DEFILEREN
Sf»««coilfr,
(Vervolg van pagina 5)
lasten ruim 3 miljoen. De bureaukosten van al
die ambtenaren belopen maar ruim 300.000,
Dat valt u stellig mee.
Maar wat denkt u van een bedrag van 1,5 mil
joen aan subsidies? Dat is in vijf jaar tijd prak
tisch verdubbeld. Wel een duidelijk bewijs hoe
belangrijk de subsidiërende taak van de ge
meentelijke overheid in ons maatschappelijk
bestel is.
Enkele voorbeelden:
Frysk Orkestruim 200.000,
Muziekschool- 72.000,
Speelplaatsen en -tuinen - 21.000,
Jeugd-, ontwikkelings- en ont
spanningswerk, waaronder jeugd-
sport- 77.000,
Gem. Sportstichting- 298.000,
Betaald voetbal- 30.000,
Kruisarbeid- 25.000,
Geestelijke gezondheidszorg - 16.000,—
Dit zijn maar enkele, vrij willekeurige, voor
beelden; de lijst wordt te lang en de „Leeuwar
der Gemeenschap" is te klein om dat anderhalf
miljoen volledig te vermelden.
Nog een paar informaties aan de hand van de
eindtotalen van enkele hoofdstukken. Onder
zo'n hoofdstuk worden uitgaven met betrek
king tot een bepaald onderdeel van de gemeen
tehuishouding geboekt.
DE BONNETJES
Zo is hoofdstuk III het hoofdstuk waar de uit
gaven voor de openbare veiligheid zijn onder
gebracht.
Totaal kost die ruim 330.000,d.w.z. kosten
voor politie, brandweer, verkeer, bescherming
bevolking etc. Nu staan daar wel weer inkom
sten tegenover in de vorm van rijksuitkeringen,
zodat netto ten laste van de gemeente blijft
rond ƒ90.000,—.
U denkt ook de „contante bonnetjes"? De illu
sie, dat die ons budget mee helpen verlichten,
moet ik u ontnemen. Of zou dat u misschien
enigermate troosten met het „contante bon
netje"? Ook dan moet ik u ongetroost laten.
De gemeente moet dat geld aan het rijk afdra
gen. Op volgno. 61 staat onder ontvangst
32.000,— geraamd voor „bij bekeuringen on
middellijk geïnde boetes" en op volgno. 128
onder uitgaaf hetzelfde bedrag wegens afdracht
aan het rijk.
Hoge bedragen aan „onmiddellijk geïnde boe
tes" helpen de gemeente dus echt niet. Probeert
u dus toch maar deze boetes te voorkomen.
Hoofdstuk VIII omvat alle uitgaven voor on
derwijs, kunsten en wetenschappen, dat wil dus
zeggen onderwijs in de ruimste zin, sport, uit
voerende en beeldende kunst, musea e.d., in
totaal aan uitgaven bijna 12,5 miljoen gulden.
Hier staan ook weer ontvangsten tegenover,
zodat netto ten laste van de gemeente blijft
ruim 3Vt miljoen gulden.
Als u die 40 miljoen uitgaven nog hebt onthou
den, is het u duidelijk dat daarvan dus 12J/2
miljoen wordt besteed aan dit hoofdstuk. Tegen
over de nadelige saldi van 3,5 miljoen van de
verschillende onderdelen hiervan, staan nog
rijksuitkeringen uit het gemeentefonds. In ont
vangst bij de algemene middelen is geraamd
ruim 3 miljoen aan onderwijsuitkeringen, zodat
tenslotte een half miljoen rond ten laste van
de gemeente blijft.
Erg belangrijk is ook hoofdstuk IX onder de
titel „Maatschappelijke steun en voorzorg". Het
omvat dus de uitgaven wegens steunverlening,
verplegingskosten, maatschappelijk werk e.d.
Het totaal aan uitgaven is hier geraamd op
ruim zeven miljoen gulden. Het netto-tekort
van dit hoofdstuk is ruim 6V2 miljoen.
