hooiifieiclsmulcleltjes ACHTTIENDE EEUW UIT DE We zullen aannemen' dat het nu in orde is niet de huid en gaan vervolgens de wangen wat opkleuren. Een fris rood tintje bereikt U door de knie van een koè of os te nemen, deze van het vel te ontdoen en daar een water van te distilleren. Men ge bruikt dit produet om zich 's morgens te wassen Voor het rood maken van de lippen en wangen wordt aanbevolen: Neem conce- nillie (rode kleurstof), laat die i i rozewater weken en wanneer de tinctuur daaruit ge trokken is, doop er dan een paar stukjes witte wol in. Wanneer de lapjes rood ge noeg zijn, dan kan men ze later met een beetje speeksel bevochtigen. „Wrijft daar mede op Uw troony, zo zullen zy aange naam rood werden." Om nette, zwarte wenkbrauwen te maken, kan men een in een kaars gebrande kruid nagel gebruiken, nadat de „Wyn-brauwen" netjes zijn afgeschoren. „Maakt die dan een weinig nat met spoog en strykt daar de Wyn-brauwen mede." „Moesjes", om op het gezicht te plakken, maakt men op de volgende manier: Neemt witte was, die met terpentijn wordt samen gesmolten, en smeert dit mengsel op fijne zwarte zijde. Daaruit kunnen de „moesjes' dan naar eigen smaak worden geknipt. Naast deze zonderlinge genoegens staan er in het boekje vele goede raadgevingen en daaruit willen we thans iets halen op het gebied van de achttiende eeuwse schoon heidsleer. Het wordt aan de lezeressen overgelaten of ze deze antieke adviezen willen opvolgen. Lamplicht en regen in herfstig Leeuwarden. Poederrouge, lippenstift, wenkbrauwen stift en „permanent-wave" schijnen in de ogen van velen typische uitingen van de frivole geest van onze dagen te zijn. Vooral oude en dus bezadigde mensen /degen, als contrast, te wijzen op de goedeoude tijd, toen alles en allen ook de vrouwen veel bezadigder van uiterlijk en van in nerlijk waren dan nu het geval is. Mis schien is er wel iels van waar, maar men hoeft cr niet aan te twijfelen, dat ook onze voorouders zich uitsloofden om er zo voor delig mogelijk uit te zien. En dat ook toen de vrouw in dit streven voorop ging zal niemand verwonderen, die weet, dat haar zorg voor het uiterlijk tot het „eeuwig vrouwelijke" behoort. Zeer toevallig is ons dezer dagen een boekje in handen gekomen, dat deze stel ling alleraardigst illustreert. Uit de titel van het werkje zou men dit niet afleiden, want het heet „Het venuakelyke Kinder-Spel". dateert uit 1760 en is uitgegeven door de Leeuwarders Abraham Ferwerda en Cerrit Tresling, van wie de eerste zich groter roem heeft verworven met de uitgave van de „Leeuwarder Courant" dan met het ver zorgen van dit boekje. Het vreemde van „Het vermakelyke Kin der-Spel" is, dat het slechts zeer ten dele over kinderspelen gaat. Er worden ook al lerlei grapjes en gezelschapsspelletjes voor volwasssenen in vermeld, waarvan sommi ge een heel bijzonder soort grappigheid vertonen. Zo het volgende: Het gezelschap zit ge zellig bij de haard. Dan zegt een der aan wezigen (de grappenmaker): „Ik kan peter selie op de tafel laten groeien terwijl iemand de afstand van dertig huizen heen en terug loopt. Wanneer het me niet lukt, dan mag hij mij met de tang afrossen." Iemand accepteert het aanbod en begeeft zich op pad. Zo lang hij weg is, legt de |>eterseliekweker de tang met het hand vat in het vuur. De man keert terug, ziet geen peterselie, grijpt dc pook en brandt „deerlijk" zijn handen. Een aardig, onschuldig grapje en wanneer dat slachtoffer boos wordt, dan kan men hem heerlijk uitlachen! Om zachte en witte handen te krijgen neemt men amandelkoeken of hele aman delen, stoot ze fijn en wast daar dc handen mee. Olie van wijnsteen verhoogt de wer king. Tegen sproeten in het gezicht wordt dit recept aanbevolen: neem 3 „oneen" roze water, doe daar 3 grein sublimaat bij en was u daar dagelijks inee. Probaat is ook.... varkensmelk, dat het gezicht één maal doet vervellen, maar daarna krijgt men een zuivere huid. Een aftreksel van vlier, venkel en wijnruit verwijdert vlekken uit het gezicht. Een vreemd recept voor een „helder en blinkend aangezigt" is ook: Neemt czelin- nemelk en schalen van eieren, laat daar een water van distilleren en wast het aan gezicht daarmede, zo zult gó blank en schoon worden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1952 | | pagina 14