fa. jan de jong Fa. G. Keverkamp GOEDE CAMERA FOTO VAK A Kapsalon „Magnifique "CTD g ONDER HET KLOKJE <u c ra a> o E u v a E voor sfeer en exclusiviteit a - portret- en kinderfoto's reproducties naar oude portretten D. L. BEEKHUIZEN Steenhouwerij D. ARENDS Voorstreek 90 - Leeuwarden Telefoon 25067 wasmachines centrifuges haarden en kachels koelkasten verlichtingsartikelen fl huish. artikelen 1 c TIlnibiMii nilifr Wagenveer Koeltechniek B. P. B O S M A eerste leeuwarder wassenbeelden kabinet 16 V IA O. X 4) 3 O schrans 25-26, leeuwarden, telefoon 2 7415 Hel mooiste document van uw trouw dag is een bruidsfoto Vakwerk Leeuwerikstr. 1 Leeuwarden Tel. 26297 SPECIALITEIT in: EEN KLASSE APART STATIONSWEG 6» LEEUWARDEN TELEFOON 29334 HARLINGEN - Telefoon 2895 Grafwerken Schoorsteen mantelbe kledingen Marmerven- sterbanken Tulnversierin- gen enz. Beleefd aanbeve- end Bezoekt onze toonzalen voor: rt -j; Levering via de handel VKAAL71 INLICHTINGEN Ml ELE 75 en FOLDERS AUTOMAT bij: LEEUWARDEN GRONINGEN HENGELO Een goede KOELKAST koopt U natuurlijk bij de vakman Wij hebben slechts één merk voor U, maar dan het beste merk Prima voorlichting Laag in prijs 5 jaar garantie biedt U IJ. KALSBEEK OOSTERGR.WAL 9 Telefoon 22425 Voor Uw feestjes en partijtjes bieden wij U een ruime sortering GEBAK CHOCOLA en BONBONS Banketbakkerij - Lunchroom Voorstreek 7, Telef. 24090 Vroeg gebeld,vlug besteld KL. KERKSTRAAT 37 Telefoon 25906 GROENTEN - FRUIT AARDAPPELEN CONSERVEN DIEPVRIES Specialiteit in gesneden groenten en het opmaken van schalen en manden Zeldzaam in Nederland Deskundige voorlichting Alleen werkdagen geopend Toegang 75 cent Kinderen 50 cent Oord der historie, Gevan genismuseum enGrie zelkelder Historische beel dengroepen. HEERENWALTJB 5 Zoekt U een Dan naar St. Jacobsstraat 13 Leeuwarden Waarover spraken zij? Natuurlijk over het weer. De oude vrienden speuren zelis naar de oorzaken van het „zomer weer". Daarna kwamen de hoge huren en de voetgangers- oversteekplaatsen-met-lichten aan bod. Waarom moet het poppetje in het stoplicht een man zijn? August: „Wat hestou daar in 'e han, Willem?" Willem: „Even wachte. Eerstmien mon even leeg- ete. Met 'e iolle mon prate is onietsoenlijk nou? Wat ik in 'e han hew, mijn lieber Augustijn, is een sakje met lekkere, warreme petatters. Wuust één hewwe?" August: „Fan die petat-ireet oi hoe hiet het oek weer? Nooit een keer. Ik bliei liever gesond." Rein: „Een hele prustaasje om met dit weer gesond te blieven." Willem: „Krekt, Rein jonge, presies! Ik waar wel soa deur en deur koud, dat ik docht: Fooruit Willem, wat warme eerpeltsjes in 'e kouwe buuk." Manus: „Mag ik oek es proeve, Willem? Se rüke lekker." Liuwe: „Dat spul wurdt een soat eten. Ik wü oek wel son tentsje hewwe. Ik docht, dat het een goeie broodwin ning waar." Rein: ,,'t Is meer een eerpelwinning docht ik. Bedankt Wil lem, ik lus dat spul wel." Willem: „As 't op is, hale we nog wat. Soa doene je nog es wat warmte op. Wat een seumer niet!" Bouke: Sü dat nou echt fan die atoombeweging komme, Willem? Wat dochstou daar ian?" Dorus: „Het mut hast wel. Froeger hadden je dat nooit soa. Wat hadden wij iroeger wel mooie lange seumers. Soms met een hittegoli!" Willem: „Je süden wel sêgge, dat er wat ierandert in 'e bovenste lagen. Het mut sien oorsaak erreges hewwe. Die ontploiiingen werke op 'e luchtlagen in meskien, oi suksewat." Rein: „Het spul gaat roesten, wuust sêgge. Nou, dat wil mij heel wel an. As mien ouwe kachel een paar keer „plot" seit, hew ik de kamer tol rook en roet, en de kachel is süver ierset." Bouke: „Das een mooi ioorbeeld, Rein. Soa ploft het in 'e lucht, en de boel ierset, en raakt in onstuur. De son ian 't plak en Liuwe: „Jim prate der mar licht over. Wat wete jim der eigenlijk ian? Dit is pralerij fan iik-mien-iesje. Fienst sellei oek niet Willem?" Willem: „Hoor nou es even. Rein is over die kachel begon nen, en doe kwam Bouke, en die haalde de son ian 't plak en August: „Hest alles één bij dien kachel had, Rein?" Rein: „Bij mien kachel? Waarioor?" August: „Nou, hij ploit dochs telkes, en hij is ierset, en jim hewwe 't huus lol smeriges." Rein: „Fait wat met, hor. Hij doet het hast nooit meer." August: „O o. Hé, ik meende Willem: „Ja, hoor es Auguust, menen is broekskietten. En het gong óns om het weer. Waarom waar het ian dat akelige weer? Waarom nooit meer es een knappe seu mer? Weestou het?" August: „Ikke? Nee. Mar jim oek niet. Oi wel soms?" Bouke: „Ja, wij wete het. Das te sêggen: soa sü het were kenne. Dat de boel in 'e war is." Manus: „Ons buren binne jongelui. Die hewwe kampeerd op Ameland. Savus met warme krüken op bed. Die hadden se metnomen om der liemenade in te doen as se nar 't strand gongen. Mar dat waar der hast niet bij. Waar siestou soa naar, Liuwe?" Liuwe: „Nar die dikke bui, die daar boven „de stille kant" hangt. Oi sü die over drieve?"

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1962 | | pagina 16