MAKELAARSKANTOOR HELLEMA ZN
Het adres sinds 1898
voor onroerende goederen
Nieuweweg 7-9 Leeuwarden
Telefoon 23117*
EERST DE STRATEN, DAN DE
HUIZEN, DAARNA HET GROEN
Procedure bij nieuwe woonwijken:
Zoals men niet op alle slakken zout kan leggen, zo kunnen wij niet
reageren op elk ingezonden stuk in onze dagbladen, alhoewel deze
schrifturen dikwijls een opmerkelijke kijk geven op zaken van zeer
uiteenlopende aard, die men als misstanden aan de kaak wil stellen.
Opmerkelijker nog is vaak de wijze waarop dit gebeurt; vele schrijvers
van ingezonden stukken vervallen in een moraliserend gekapittel, dat
niet direkt nodig zou zijn om de misstand te signaleren, maar blijkbaar
passend wordt geacht om het eens fijntjes te zeggen. We hebben als
voorbeeld het volgende ingezonden stuk uit de „Leeuwarder Courant'
van 8 februari geknipt.
delijk zijn. Er bestaat wel een
centrale gemeentelijke regie,
maar het aantal medespelers is zo
groot en hun rollen zijn zo ver
schillend, dat er wel eens iets of
iemand uit de hand loopt. Het
ontbreken van het winkelcentrum
bijvoorbeeld is een nare zaak, ook
voor het gemeentebestuur. De
grond van een dezer centra is
reeds verkocht aan een beleg
gingsmaatschappij en dus had het
centrum er al lang kunnen zijn.
Bij deze beleggingsmaatschappij
zijn echter interne moeilijkheden
ontstaan en de „bevoegde instan
ties" kunnen voorlopig helaas
niets anders doen dan afwachten.
Wij hebben verschillende deskun
digen van de gemeente (o.a. de
gemeente-architect, de heer H.
Achterhof, bouwer van de Fries
landhal) gevraagd of men elders
begint met „een behoorlijk wegen
net, trottoirs, tuinaanleg en wat
dies meer zij en daarna de flats
afbouwt". Wij kregen slechts één
antwoord en dat was kort en
goed: Begonnen wordt inderdaad
met het wegennet, zoals ook hier
in 't Nijlan is gebeurd en nu
eveneens het systeem is in het
Lekkumerend, waar verschillende
straten al klaar liggen, in afwach
ting van de bouwactiviteit. Dit is
nodig om de aanvoer van bouw
materiaal te kunnen verzorgen;
in het algemeen om het toekom
stige woongebied te ontsluiten.
De rest komt pas wanneer de
woonhuizen zijn gebouwd en ook
dit is onvermijdelijk, want trot
toirs, tuinen enz. zouden redde
loos ten onder gaan aan de voor
de omgeving ruïneuze bouwacti
viteiten met graafmachines, hei
machines, kranen enzovoort. Geen
dezer deskundigen was bereid op
gezag van mevrouw Schouten aan
te nemen, dat het anders en beter
is gegaan in de Amsterdamse
nieuwe wijken Slotermeer, Sloter-
vaart, Osdorp, Geuzenveld, Bui-
tenveldert enz.
Wel kan de situatie elders rela
tief gunstiger zijn dan hier, omdat
in Leeuwarden bij elk gat en bij
elke sleuf de onaangename glib
berige klei te voorschijn komt.
Grondtransporten leiden in het bij
zonder tot het ontstaan van een
ELF EN DERTIG
Toen wij begin 1964 als nieuwe bewoners
van Leeuwarden door het gemeentebe
stuur voor een verwelkoming op het
stadhuis werden uitgenodigd, een geste
die op hoge prijs werd gesteld, werd ons
door de inleiders, naast veel interessante
geschiedenis van de stad Leeuwarden o.m.
uit de doeken gedaan waar de uitdruk
king: „Op zijn elf en dertigst haar
oorsprong had gevonden.
Hoewel destijds nog als een wetenswaar
dige bijzonderheid geaccepteerd, komt
mij deze uitleg na ruim een jaar bewo
ning van de Nijlansdyk vrij overbodig
voor. Wij weten het nu zonder deze uit
eenzetting toch wel Riante eenge
zinswoningen, moderne fiats met daar
tussen gapende wonden, stinkende poelen
en modder, modder en nog eens modder.
Wanneer, zo vragen velen in deze nieu
we wijk zich af, wanneer zal nu eindelijk
eens de hand aan de spade geslagen
worden en krijgen wij behoorlijke voor
pleinen en trottoirs, faciliteiten, waar de
moderne belastingbetaler recht op meent
te hebben.
Leeuwarden wil zo graag zijn plaats in
de rij der grote steden ingenomen zien,
welnu, laat de desbetreffende autoritei
ten eens hun licht opsteken in andere
(nog veel omvangrijker) uitbreidingsge
bieden.
Als voorbeeld mogen de vele tuinsteden
rond Amsterdam dienen: Slotermeer,
Slotervaart, Osdorp, Geuzenveld, Buiten-
veldert e.d., waar men eerst zorg draagt
voor een behoorlijk wegennet, trottoirs,
tuinaanleg en wat dies meer zij en daarna
de flats afbouwt, terwijl er bovendien
voor de huisvrouwen in ieder complex
volledige winkelcentra verrijzen, waar
door men niet, zoals bij ons, voor het
doen van de dagelijkse inkopen op de
binnenstad en één enkele noodwinkel is
aangewezen.
Nu het er naar uitziet, dat de winter de
aftocht heeft geblazen, hebben wij maar
één dringend verzoek aan de bevoegde
instanties: redt ons met spoed uit de
modder en laat het aloude, in de aanhef
dezes vermelde gezegde, tot het verleden
behoren U oogst er de dank van velen
voor.
Mevr. M. SCHOUTEN-JANSSEN.
Leeuwarden.
Laten we beginnen met te stellen,
dat in een vrij snel gerealiseerde
nieuwe woonwijk tekortkomingen
en gebreken welhaast onvermij-
Deze foto is niet in 't Nijlan gemaakt, maar in het
Lekkumerend. Het is toch kwalijk denkbaar, dat
men in zo'n beginfase de plantsoenen al klaar
heelt
„smeerboel" en daar zit men in
zo'n nieuwe wijk nog al eens mee.
Wat het tempo van de aanleg van
de groenvoorziening betreft zijn
de bewoners ontevreden, tot de
omgeving van hun eigen huis is
beplant. De ergernis over de mod
der die de kinderen aan hun
schoenen het huis indragen wint
het nu eenmaal van de waarde
ring voor wat in het algemeen is
geschied. En dat is inmiddels heel
wat, getuige in het bijzonder de
waterpartij met gazons in het
midden. Daar echter kon een
groot terrein in één keer worden
beplant, zonder dat men hoefde te
vrezen, dat er straks nog werk
zaamheden moeten worden ver
richt. Aan de Nijlansdyk bijv. is
het wachten met de beplanting nu
een gevolg van de aanleg van
parkeerhavens.
Maar goed: niemand zal mevrouw
Schouten kwalijk nemen dat ze
dit tempo te laag vindt. Ze mag
daaraan ook best uiting geven,
zelfs in een krant. Maar het is
wel onaardig hierbij te proberen
de uitdrukking „op z'n elf en der
tigst" een reële inhoud te geven.
Zelfs wanneer zich vertragingen
voordoen (en waar komt dat niet
voor?) dan nog ligt de oorzaak
meestal in verklaarbare feiten en
omstandigheden en niet in traag
heid of laksheid.