Op naar Den Haag!
Ben kijkje in (en uit) de Provinciale Bibliotheek aan
het Oldehoofsterkerkhof.
De verwaarlozing van Friesland en in het bijzonder van
Leeuwarden bij de thans officieel geproklameerde sprei
ding van rijksdiensten heeft ook bij ons de teleurstelling
en verontwaardiging gewekt, die men alom kan waar
nemen in dit gebied, dat tot het Koninkrijk der Neder
landen behoort, zoals u wellicht bekend is. Goed, we
kunnen als troostprijs nog een militaire werkplaats of
zoiejts verwachten (geruchten doen de ronde, dat dit de
afdeling Fietspompherstel van de Koninklijke Landmacht
zou zijn), maar kunnen we daarmee Frieslands glorie en
welvaren tot de vereiste omvang opblazen? Neen, moet
het antwoord zijn.
De recente ontwikkeling op het gebied van de ruimte
lijke ordening legt een waas van droeve verbetenheid
over de mensen. En dat met dit druilerige herfstweer
slechts de winkeletalages proberen wat fleur in de men
sen te brengen, want binnenkort is het Sinterklaas. We
zouden hem bijna vergeten, die goede Sint, die nu heel
toevallig wèl weet wat iedereen toekomt. En dan moet
u begrijpen, dat hij dat helemaal in Spanje uitpiekert en
niet, bij voorbeeld, in Den Haag.
Nu is het verkeerd bij de pakken neer te zitten dat is
bekend. Achter de wolken schijnt immers, ook in de
herfst en in de ruimtelijke ordening, de zon. Er komen
hier, afgezien van de eventuele fietspompmakers, geen
rijksdienstenmet hun blijmoedige Haagse ambtenaren.
Maar weet u, wat de andere kant van de medaille is? U
weet dat niet? Welnu, laten we de medaille omkeren en
zien, wat gene zijde ons te bieden heeft.
De voorkant beeldt Leeuwarden uit, zonder inscriptie
van rijkswege. Aan de andere kant vinden we Den Haag,
ons regeringscentrum. En wat zien we daar? Kantoren,
verlaten door „gespreide" ambtenaren. Leegstaande wo
ningen, alweer door het vertrek der overheidsdienaren
naar allerlei met zorg uitgekozen verbanningsoorden. Er
komt ruimte in Den Haag. Laten wij die ruimte benutten!
Want, om eerlijk en kritisch te zijn: wat doen wij zelf,
provinciaal en gemeentelijk, aan de praktische toepas
sing van de spreidingsgedachteNiets, helemaal niets!
Het provinciaal bestuur van Friesland en het gemeente
bestuur van Leeuwarden blijven maar in deze stad sa
menhokken, terwijl we met elkaar drommels goed weten,
dat alles wat op bestuurlijk niveau dient te geschieden
in een zware kamp met de Haagse regeringsautoriteiten
moet worden bevochten. Vrijwel elke dag razen glanzen
de limousines, met de Commissaris der Koningin, de bur
gemeester, gedeputeerden of wethouders, van hier naar
Den Haag, omdat aldaar iets moet worden opgenomen
met een minister, een staatssecretaris of een hoge ambte
naar. Bestuurders van provincie en gemeente krijgen er
het heen en weer van. Dat zou toch anders en beter
moeten?
En zo komen wij tot ons opmerkelijke plan. Den Haag
heeft straks ruimte. Het arbeidsterrein van onze bestuur
ders ligt voor het grootste deel in Den Haag-, hier blijft
niet veel anders te doen over, dan in woord en geschrift
constateren, dat het niet goed gaat. Laten we nu geen
halve maatregel nemen, maar heel het provinciehuis van
Friesland plus het stadhuis van Leeuwarden overplaatsen
naar Den Haag. Hier hebben we alleen het bureau Be
volking en de Burgerlijke Stand nodig, mitsgaders een
paar mensen voor de afgifte van rijbewijzen en visakten
en het sluiten van huwelijken.
Dit en niets anders moet ons antwoord zijn op de vraag
hoe het moet met de spreiding van overheidsdiensten.
En is het niet aardig althans de bestuurders van provin
cie en gemeente in de gelegenheid te stellen stereofo-
nische uitzendingen van de Regionale Omroep West te
ontvangen?
5