomen, zo blijkt uit de
advertentie:
'Leeuwarden, den 24 September 1851. Tot in
nige droefheid van mij en hare verdere betrek
kingen, ontsliep heden zeer kalm en zacht, na
e en langdurig lijden, mijne hartelijk geliefde
Echtgenoot Trijntje Tenckinck, in den bloeij-
enden leeftijd van 32 jaren. Slechts drie jaren
was ik met haar door den gelukkigsten echt
vereenigd. Zij schonk mij een Zoontje, terwijl
zij voor mijne drie kinderen uit een vorig hu
welijk eene zorgvolle moeder was. A. Murraij
Bakker.'
Drie jaar na het overlijden van Trijntje Ten
ckinck, hertrouwde Albertus Murray Bakker
met Johanna Douwes Boekholt. Uit dit huwe
lijk werden vier kinderen geboren. Eerst een
zoontje Hendricus, die al in zijn geboortejaar
1855 overleed. Een jaar later kwam Henricus
ter wereld. Daarna volgden Ena in 1859 en Ge-
rardus in 1861.
Hoogstwaarschijnlijk heeft Murray Bakker niet
zelf achter de toonbank in de winkel aan de
Amelandspijp gestaan, maar had hij daar zijn
personeel voor. Albertus Murray was koopman
in luxe-artikelen als koffie, thee, tabak en siga
ren. Hieruit kan opgemaakt worden dat hij ka
pitaalkrachtig moet zijn geweest. Evenals zijn
jongere broer Lucius, die als arts in Leeuwar
den een bepaalde status had, droeg ook Alber
tus binnen het maatschappelijk leven in
Leeuwarden zijn steentje bij. Een aantal keren
staat zijn naam vermeld onder advertenties in
de krant, wanneer er door particulieren woon
ruimte werd aangeboden: 'te bevragen bij den
heer A. Murray Bakker, alhier'. Hij fungeerde
als tussenpersoon. Murray was enige jaren
diaken van de Nederduitsch Hervormde ge
meente in Leeuwarden. In november 1853
maakte hij samen met de heren S. Beekkerk,
A. Attema en S.W. Tromp deel uit van de kas
controlecommissie van een pensioenfonds
dat was ondergebracht in een Leeuwarder
spaarbank.
Evenals zijn broer Lucius was Murray Bak
ker lid van het Friesch Genootschap. In het
jaarverslag van 1854 staat hij genoteerd als ge
woon lid. Als zijn beroep staat vermeld: koop
man. Als koopman kon Murray Bakker zich in
de negentiende eeuwse standenmaatschappij
wel onder de notabelen van het Friesch Ge
nootschap begeven. Hij zal niet tot de boven
laag van het Friesch Genootschap hebben
behoord, maar in veel gevallen waren kooplie
den in goeden doen en konden zij zich scha
ren onder de vooraanstaande burgerij. Er was
in diezelfde periode nog een koopman lid van
het Friesch Genootschap: Hannema uit Har-
lingen.
Op 12 oktober 1865 plaatste Murrays toenma
lige echtgenote Johanna Douwes Boekholt een
advertentie: 'Voor de vele bewijzen van deel
neming, ondervonden bij het overlijden van
mijnen Echtgenoot, betuig ik, ook namens de
Kinderen, mijnen hartelijken dank. Leeuwar
den, Wed. A. Murray Bakker- geb. Boekholt, 12
October 1865.'
Albertus overleed op 2 september 1865 op
53-jarige leeftijd en kennelijk had hij geen op
volger voor zijn winkel. Eind oktober 1865
werd door notaris Haagsma de kruideniers
winkel met inventaris verkocht, waaronder
dweilgoed, sigaren, een nieuwe koffiebrander,
kruiwagen, schalen en gewichten, bussen, kis
ten en vaten. Ook werden gebrande en onge
brande koffie, verse theeën, gele en bruine
kandij, rijst, waskaarsen, Genua-olie, choco
lade en blauwsels ter verkoop aangeboden.
Het klok-en-hamerspel uit de winkel van de
Leeuwarder koopman Murray Bakker leek in
de vergetelheid te geraken. Gelukkig is er ooit
e en exemplaar beland op de zolder van de
boerderij van de familie Harmsma. Willem
Harmsma (1913-1966) was vanaf 1947 burge
meester van Opsterland en werd in 1966 bur
gemeester van Leeuwarden. Zeven maanden
na zijn benoeming kwam hij tot ieders ver
driet plotseling te overlijden aan een hartaan
val. In overleg met zijn dochter Hiltje
Wuite-Harmsma heeft dit klok-en-hamerspel
een plek gekregen in het Historisch Centrum
Leeuwarden.
Maatschappelijk betrokken
Klok-en-hamerspel terug in Leeuwar
den