1
OUDSTE FRIESE SPOORWEG
IN OKTOBER HONDERD JAAR
r-
r U *JJ j
m
Ba
Sal
Eerste trein reed tussen
Leeuwarden en Harlingen
J
In 1839 reed voor het eerst een trein in Nederland. Dat
was op de lijn van Amsterdam naar Haarlem, waar de
fiere Arend" cokesverslindend zijn rijtje wagens voort
trok, met argwaan nagekeken door boeren, burgers en
buitenlui, die dit snelheidsmonster grote gevaren voor
mens en dier toeschreven. Wat zouden de verschrikke
lijke gevolgen zijn? De mens die zich in dit voertuig
waagde, zou door de oogverblindende snelheid het ge
zichtsvermogen verliezen. Bekwame medici verwachtten
ongeneeslijke beschadigingen van hart, lever, nieren en
alles wat de mens verder aan ingewanden rijk is. Bij de
koeien langs de spoorbaan zou de schrik op de uiers
slaan en dus hoefde men op melk niet meer te rekenen.
Een gering aantal prominenten zag
in, dat 's lands welvaart ten zeerste
gebaat zou zijn bij een radicale ver
betering van verkeer en vervoer, zo
als deze door de Spoorwegen werd
beloofd. Al te lang had men zich
moeten behelpen met trekschuit en
diligence. De trekschuit was het
symbool van de vaderlandse dom
mel, waarin ons land na de woelige
Franse tijd was komen te verkeren.
Die dommel werd verstoord door het
sissende geluid van de stoommachi
ne, dat eerst van veraf klonk, maar
allengs meer in de buurt kwam.
Toen de trein eenmaal reed, werd
spoedig duidelijk, dat de menselijke
constitutie dit vervoermiddel glans
rijk kon doorstaan, al mag wel wor
den gememoreerd, dat de treinreizi
gers der eerste tientallen jaren op
een onvoorstelbare manier konden
hebben geleden in de onverwarmde
rijtuigen, waarvan die der derde
klas bovendien nog onoverdekt wa
ren. De koeien, met hun traditioneel
gelijkmoedig karakter, bleven melk
geven. De tegenstanders van „het
stoomros" waren tot zwijgen ge
bracht.
En de voorstanders konden er met
trots op wijzen, dat overal waar de
trein verscheen handel en nijverheid
en dus de welvaart in het alge
meen tot bloei kwamen. De za
kelijke relaties werden nauwer door
de gemakkelijker verplaatsbaarheid
van de mens, de aanvoer van grond
stoffen en de afvoer van produkten
werd massaal en in korte tijd moge
lijk. De trein sleepte met zijn stoom
kracht de economische opbloei mee.
Krachtig werd het streven naar aan
gebied en wel naar Harlingen. Zo
wel in ons land als in Engeland
werd geijverd voor een lijn, als
voortzetting op het Duitse spoorweg
net, van Bremen over Oldenburg,
Leer, Groningen en Leeuwarden naar
Harlingen, vanwaar een bootverbin
ding met Engeland tot stand ge
bracht zou worden. Leeuwarden zou
op deze manier aan een belangrijke
internationale boot/spoorverbinding
komen te liggen en wel van Enge
land naar Oost-Europa. Ongetwijfeld
zal bij het kiezen van deze noorde
lijke route de slechte verstandhou
ding tussen Duitsland en Frankrijk
een rol hebben gespeeld; de Duit
sers bleven zo een heel eind uit de
buurt van hun vijand en bleken zelf
ook veel belangstelling voor deze
route te hebben.
Het voor ons merkwaardige gevolg
was, dat de spoorwegen Friesland
niet uit het zuiden, door uitbreiding
van het net in overig Nederland,
zijn binnengedrongen, maar dat men
begon met een stukje van deze in
ternationaal gedachte verbinding.
De spoorlijn LeeuwardenHarlingen
was de eerste in Friesland en zelfs
in heel Noord-Nederland. Het losse
stukje spoorweg, aanvankelijk ver
stoken van elke doorverbinding,
werd officieel en zeer feestelijk ge-
sluiting op het spoorwegnet, in het
bijzonder daar, waar goede verkeers
verbindingen het eeuwenlange, tra
ditionele isolement konden doorbre
ken.
Friesland wist daarvan mee te pra
ten; wie naar Holland wilde moest
van Harlingen uit een lange, oncom
fortabele bootreis naar Amsterdam
ondernemen en over land was men
met de diligence in tien uren nog
niet verder dan Zwolle. De „poort
tot de wereld" was de Korfmakers-
straat, het vertrekpunt van de dili
gences, maar hoe begrensd was deze
wereld, ondanks de goede zorgen
van de grote diligence-onderneming
Van Gend en Loos.
Internationale verbinding
Ook Friesland, in het bijzonder
Leeuwarden, riep om spoorverbin
dingen en deze roep zou in de zes
tiger jaren van de vorige eeuw wor
den beantwoord op een hoogst
merkwaardige wijze. De eerste voor
deze provincie gemaakte spoorweg
plannen hadden namelijk niet ten
doel Friesland te gerieven, maar een
belangrijke internationale verbin
ding via Friesland op te bouwen.
Duitsland had in het noorden al een
omvangrijk spoorwegnet. In 1850
reed men langs de route Posen
Stettin Berlijn Rostock
Schwerin Hamburg Hannover
Bremen, terwijl men in het oosten
bezig was de verbindingen door te
trekken naar Danzig en Konings
bergen.
De verdere plannen in de westelijke
richting voerden naar Nederlands
I