Oat ió toe A dat
„Algemeen Vrouwencomité Tot Opbouw"?
Een prijsvraag
vóór en legen ileniping
12
Elke maand kunt u in de Leeuwarder
dagbladen een verslagje vinden over de
bijeenkomsten van liet Alg. Vrouwencomité
„Tot Opbouw", welke regelmatig in Het
Baken gehouden worden. Nu telkens weer
blijkt, dat menigeen eigenlijk niet precies
weet, wat dit Comité is en wat het zich
ten doel stelt, leek het ons goed, onze
lezers(essen) hierover eens nader in te lich
ten. Wij moeten daartoe eerst iets weten
omtrent het ontstaan van Tot Opbouw. Dit
dateert reeds van vóór de laatste wereld
oorlog, nl. uit 19-39.
Zoals verschillende van onze lezers(-essen)
zich ongetwijfeld zullen herinneren, hield
H.M. Koningin Wilhelmina in 1938 een
radiorede, waarin zij opwekte de overal be
staande schotjes tussen de mensen onder-
ling op te ruimen en een betere volksge
meenschap op te bouwen, gedachtig aan
het „Eendracht maakt macht". Deze rede
gehouden in het kader der Geestelijke en
Morele Herbewapening, vond overal weer
klank, zo ook in Leeuwarden.
Nu dient het trouwens gezegd, dat ver
schillende Leeuwarder vrouwenverenigin
gen, waaronder de Vereniging voor Huis
vrouwen, reeds eerder op practisch terrein
tot onderlinge samenwerking waren geko
men, b.v. bij de organisatie van de grote
bazars in de dertiger jaren, ten bate van
het Leeuwarder Crisis Comité. De bodem
was dus reeds voorbereid.
Op 17 Februari 1939, de geboortedatum
van Tot Opbouw, was het ook weer de
Vereniging voor Huisvrouwen, afd. Leeu
warden, die afgevaardigden van alle
vrouwenverenigingen bijeenriep om tot een
hechtere samenwerking te komen. Op deze
bijeenkomst, die onder leiding stond van
mevr. H. C. Buisman—Blok Wybrnndi
werd besloten het Alg. Vrouwencomité „Tot
Opbouw" op te richten. De verenigingen
zouden lid kunnen worden tegen een lage
contributie en zij konden ieder een afge
vaardigde sturen naar de vergaderingen.
Particulieren zouden geen lid kunnen wor
den: Tot Opbouw is geen vrouwenvereni
ging! Doel was het contact te bevorderen
tussen vrouwen van alle kringen en rich
tingen en vooral te zoeken naar wat de
mensen verbindt, niet naar wat hen
scheidt. Men zal begrijpen, dat samenwer
king op practisch gebied het meest voor
de hand lag; veel werk moest worden ge
daan en IS gedaan door vrouwenhand-u
tijdens de mobilisatie, gedurende die vrese
lijke oorlogsjaren en ook daarna. Oude
jaarverslagen doorbladerend treft ons een
veelheid van hulpacties: Rotterdam, de
Betuwe, levensmiddelenschepen naar Hol
land, kleding en huisraad naar Zeeland
een cantine-wagen voor de militairen in
Indië, jeugdactie Zeeuws-Vlaanderen,
Bcatrix-oord enz.
Eind 1948 werd echter het besluit geno
men, niet langer de hulp van ledenvereni
gingen in te roepen voor gezamenlijke col
lectes en hulpacties, daar bijna de gehele
maandelijkse vergadertijd hierdoor steeds in
beslag werd genomen. Natuurlijk behield
elke vereniging het recht zelf mee te wer
ken aan inzamelingen, die haar goeddunkte.
