Om het behoud van het echte Leeuwarden Bij de omslagfoto Maandblad onder auspiciën van de Stichting „Leeuwarder Gemeenschap" 13e jaargang no. 11 november 1964 Redactie-commissie: Mevr. A. J. Bearda Bakker - Stuiveling H. Kingmans Pater H. W. Dijkman O.P. J. T. Vellenga Redacteur: W. H. Kuipers, telef. 28203 Adres administratie: Voorstreek 101-103, tel. 22046 en 22047 Redactie: Stadhuis Leeuwarden, tel. 21141 Abonnementsprijs 3,00 per jaar Giro-nummer 809910 ten name N.V. Erven Koumans Smeding, Leeuwarden In dit nummer van de Leeuwarder Gemeenschap wordt u het een en ander ver teld over ons stedeschoon en de zorg daarvoor. Het woord „stedeschoon" klinkt nogal pretentieus, maar we hebben tenslotte een schoonheidscommissie om deze zaken te behartigen en dus zijn we in goed gezelschap. De gemeentelijke schoonheidscommissie bestaat deze maand vijftig jaar en dit is één aanleiding om over deze zaken te schrijven. Maar er is meer gaande op dit terrein en dan denken we aan het ontwerp-monumentenlijst, dat thans gemeentelijk in behan deling is. Dan en tenslotte komen we bij het historische stedeschoon, het stads- eigene sinds vele generaties dus, steeds meer voor de vraag te staan wat we in de toekomst met onze monumenten moeten doen. Behouden is niet het enige, er moet ook een zinnig gebruik voor worden gevonden. Een actueel voorbeeld van deze problematiek is de synagoge en ook daarover wordt in deze L. G. geschreven. worden. Maar tegelijk dienen we terdege te beseffen, dat onvergankelijkheid een illu sie is in een levende stad. We zullen er zelf voor moeten zorgen dat Leeuwarden meer blijft dan een verzameling straten en gebou wen. Dat kost moeite en dat kost ook offers, omdat sterk aan elkaar tegenstrijdige eisen tegelijk om vervulling vragen. En dus zal el ke oplossing een compromis moeten zijn. Over een compromis kunnen alle partijen te vreden, maar ook, met evenveel recht, on tevreden zijn. Want wie voor een deel gelijk krijgt, die krijgt ook voor een deel ongelijk. Niet ieder zal zonder meer in staat zijn de omslagfoto „thuis te brengen", want zij is gemaakt van een plaats waar slechts de wegen- en huizenbou wers dagelijks verkeren. U ziet op de voorgrond het zandbed voor een stukje noordelijke ringweg, in de richting Groningerstraatweg Archipelweg daar waar het Vrijheidsplein door drie hoge flatgebouwen wordt gemarkeerd. Leeuwarden is een oude stad en in deze oude stad is door vroegere generaties danig huis gehouden. Veel van wat vroeger het karak ter en het gezicht van de stad heeft bepaald is verdwenen, weggebroken toen het zijn functie had verloren, in de weg kwam te staan of alleen maar bouwvallig was gewor den. In de vorige eeuw is men te werk ge gaan met het radikalisme van een bulldo zer. De stad ging groeien; de eeuwenoude en steeds meer als een beknelling gevoelde gor del van gracht en wal werd doorbroken. Dat gebeurde met vreugde en trots; het slechten van de wallen en het afbreken van de poor ten waren de tekenen van een nieuwe tijd. Zelfs onze 19e eeuwse geschiedschrijver Wop- ke Eekhoff was van geestdrift over deze ver anderingen vervuld, al mag men hem toch waarlijk geen gebrek aan belangstelling voor het oude verwijten. Het laatst van de vorige eeuw gaf nog meer verminkingen en vernie lingen te zien. De Nieuwe Toren op het Klok- plein werd in 1884 gesloopt wegens bouwval ligheid. Tot eer van vele Leeuwarders uit die dagen moet worden gezegd dat het desbetreffende raadsbesluit slechts met een krappe meerderheid werd ge nomen. En kort na het verdwijnen van de toren werd het Torenfonds gesticht. Er zit een flink bedrag in dit, nog altijd bestaande en zorgvuldig beheerde fonds; waarvan de tragiek is, dat het steeds achter de werkelijk heid van de geldontwaarding is blijven aan hollen. Dan was daar, eveneens in het eind van de vorige eeuw, de demping van een aan tal grachten in de binnenstad, met als de be langrijkste de Turfmakt-Tweebaksmarkt, de Eewal-Wortelhaven en de Nieuweburen. De walmuren waren aan onderhoud toe en in deze omstandigheden was demping voor deliger. Bovendien strekte het verdwijnen der grachten tot gerief van het verkeer. Moder ne argumenten, die we maar moeilijk in de mond van een laat-negentiende eeuwer vin den passen. De auto moest nog worden uit gevonden. Dit zijn enkele van de meest opvallende ver anderingen in het stadsbeeld in de vorige eeuw, tot stand gekomen met opoffering van historische karakteristieken, die we nu wel ten koste van alles zouden willen behou den, zo we ze nog bezaten. Maar eigenlijk is in die tijd heel het oude Leeuwarden aange vreten door de, niet door veel cultuurhisto rische overwegingen afgeremde, zucht naar groei en vernieuwing. Deze groei en ver nieuwing waren nu eenmaal de andere karakteristiek van Leeuwarden, vooral in de tweede helft van de vorige eeuw. De hoofd stedelijke functie groeide door de ontwikke ling van verkeer en vervoer en door de tot standkoming van tal van bedrijven, in stellingen enz., die hun regionale functie hier konden vervullen. Zelfs daar waar de binnenstad nog min of meer zichzelf is gebleven, daar is het oude vaak niet meer dan fagade. De Grote Kerk straat was eens een woonstraat van de aan zienlijke burgerij, nu zijn in de (restanten der) herenhuizen allerlei kantoren en bedrijf jes gevestigd. Globaal bekeken lijkt het nog heel wat, op onderdelen beschouwd is er maar weinig puntgaaf gebleven. Pessimisten zeggen, dat het historische Leeuwarden niet meer te redden is, een opvatting, die men met de cultuurhistorisch geijkte maatlat wel licht juist kan bevinden, maar waarmee men toch geweld doet aan wat men elke dag praktisch kan ervaren. Want deze verminkte binnenstad heeft nog altijd sfeer. Wij, Leeuwarders, ondergaan de ze half bewust, maar tal van vreemdelingen zien deze stad met verraste ogen. Zij lopen door de smalle Weerd en komen dan, tot hun verrassing terecht op het intieme Raad huisplein, met het stadhuis en de witte ambtswoning van de commissaris der Ko ningin. Dat is evenzeer realiteit als onze be zwaren tegen de lompe Hofschool op deze plaats en onze wetenschap, dat deze ambts woning vroeger als stadhoudershof heel wat mooier is geweest. We willen hiermee maar zeggen, dat de hui dige situatie niet gedramatiseerd hoeft te

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1964 | | pagina 3