Leeuwarden goed
zoals het lijkt
Leeuwarden groter
dan het lijkt, maar ook:
Redactie-commissie
Mevr. A. J. Bearda Bakker-Stuiveling
H. Kingmans
Pater H. W. Dijkman O.P.
J. T. Vellenga
Redacteur: W. H. Kuipers, telef. 28203
Adres administratie:
Voorstreek 101-103, tel. 22046 en 22047
Redactie:
Stadhuis Leeuwarden, tel. 21141
Abonnementsprijs ƒ3,00 per jaar
Giro-nummer 809910 ten name
N.V. Erven Koumans Smeding,
Leeuwarden
plein en Lange Pijp enerzijds en
Groentemarkt, Peperstraat en
Wirdumerdijk anderzijds. Wie
aan al dit schoons gedachteloos
voorbijloopt ontbreekt het ten
enenmale aan esthetisch gevoel.
Deze gezellige, ruime Nieuwe-
stad zou ik niet graag willen rui
len voor het gedrang en geschui
fel in de Amsterdamse Kalver-
straat.
De vergelijking met Amsterdam
en Groningen gaat in genen de
le op. Leeuwarden heeft nu een
maal een eigen karakter, dat af
wijkt van wat de meeste andere
steden hebben te bieden. Wat
Zwolle betreft kan de enige goe
de winkelstraat, de Diezestraat,
als voorbeeld wel buiten be
schouwing worden gelaten, want
als men deze straat is uitgewan
deld staat men plotseling in een
onaanzienlijke leegte aan de
uiterste rand van de stad. Al
thans zo was het enige jaren ge
leden.
Er is natuurlijk in Leeuwarden
niet alles volmaakt. Er is nog
wel het een en ander te veran
deren of verbeteren, maar dat
ligt op een geheel ander vlak
dan mijnheer Foppes zich dat
voorstelt. Wij hebben geen be
hoefte aan meer nauwe winkel
straten, zoals St. Jacobstraat,
Oosterstraten en Oude Doele-
steeg. Vindt men die nu werke
lijk zo ideaal in het moderne ver
keer, terwijl allerwegen wordt
gevraagd naar meer ruimte?
Men moet van de stad Leeuwar
den geen andere stad of een ka
rikatuur willen maken, maar de
historische wording van de bin
nenstad in het oog houden en la
ten spreken. Ook bij de sanering
dient hiermede terdege rekening
te worden gehouden.
Mocht de heer Foppes dit com
mentaar kunnen volgen, dan zou
hij meer positief gericht de be
langen van de stad Leeuwarden
kunnen behartigen dan met de
kritiek, die in de L.G. wordt
gelanceerd.
Wij hebben de heer Rinsema
ruim baan gegeven, al is zijn ar
tikel hier en daar wat besnoeid.
De schrijver heeft ongetwijfeld
ons hart gestolen door zijn en
thousiast pleidooi voor Leeu
warden. Toch menen wij een paar
kanttekeningen te moeten ma
ken. In de eerste plaats lijkt het
ons, dat de heer Rinsema wel erg
onaardig doet tegen mr. E. Fop
pes, directeur van het Econo
misch Technologisch Instituut
voor Friesland. De heer Foppes
heeft in een rede voor het Za
kencentrum inderdaad nogal
prikkelende dingen over Leeu
warden gezegd, maar niet uit een
kwaad hart, want de Friese
hoofdstad is hem zeer dierbaar,
zo weten wij. De heer Foppes
heeft ook niet gezegd, dat Leeu
warden slechts 50.000 inwoners
heeft of een stad met 50.000 in
woners lijkt te zijn; zijn medede
ling behelsde slechts het feit, dat
vreemdelingen deze schatting
maken, na een vluchtige kennis
making met de stad. Aan de
juistheid hiervan zouden we
üechts mogen twijfelen, indien we
de heer Foppes in staat achtten
het oordeel van misprijzende
vreemdelingen uit zijn duim te
zuigen. Tegen deze boze verden
king verzet zich evenwel het
feit, dat de directeur van een
economisch-technologisch insti
tuut zozeer een wetenschapsman
is, dat hij geen verdichtselen zou
kunnen debiteren.