Toen echter in 1950 de Vrouwelijke Hulp
verlening (VHV) in Friesland Tot Opbouw
verzocht, voortaan op te treden als contact
orgaan voor Leeuwarden van de VHV
werd op het bovenstaande één uitzondering
gemaakt: Tot Ophouw zou alle mogelijke
medewerking verlenen aan één jaarlijkse
collecte, nl. die van de VHV. Vooral die
van 1951 zal menig Leeuwarder ingezetene
nog heugen! Wie herinnert zich niet die
24ste Januari, toen 's morgens vroeg allerlei
groepjes welgemoede vrouwen met hand
karren door de straten trokken, huis aan
huis geld en goederen ophalend voor de
ontheemden in West-Duitsland? En de
bergen goed in de Beurs, waar men nauwe
lijks bovenuit kon zien? Dit was OPBOUW
op z'n best. Het enthousiasme was aansteke
lijk, het resultaat verblijdend.
Telkens blijkt, dat naast al dit werk de
doelstelling van Tot Opbouw: het leren
kennen en begrijpen van elkanders inzich
ten niet vergeten wordt. De afgevaardigden
vertellen om beurten iets van het eigen
verenigingsleven, hetgeen zeer verruimend
is. Ook vertellen bestuursleden of func
tionarissen van diverse nuttige instellingen
soms iets over hun werk, b.v. over de Leeu
warder Werkgemeenschap, de Stins, het
Baken, de Moedermelkeentrale enz. Welk
een efficiënte manier om 45 vrouwenver
enigingen tegelijkertijd te bereiken!
Vele malen reeds zocht het bestuur van
Tot Opbouw, onder de voortvarende en
bovenal kundige leiding van mevr. Buisman,
contact met de Gemeentelijke overheid, met
de PTT, de Intercommunale Waterleiding,
bioscoopdirecties, de pers enz. om namens
grote groepen Leeuwarder vrouwen bepaal
de wensen en verlangens te uiten. Sinds
1950 zorgen onze drie vrouwelijke raads
leden, die zoveel mogelijk om beurten tie
Opbouwvergaderingen bijwonen, voor het
zozeer gewenste contact met de Gemeente
raad.
Toen in December 1947 de eerste stadsbus
dienst werd geopend, was dit mede te
danken aan het ijveren van Tot Opbouw.
Vele malen werd geprobeerd, ter wille van
de Wijkbewoners van Achter de Hoven,
aldaar een postagentschap te krijgen en ook
deze pogingen zijn tenslotte met succes
bekroond. Op het gebied van speelterreinen
voor de opgroeiende jeugd en grasveldjes
voor de kleuters was men minder gelukkig.
Hier valt nog steeds zéér veel te doen in
Leeuwarden, al zijn we nu op de goede
weg. Ook op het gebied van de woning
inrichting was Tot Opbouw bijzonder actief:
reeds twee maal werden nieuwe, nog leeg
staande woningen op verschillende manieren
ingericht en voor het publiek opengesteld,
beide malen met buitengewoon succes. Een
uitstekend stuk practische voorlichting, door
eendrachtige samenwerking tot stand ge
komen. Helaas heeft het zo degelijk en kun
dig opgezette woningrapport, in 1940 uit
gebracht en ingediend bij de Gemeente
raad, (nog?) niet het gewenste effect ge
had, nl. dat bij de bouw van woningen meer
geluisterd zal worden naar de stem van
de duizenden huisvrouwen, die dag in, dag
uit, hinder ondervinden van allerlei onge
rief. dat vermeden had kunnen worden!
Uit het bovenstaande moge U de betekenis
duidelijk zijn geworden; Tot Opbouw is
niet een soort eigen gemeenteraad van de
vrouwen, zoals de heren wel eens smalend
opmerken. Het heeft een geheel eigen ka
rakter en het verdient als zodanig dan ook
aller waardering, OOK die van de mannen!
JWP
En hier is een prijsvraag voor
onze lezers, naar aanleiding
van het probleem van de dem
ping van de Voorstreek.
Vóór de tiende Januari kan
men zijn mening hierover
schriftelijk aan de Redactie
(Voorstreek 101—103) kenbaar
maken.
Wij stellen ons voor de beste
inzendingen in het volgende
nummer van ons maandblad te
publiceren.
Twee daarvan kunnen voor een
bekroning in aanmerking ko
men: één van de voorstanders
van demping en één van de
tegenstanders. De beste en dui
delijkste uiteenzettingen van
deze tegengestelde opvattingen
worden beloond met prijzen
van tien gulden!