Leeuwarden heeft een tekort van f 870.345 r' Zoals de huisvrouw DE UITGAVEN van de gemeente Leeuwarden in het dienstjaar 1953 Wanneer men zijn financiën wil ordenen, dan is het zaak zowel op de inkomsten als op de uitgaven te letten. Natuurlijk moet het streven gericht zijn op een evenwicht tussen deze beide en wanneer één van de twee de overhand moet hebben, dan is het het prettigst, dat de ontvangsten de uitga ven overtreffen. In zekere zin kan men zeggen, dat er iets mis is, wanneer het omgekeerde gebeurt; in een gewone huishouding zowel als in de gemeentelijke huishouding is het zaak de tering naar de nering te zetten. Het verdrietigste is, dat men hierin dit jaar in Leeuwarden niet is geslaagd. Zelfs bij de grootste zuinigheid overtreffen de uit gaven de inkomsten en dit verschil is vrij aanzienlijk, namelijk negen procent, gere kend naar de uitgaven. De verleiding is wel groot de gemeente on der deze omstandigheden van spilzucht te betichten en liet advies te geven maar wat zuiniger te zijn. Maar de zuinigheid mag nooit de wijsheid bedriegen; een gemeente kan de uitgaven tot een minimum beper ken, maar wanneer men verder gaat, dan zullen allerlei zeer noodzakelijke dingen achterwege moeten blijven of beperkt moe ten worden. En daarbij is het wel van belang te beden ken, dat vrijwel alle kosten zijn gestegen, terwijl dit bij de inkomsten nog niet het geval is, want hiervan komt bijna de helft uit het Gemeentefonds, volgens dezelfde raming, die ook voor het vorige jaar gold. Het tekort op de gemeentebegroting voor dit jaar is 870.345. Een flink bedrag, maar we moeten het (voorlopig) toch niet te dra matisch zien, want er bestaat een mogelijk heid, dat er een hogere uitkering uit het gemeentefonds zal komen, die voor deze aanvulling in de financiële middelen zorgt. Het gemeentefonds bevat een deel van de opbrengst van de rijksbelastingen, waar uit, volgens bepaalde regels, bijdragen aan de gemeenten worden verstrekt. (Slot van pagina 2) de uitgaven, waarvan liet nut zich over verschillende jaren uitstrekt, en die over een aantal jaren worden afgeschreven, zul len we wel enige aandacht besteden, maar dit is meer bestemd voor de financiële „fijnproevers." Van de gewone dienst vinden de lezers in dit nummer de voornaamste bijzonder heden. We beginnen met een algemene inleiding, waarin het totale beeld van de begroting naar voren komt. Voor een alge heel overzicht van de gemeentelijke huis houding zou men ook nog de begrotingen van de bedrijven moeten raadplegen; om de zaak niet te uitgebreid en te ingewik keld te maken hebben we deze weggelaten. Dit gemeentefonds levert trouwens nu al 42.2 procent van het bedrag, dat de ge meente in dit jaar moet uitgeven, dan komen de gemeentelijke heffingen (21.7 procent), de bijdragen van het rijk in de kosten van politie, bescherming bevolking en openbaar onderwijs omvatten 21.1 pro cent van het totaal der uitgaven, de wins ten van de bedrijven worden geraamd op 3.5 procent van dit bedrag en dan zijn er nog twee kleine posten (samen als „diversen" aangeduid op de tekening): bijdragen van andere gemeenten in de kosten van het on derwijs (1.6 procent van de uitgaven) en bijdragen in de krankzinnigenverpleging (0.9 procent). Hier zijn de inkomsten nog eens en nu met de juiste bedragen: Gemeentelijke heffingen 2.113.555; Uitkeringen uit het gem. fonds 4.103.525; Bijdragen van het Rijk 2.052.375; Bijdragen in de krankzinnigenverpleging 85.740; Bijdragen andere gemeenten in de kosten van het onderwijs 160.240; Winsten bedrijven 338.045. Het totaal hiervan is 8.853.480 en wan neer men daarbij het tekort telt, dan moet dus het totaal van de uitgaven te voorschijn komen: Inkomsten 8.853.480 Tekort 870.345 Uitgaven 9.723.825 Negen millioen en ruim zevenhonderddui zend guldenhet lijkt alsof we ons heel wat kunnen permitteren, maar wacht u maar eens tot de koek in mootjes is gehakt, ban zal blijken, dat de stukjes heus niet overmatig groot zijn, want er zijn heel wat zaken, die geheel of gedeeltelijk door de gemeente betaald moeten worden. We geven hieronder een opsomming van de hoofdstukken van de gemeentebegro ting, met de bedragen, die daarvoor zijn vastgesteld. Dit is de globale indeling; ver der in dit nummer vindt u deze hoofdstuk ken opnieuw vermeld en dan kunt u met een iets te weten komen over de belang rijkste posten. Wij hebben, ter verduidelijking van dit alles, in twee cirkels de verdeling van de inkomsten en de uitgaven aangegeven, waardoor u een eenvoudig beeld krijgt van de opzet „in grote lijnen" van de Leeuwar der gemeentebegroting. Algemeen beheer Openbare orde en veiligheid Volksgezondheid Volkshuisvesting Volksontwikkeling en erediensten Verkeer en vervoer Economische zaken Maatschappelijke steun en voorzorg Onvoorziene uitgaven en vroegere diensten 590.485,- 1.136.420,- 691.255,- 259.795,- 3.558.635,- 1.456.855- 202.450,- 1.676,375- 151.555,- 9.723.825,-

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1953 | | pagina 3