Zo kwamen we dus bij de „ima
ge" van Leeuwarden: de indruk,
die de stad wekt, terecht of ten
onrechte hier ten onrechte.
Wij hebben ons toen verdiept in
de vraag hoe Leeuwarden aan de
ze image van „een stad met
50.000 inwoners" komt. Het ant
woord op deze vraag zochten wij
in het ontbreken van een duide
lijk gemarkeerd binnenstadscen
trum (een plein bijv.) en de
breedte van verschillende winkel
straten (speciaal de Nieuwestad)
waardoor aard en omvang van
de winkelpanden minder opval
lend kunnen zijn dan bij een
compacter structuur. Daarmee
hebben we nochtans niet betoogd,
dat we onze binnenstad compac
ter zouden willen hebben. Wij zijn
met het stadscentrum in zijn te
genwoordige gedaante globaal
wel tevreden. Evenals de heer
Rinsema en ongetwijfeld ook de
heer Foppes.
De heer R. J. Rinsema schrijft
ons:
In het decembernummer van
de Leeuwarder Gemeenschap
wordt over de „image" van
Leeuwarden geschreven; een
duur woord, dat erg voornaam
en geleerd klinkt, maar eigenlijk
niets anders dan „voorstelling"
betekent, in dit verband: de voor
stelling, die men krijgt of zich
maakt van een stad, land enz.
Voor Leeuwarden kan dit echter
gerust achterwege blijven, in
dien men dagelijks met zijn
eigen ogen ziet en met zijn
eigen verstand waarneemt wat
zich in eigen stad voltrekt. Wie
deze werkelijkheid niet op de
juiste waarde weet te schatten,
kan beter een minderwaardig
oordeel achterwege laten.
Toen ik nog in de banken van
de lagere school zat en voor het
eerst kennis maakte met de
plattegrond van Leeuwarden,
welke op een kaart tegen het
schoolbord was opgehangen,
maakte meester ons wegwijs in
de straten-doolhof, die 30.000 in
woners telde. Dat is nu 70 jaar
geleden en een eenvoudig reken
sommetje leert ons, dat het in
wonertal in die 70 jaren bijna
verdrievoudigd is, want wij
wandelen al aardig naar de
Maandblad onder auspiciën van de
Stichting „Leeuwarder Gemeenschap"
14e jaargang no. 2 februari 1965
90.000 toe. Als nu iemand het in
zijn hoofd haalt dit getal bijna te
halveren tot 50.000, dan is die
iemand naarstig bezig, op gezag
van de een of andere de stad
bezoekende vreemdeling, de be
tekenis van de Friese hoofdstad te
discrimineren.
De drukte in Leeuwarden wekt
nu juist niet de indruk van een
onbelangrijk stadje van 50.000
inwoners; eerder zou men zich
in een stad met het dubbele
aantal wanen. Maar het is na
tuurlijk wel verklaarbaar, dat
iemand, die uit een grotere stad
komt het gevoel voor verhoudin
gen kwijt is en lukraak tot een
schatting komt die er ver naast
is. Het gaat niet aan dit serieus
te nemen, vooral niet voor
iemand, die beter weet of beter
kan weten.
Dat de binnenstad een duidelijk
centrum mist, fungerend als
oriëntatiepunt, zoals de schrij
ver van het artikel het doet voor
komen, getuigt niet van de juis
te visie. Het centrum van Leeu
warden loopt praktisch dwars
door de binnenstad, van Hoek-
sterpoort tot Vrouwenpoort,
waarop ruim twintig straten di-
rekt aansluiten. Kan het mooier?
Dit centrum wordt nog extra ge
accentueerd door Brol, Waags-