Tegenover dit netto-tekort staat weer een on
derdeel van de algemene uitkering, nu niet uit
de rijksmiddelen, maar rechtstreeks ten laste
van de gemeentefondsmiddelen. Dit bedrag be
loopt ruim 3V2 miljoen. Van dit hoofdstuk blijft
tenslotte ten laste van de gemeente ruim drie
miljoen.
VERPLEEGGELDEN
In de troonrede van de derde dinsdag komt de
volgende passage voor. „De regering blijft stre
ven naar de totstandkoming van een volksver
zekering voor zware geneeskundige risico's
Mits hieronder door de regering mede wordt
verstaan langdurige verpleging in bijvoorbeeld
psychiatrische inrichtingen en verpleging in
verpleegtehuizen voor langdurig zieken en
bejaarden, is deze volksverzekering mede van
groot belang voor de gemeenten. In de begro
ting is op volgno. 638, hoofdstuk IX alleen al
voor verpleging in eerstgenoemde inrichtingen
geraamd bijna 2V2 miljoen. Het is daarmee al
leen al voldoende duidelijk van hoe grote be
tekenis een volksverzekering o.m. voor deze
doeleinden zal zijn.
Hiervoor is enkele malen het woord gemeente
fonds gevallen. Allicht denkt u: „Wat is dat
nu?" Welnu, uit de opbrengst van een aantal
rijksbelastingen wordt plm. 12,5 °/o gestort in
een door het rijk beheerd gemeentefonds en de
voornaamste gemeentelijke middelen zijn uit
dat fonds afkomstig. Voor 1965 is voor onze
gemeente alleen aan gemeentefondsuitkeringen
geraamd bijna 17 miljoen gulden en voor ove
rige rijksuitkeringen (dus niet t.l.v. het gemeen
tefonds komende) ruim 11 miljoen gulden.
Zo ziet u wel, dat het de niet-gemeentelijke
middelen zijn waarmee de gemeentehuishou
ding wordt gefinancierd. Het is dan ook wel
duidelijk, dat de gemeenten met sterke zilve
ren koorden gebonden zijn aan het beleid van
de rijksoverheid.
Daarom ook zou het de wethouder van finan
ciën van de gemeente Leeuwarden bijzonder
aangenaam zijn als de minister van financiën
bereid zou zijn de gemeente te laten meeprofi
teren van de meevaller van 1 miljard gulden
aan belastingopbrengst voor het rijk. 12,5
van 1 miljard is 125.000.000,Dat levert over
het gehele land gerekend plm. 10,per in
woner op. Voor Leeuwarden zou dat zijn 86.000
maal ƒ10,—, d.i. dus ƒ860.000,—. Onder het
motto dat „gedeelde vreugd dubbele vreugd"
is, zou de minister van financiën zijn gemeen
telijke collega's best in zijn vreugde kunnen
laten delen.
VERANTWOORDING
Ik heb gepoogd, hier en daar wat huiselijk, u
iets duidelijk te maken omtrent de financiën
van de gemeente Leeuwarden. Hier en daar heb
ik welbewust linancieel-technisch gezien sterk
vereenvoudigd en eenvoudige voorbeelden ge
bruikt. Voorzover ik ingewikkeld ben geweest,
hoop ik u niet te hebben verveeld. Ik hoop, dat
u daardoor belangstelling hebt gekregen voor
de linanciën van uw eigen gemeente.
Wat mijzelf betreft wil ik u verzekeren, dat ik
graag mijn best doe voor wat mijn aandeel be
treft in het financieel beleid er toe bij te dra
gen, dat het onze gemeente goed gaat in de
toekomst.
Twee zeer ongelijksoortige defilé's: Links het spectaculaire voorbijtrekken van
het Friese vee op een der drie jubileumdagen van het Fries Rundveestamboek
(8, 9 en 10 september); rechts het défilé bij de commandowisseling op de vlieg
basis (9 september).